28 VERGADERING VAN 19 APRIL 1921 komt, deze laatste in zeer gunstige omstandigheden zou komen te geraken. Mijnheer de Voorzitter, dan zit er nog iets anders in het- de heer Braat naar voren heeft gebracht. Wij hebben er geen bezwaar tegen om desnoods een cent per M3 meer te betalen, zooals vroeger gebeurde, maar nu op 't oogenblik die averechtsche uitwerking van de verordening heeft plaats gegrepen is dat niet wenschelijk. Wat is het geval? Er is 25 M3 voorgeschreven en wanneer men daarboven gaat krijgt men aan het einde van het jaar eene zekere reductie; er voor terug. In de meeste gevallen is het verbruik 25 M3 en juist daarom kom ik er op te neer, dat die menschen toch 75 cents meterhuur betalen. Er is neergelegd in de memorie van toelichting, die de directeur heeft aangeboden met de verordening, dat het hem te doen was om de groote gezinnen in deze te helpen. Mijnheer de Zoorzitter, U zult mij ten goede hnuden, dat wanneer de groote gezinnen werkelijk van gas moeten profi- teeren, die tenslotte niet op gas hun eten zullen koken en toebereiden, doch dit zullen doen, nu ook' weer de prijzen der kolen zijn teruggeloopen, op een gewoon vuur, op een gewone kachel. Daarom klemt het te meer, omdat deze personen eenigszins in het gedrang komen. Dan wil ik dit nog even zeggen: wanneer men 25 M3 per maand verbruikt of althans beneden dat maximum verbruikt, dan betaalt men toch eenige centen meer aan gas dan werkelijk het geval is voor iemand, die niet op den muntmeter aangesloten is. U zult mij toegeven, dat de 75 cent kunnen gebruikt worden als afschrijving op het onderhoud en U zult mij ook toegeven, dat de verbruiker van muntgas altijd 3 cent meer blijft betalen dan de gewone lichtgasverbruikers. Ik geloof mijne meening eenigszins te hebben weergegeven, ten opzichte van hetgeen de heer Braat naar voren heeft gebracht. Mijnheer de Voorzitter. Ik kan mij onmogelijk vereeni gen met het voorstel van Burgemeester en Wethouders wat betreft den prijs van meter- en installatiehuur van den meter en leidingen. De heer VERHEI JEN: Mijnheer de Voorzitter. Het is haast niet mogelijk om op al de onjuistheden van den vorigen spreker in een kort bestek te antwoorden. Hij zegt, dat aan meterhuur betaald moet worden 75 cents per maand. Dat is volkomen onjuist, er moet 45 cent per maand betaald worden, dat betaalt iedere verbruiker, dus die 45 cent is niets extra's, dat heeft iedere gasverbruikeri te betalen. Wanneer wij werkelijk gaan uitrekenen wat daarvoor verkregen wordt, voor die 30 cent, dan zien wij, wanneer de muntgasverbruikers boven de 450 M3 gaan, voor welk meerder verbruik eene reductie wordt toe gekend, dat zij in het voordeel komen tegenover een anderen gasklant. Ik begrijp niet, waar de heer Raats naar toe wil. Wanneer hij werkelijk zou eischen, dat eene der gelijke bepaling in de verordening zou worden opgenomen, dan zou een gasfabriek een instelling van weldadigheid worden. Wij kunnen toch niet aan muntgasverbruikers gas leveren beneden den zelfkostenden prijs. Mijnheer de Voorzitter. Daarom geef ik ernstig in over weging niet in te gaan op het voorstel van den heer Raats en de bepalingen van den directeur der bedrijven in over eenstemming met de Commissie der bedrijven genomen, aan te nemen. De heer RAATS. Mijnheer de Voorzitter. Ik heb daar straks het voorstel neergelegd in mijne bespreking om een tijdsduur te bepalen, waarin als het ware meterhuur zal zijn te betalen. Ik doe dit voorstel te meer nog in verband met punt 26 der agenda. Er zijn nu op het oogenblik men schen en die zullen er in de toekomst misschien blijven die niet genegen zijn muntgas in hun huis aan te leggen, en er zijn menschen voor wie muntgas is aangelegd, die het er gewoon uit laten breken en zeggen: Ik dank U hartelijk om 75 cent meer te betalen dan iemand die lichtgas heeft. De heer VERHE1JEN: Maar dat is niet zoo, men be taalt maar dertig cent meer dan een gewoon gasverbruiker De heer RAATS: Het is 75 cent per maand en de per sonen, die het op moeten brengen, kan