VERGADERING VAN 30 JANUARI 1920. meester en Wethouders onder zekere voorwaarden bereid zijn bemiddelend op te treden. Spreker wenscht thans den Raad eenigszins duidelijk te maken, hoe de toestand op 't oogenblik is. Nadat drie vergaderingen gehouden zijn in Breda, onder leiding van de kamer van Koophandel te Breda, met de vertegenwoordigers van de verschillende gemeenten, die aan den tram gelegen zijn, is er nog geen overeenkomst verkre gen omtrent de 13.000.—, welke de dertien gemeenten zul len moeten bijeenbrengen. Het is heel moeilijk dat bedrag bijeen te krijgen, en na de op Dinsdag j.1. gehouden vergade ring is de toestand nu zoo, dat indien Breda, dat is aange slagen voor ƒ2000.—, zijne subsidie zou willen brengen op ƒ4000.— in Roosendaal zijn aanslag van ƒ1500.— wil ver- hoogen tot ƒ1700.—, de ƒ13.000,— zullen bijeengebracht zijn. Hiervan zal het afhangen, of de zaak tot een goed einde kan worden gebracht. De benoodigde subsidie bedraagt in totaal 39.000.— het staat vast, dat het Rijk 13.000.— zal bijdragen, de gemeenten zullen gezamenlijk ƒ13.000.— heb ben bij te dragen en de Provincie eveneens 13.000.—. Van de Provincie is nog niet bekend, of zij de subsidie zal ver- leenen. De 39.000.— moeten dienen om het personeel van den tram eene zekere verhooging van salaris toe te staan, gedurende een jaar of zooveel korter als de Tram wet in werking treedt. Wanneer dit het geval is, houdt de subsidie van Rijk in Provincie op en komen de tramwegen onder be heer van den Minister van Waterstaat; de loonen zullen dan zoodanig geregeld worden, dat het personeel daar wel genoe gen mede zal kunnen nemen. De heer Steyaard vraagt, of er ook gemeenten aan den tram zijn gelegen, die geene subsidie verleenen en of de gemeente Breda reeds besloten heeft om ƒ2000.— te geven. Spreker heeft gehoord, dat in Breda was besloten om zelfs de 2000. niet te geven. De heer Braat antwoordt, dat het nog niet vaststaat, of Breda die ƒ4000.— zal toestaan. Van Breda zou het groote dwaasheid zijn, indien het zulks niet deed, want in geval van staking zal Breda er de meeste schade van onder vinden. Een enkele gemeente, Hoeven, zal niet bijdragen, de an dere zullen bijdragen naar gelang het belang, dat zij er bij hebben. 1 De heer Valkenburg dankt het College van Burgemeester en Wethouders voor het antwoord op zijne vragen gegeven en vraagt, of het in de bedoeling ligt van het Dagelij ksch Be stuur om een voorstel te doen om de reeds gevoteerde 1500. te verhoogen tot 1700. Spreker meent dit niet uit de be sprekingen van den heer Braat te kunnen concludeeren. De heer Braat zegt, dat, voor zoover hij heeft kunnen nagaan in de vergadering van Burgemeester en Wethouders, geheel het College het er over eens is om de verhoogde sub sidie te verleenen. De Voorzitter deelt mede dat Burgemeester en Wethou ders voorstellen de in de Decembervergadering gevoteerde 1500.— te verhoogen tot 1700.—, onder voorwaarde, dat de overige betrokken gemeenten de bedragen zullen voteeren, die noodig zijn om het eindkapitaal van 39.000.— bij elkaar te krijgen. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangeno men en is het volgende besluit vastgesteld: De Raad der Gemeente Roosendaal en Nispen; Overwegende, dat het voor deze gemeente van groot belang is te achten, dat het personen- en goederenverkeer op de lijnen der Zuid-Nederlandsche Stoomtramwegmaat schappij zal kunnen worden in stand gehouden; dat genoemde Maatschappij niet bij machte is met eigen middelen te kunnen tegemoet komen aan de door haar per soneel gestelde looneischen; Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders; BESLUIT. aan de Zuid Nederlandsche Stoomtramwegmaatschappij te Breda over een termijn van één jaar, ingaande op 1 Juli 1919, eene subsidie te verleenen van ZEVENTIEN HON DERD GULDEN 1700.