men dat zoo moeilijk aan het verstand brengen. De heer VERHEIJEN: Een lichtgasverbruiker betaalt ook 45 cent meterhuur, een muntgasverbruiker betaalt dus maar 30 cent meer. De heer RAATS: Het is toch een onbillijk iets, niet waar, dat die regeling blijft doorloopen? De heer VERHEIJEN: Weineen, de leidingen kosten meer en komen ten laste van de gemeente. De lieer RAATS: Mijnheer de Voorzitter. Gezien de toelichting van een lid der Commissie der Bedrijven, dat het momenteel moeilijk is in te gaan op den weg, in mijn voorstel aangegeven, kan ik natuurlijk zeer moeilijk een voorstel in deze doen. Ik kan mij echter moeilijk vereenigen met het voorstel van Burgemeester en Wethouders wan neer daarin tenminste geene afdoende wijziging wordt ge bracht. De heer VAN WELYMijnheer de Voorzitter. Ik heb met verbazing gemerkt, dat het hier alleen gaat over gas, waarom kan dat ook niet over de electrieiteit? De VOORZITTER: Daar zult U nader een voorstel van krijgen. De heer VAN WELY: Ik meen, dat de gascommissie voorgesteld heeft den prijs van het electrisch licht te ver minderen. De VOORZITTER: De Bedrijvencommissie heeft het voorstel gedaan, maar Burgemeester en Wethouders zijn omtrent dat voorstel nog niet tot accoord gekomen. Wan neer door de Commissie van de Bedrijven een voorstel wordt gedaan, waaromtrent Burgemeester en Wethouders nog niet tot overeenstemming zijn gekomen, dan behoeven zij dit nog niet in de vergadering te brengen. De Commissie heeft voorstellen te doen en wanneer Burgemeester en Wethouders die wenschen over te nemen, dan zal dat ge beuren, maar het Dagelijksch Bestuur heeft U nog geen voorstel te doen omtrent den prijs van de electrieiteit. Burge meester en Wethouders zijn, zooals ik reeds gezegd heb, nog niet tot accoord gekomen om dat in den Raad te bren gen. Om nu echter niet het een op het andere te laten wachten, hebben wij den prijs van het gas in de vergade ring gebracht. U moet de Commissie niet beschouwen als eene Commissie die rechtstreeks voorstellen aan den Raad kan doen. In de eerstvolgende vergadering krijgt U het 29 VERGADERING VAN 19 April 1921. voorstel van Burgemeester en Wethouders, wanneer de meerderheid van dit College met het voorstel der Com missie kan meegaan. Wanneer zij dat niet doet, kan de Commissie zich tot den Raad wenden. Burgemeester en Wethouders kunnen voorstellen aan den Raad doen en omdat wij het omtrent het voorstel inzake den electticiteits- prijs nog niet eens zijn ik heb geen gelegenheid gehad om alle punten in twee dagen in orde te brengen is daaraan nog geen gevolg kunnen worden gegev.en Het spijt mij wel, maar over die electrieiteit zal toch nog wel een heel bakje gezet worden. U weet heel goed, dat ik nog hoegenaamd niet veranderd ben in mijne meening daarom trent. Daarom ben ik in het College van Burgemeester en Wethouders niet tot accoord kunnen komen en om die re den is het niet op de agenda gebracht. De heer VAN WELYIk ben het volstrekt niet net U eens. Ik weet niet beter dan dat, wanneer het gas verlaagd werd, dan ook gelijktijdig de elecriciteit zou verlaagd worden. De VOORZITTER: Het gasbedrijf bedruipt zich zelf en heeft nog eenige wins', en ik kan mij daarom heel goed voorstellen, dat Burgemeester en Wethouders op advies van de Commissie met een voorstel komen iot verlaging van den gasprijs, maar het electrisch bedrijf, daar kunt U slechts verliescijfers van aantoonen, die geen lageren prijs rechtvaardigen. De heer VERHEIJENMen kan ook prijzen aannemen, die zoodanig exhorbitant hoog zijn, dat daardoor het debiet verkleint. De VOORZITTER: Ik wensch eerst die zaak eens goed te overzien, en daarom heb ik persoonlijk verzocht om ze van de agenda af te voeren. De heer VAN WELY: Dat kan best mogelijk zijn. De VOORZITTER: Wanneer dat een onoverkomelijk bezwaar is, dan moet U het voorstel doen dit punt aan te houden. U moet mij niet forceeren hier iets te willen pous- seeren wat nog niet in de vergadering van Burgemeester en Wethouders behandeld is. Wanneer U meent dat het onbillijk is, moet U voorstellen dit punt van de agenda aan te houden. De heer VAN WELY: Ik vind het heel biilijk, wanneer de prijs van het gas verlaagd wordt, ook den prijs van de electrieiteit te verlagen. Ik zou den gasprijs liever lager zien, maar het moet verband houden met de regeling van den prijs voor het electrisch licht. De heer RAATS: Waar door den heer Van Wely ge zegd wordt, dat het electriciteitsvraagstuk verband zou houden met den gasprijs en dat er in deze verschil van meening bestaat, zou ik willen voorstellen om dit punt van de agenda af te voeren, dit in verband met hetgeen ik voorgesteld heb om een ander gezichtspunt te nemen, voor al ten opzichte van het gasbedrijf. Dan kunnen wij in deze een tamelijk inzicht hebben van de bedrijven, wat kan dienen als criterium voor de voorstellen, die in den Raad gebracht worden. De VOORZITTER: De heer Raats doet het voorstel punt XXIV van de agenda af te voeren en deze zaak aan aan te houden. Is er iemand, die het voorstel van den heer Raats ondersteunt? De heeren Valkenburg en Van Wely ondersteunen hef voorstel. De VOORZITTER: Daar het voorstel voldoende onder steund is, zal ik het in omvraag brengen. Het voorstel van den heer Raats wordt vervolgens Het voorstel van den heer Raats wordt vervolgens met zeven tegen drie stemmen aangenomen. Voor hebben ge stemd de heeren Geerssen, Jongeneelen, Raats, Valkenburg, van Wely, A. F. Vos en Verheijen. Tegen hebben gestemd de heeren Voeten, Heerma van Voss en Braat. XXV. 'Voorstel tot het verleenen van machtiging ter ver andering' van de bergplaats achter den ouden watertoren tot woning. De VOORZITTER: Namens Burgemeester en Wethou ders verzoek ik machtiging om het magazijn, dat achter den ouden watertoren is gelegen, te mogen veranderen in eene woning, te dienen voor iemand, die aan de bedrijven werkzaam is. De kosten zijn berekend op 2500.Ik behoef U op de wenschelijkheid daarvan eigenlijk niet na der aan te toonen, als ik de vergadering mededeel, dat het voorstel wordt gedaan met het oog op het winnen van eene woning niet alleen, maar ook in verband met de om standigheid, dat op het terrein der waterleiding kostbare materialen zijn opgeslagen en door het doen bewonen van het tegenwoordige magazijn dus voortdurend toezicht van een werkman zal worden verkregen. De heer VERHEIJEN: Mijnheer de Voorzitter. Als ik mij niet vergis, dan is de bergplaats, waar het op het oogenblik over gaat, vroeger eene woning geweest. Nu be vreemdt het mij zeer op de begrooting gevonden te hebben dat daarvoor een bedrag noodig is van 2500.Ik zou daarom Burgemeester 'en Wethouders in overweging wil len geven voor den ombouw van die woning niet meer uit te willen geven dan een bepaald bedrag, dat aanzienlijk lager zal moeten zijn dan 2500. De VOORZITTER: Ik geloof, dat U zich vergist. Ik heb dat gebouw nooit anders gekend dan als kantoor, niet als woning. De heer VERHEIJENEen kantoor is ook zonder groote kosten te veranderen. De VOORZITTER: Wij zullen ook niet meer uitgeven dan strikt noodzakelijk is. De woning moet toch voldoen aan de eischen onzer bouwverordening, maar het is de bedoeling een bescheiden woning van dat kantoor te maken De heer VERHEIJENEen kantoor is ook zonder zend gulden bijdoen, dan bouwen wij een nieuw" huis. De VOORZITTER: Dan moet ik hierbij opmerken, dat U gezegd heeft, dat voor elke woning, die door de bouw verenigingen ons zijn voorgedragen, 5000.wordt gerekend. De heer VERHEIJEN: Nu, als U hier nog ƒ2000.— bij doet, dan bent U al aan /4500. De VOORZITTER: Verlangt omtrent dit punt thans nog een der leden het woord? Verlangt een der leden stem ming over het voorstel van Burgemeester en Wethouders? Zonder hoofdelijke; stemming wordt dit voorstel aange nomen. De heer A. F. Vos verlaat de vergadering. Voorstellen omtrent den prijs van gas en electrieiteit. Voorstellen omtrent de prijs van gas en electrieiteit. Verandering bergplaats bjj Watertoren in woning.

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1921 | | pagina 22