—), als bijdrage in de kosten van de uitkeering van hoogere loonen aan haar personeel, en zulks onder de volgende voorwaarden: i°. dat de uitbetaling der subsidie zal geschieden in twee gelijke termijnen van 850.— en wel van den eersten termijn zoo spoedig mogelijk en van den tweeden termijn op 1 Juli 1920; 2°. dat de subsidie in geen geval voor langer termijn zal worden verleend dan tot het tijdstip, waarop de Tram wegwetgeving 1917 zal in werking treden, zullende, indien deze inwerkingtreding zal plaats hebben vóór 1 Juli 1920, de subsidie worden verminderd met zooveel twaalfde gedeel ten daarvan als tusschen die inwerkingtreding en 1 Juli 1920 nog volle maanden zullen verloopen; 30. dat de uitkeering der subsidie slechts zal plaats hebben, indien het door de Maatschappij in totaal aan sub sidie benoodigde kapitaal door het Rijk, de Provincie en de betrokken gemeenten ten volle zal worden bijeengebracht. Gedaan ter openbare vergadering van den Raad der gemeente Roosendaal en Nispen, van den 30sten Januari De Secretaris, De Voorzitter, A. A. RADEMAKERS. AUG. COENEN. XI. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vernieuwing van den weg van Roosendaal naar Nispen. De Voorzitter stelt naar aanleiding van het feit, dat in vorige vergaderingen herhaalde malen is aangedrongen op verbetering van den weg van Roosendaal over Nispen, naar de Belgische grens en de toezegging, die hij heeft gedaan om in deze vergadering nadere voorstellen te doen, voor het vol gende besluit te nemen: De Raad besluite: Den weg van Roosendaal—Nispen—Esschen te brengen op eene breedte van 10 Meter, dien weg te verharden over eene breedte van 5 Meter en daarlangs een fietspad aan te leggen ter breedte van 1 Meter, en verder Burgemeester en Wet houders te machtigen de noodige stappen te doen bij de Rijk's en Provinciale regeering om de kosten van aanleg van dien nieuwen weg geheel door het Rijk en de Provincie te doen dragen, de noodige gegevens te verzamelen om met een afgerond voorstel bij het Rijk en de Provincie te kunnen aankloppen. Wanneer subsidie gevraagd wordt voor een weg, dient daar VERGADERING VAN 30 JANUARI 1920. eene teekening en eene kostenberekening van te worden over gelegd. De Raad besluite verder en dit is voor ons het voor naamste dat de gemeente de kosten van onderhoud en beheer op zich zal nemen. Spreker wenscht in deze vergadering geene beslissing te doen nemen, want de uitgave die zal worden gevraagd, zal om en de om de vier ton beloopen. Hoe de verdeeling zal zijn van die subsidie, hangt natuurlijk af van de stappen, die Burgemeester en Wethouders kunnen doen. Bereids zouden door spreker reeds eenige stappen gedaan zijn, maar door omstandigheden buiten zijn wil, kon dit niet gebeuren. Het voorstel is categorisch gedaan er wordt niets aan ge wijzigd en de vergadering heeft ongeveer eene maand de gelegenheid om er rustig over te denken. Aansluiting zal worden verzocht aan den rijksweg loopende van Princenhage naar het Tholensche Veer, dat is de weg, die midden door de gemeente loopt en wel hier op dé Markt of wel aan de Brugstraat over den Boulevard. Verder beveelt spreker dit voorstel in de welwillende aan dacht der leden aan. XII. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verhuur van het gebouw van Openbare Werken aan den Raad wan Arbeid alhier. De Voorzitter deelt mede, dat Burgemeester en Wethouders met den Voorzitter van den Raad van Arbeid alhier een voorloopig concepthuurcontract hebben gesloten omtrent de verhuur van een gedeelte van het gebouw van Openbare Werken, waarin genoemde Raad is ondergebracht. Dat con ceptcontract heeft voor de leden ter visie gelegen. De huur is bepaald op 1000.— per jaar ingaande 1 Jan. van dit jaar met een opzeggingstermijn van een half jaar, tenzij in de ge meente ten behoeve van den Raad van Arbeid een gebouw wordt aangekocht of gesticht, in welk geval de opzeggings termijn drie maanden zal bedragen. Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorloopige huur contract goedgekeurd. XIIL Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van den datum der in het voorjaar te houden paardenmarkt. Ingekomen is een verzoek van de vereeniging „Het Belgische Trekpaard" om de paardenmarkt voortaan te stellen op den eersten Woensdag van Maart, waarvan door den Secre taris voorlezing wordt gegeven. De Voorzitter brengt in herinnering, dat in het jaar 1900, in de maand April, door dezelfde vereeniging gevraagd werd om de bestaande markt, die van. oudsher was bepaald op 6 Maart, wat later te stellen. Spreker heeft toen gezegd en herhaalt het hierbij, dat de paardenmarkt een privilege is geweest, dat Prins Willem III, koning van Engeland, onze gemeente heeft gegeven, reden waarom slechts na ernstige overweging toen aan het verzoek werd gevolg gegeven. Het verheugt spreker, dat die markt is blijven bestaan en dat de Vereeniging „Het Belgisch Trekpaard" nu terug komt op haar vorig verzoek, en dus inziet dat het dus wel gaat om de markt wat vroeger te houden en dat onze voor vaderen dien datum goed hebben bepaald. Spreker zegt, dat Burgemeester en Wethouders de Vereeni ging ter wille willen zijn en derhalve voorstellen de destijds bij Raadsbesluit ingestelde voorjaarspaardenmarkt in de vierde week der maand April af te schaffen en deze dit jaar te stellen op den 6en Maart. Spreker hoopt, dat de Vereeniging „Het Belgisch Trekpaard" dan ook zal trachten den ouden roem der markt te doen herleven, dat er weer eene paardenmarkt zal komen, die zal getuigen van de energie, welke bij de land bouwende bevolking van Roosendaal en omstreken be staat. De heer Jac. Vos wenscht het verzoek nader toe te lichten en zegt, dat den laatsten tijd in de paardenfokkerswereld tot het fokken van Belgische trekpaarden in Noord-Brabant, Zeeland en Limburg stemmen zijn opgegaan om jaarlijks keuringen te houden, waaraan tevens een markt van uit stekend fokmateriaal zou worden verbonden. Die gelegenheid heeft de vereeniging „Het Belgisch Trekpaard" direct aan gegrepen om door artikelen in de dagbladen te trachten die markt hier in Roosendaal te krijgen. Of nu de vereeniging er echter geheel mede accoord zal gaan om die markt te bepalen op den 6en Maart, meent spreker te betwijfelen. Hij is van meening dat het bestuur der vereeniging voor stelt om die markt te doen houden in het midden der week, met het oog daarop, dat de fokkers zich dan gemakkelijk kunnen verplaatsen. Zij moeten daags te voren komen en daags daarna vertrekken. Wanneer de paardenmarkt in het begin of het laatst der week valt, is dit niet bevorderlijk voor die markt. Daarom is juist gevraagd om de markt liefst op een Woensdag te houden. De Voorzitter zegt, dat Burgemeester en Wethouders voor dit jaar de vereeniging daarin niet ter wille kunnen zijn, want op het daartoe strekkend besluit is de goedkeu ring van Gedeputeerde Staten noodig en deze hebben de loffelijke gewoonte zich eerst tot de omliggende gemeenten te wenden of' deze geen bezwaar hebben tegen het instellen, wijzigen, afschaffen eener bestaande jaarmarkt. Omdat in het besluit van 1900 niet staat, dat de markt op den 6en Maart zou vervallen, mag de paardenmarkt op 6 Maart worden gehouden. Vindt de Vereeniging „Het Belgisch Trekpaard" dien datum niet goed, dan bestaat gelegenheid om het volgend jaar aan hun verlangen- te voldoen. De vergadering kan zich hiermede vereenigen. De Voorzitter recapituleert, dat de markt derhalve dit jaar gehouden kan worden op den 6en Maart en dat het verzoek van de Vereeniging „Het Belgisch Trekpaard" zal worden aangehouden. Spreker hoopt dat het de vereeniging moge gelukken onze paardenmarkt te doen herleven. XIV. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van de verordening op de heffing van den hoofdelijken omslag. De Voorzitter memoreert, dat door den heer Steyaard twee voorstellen zijn gedaan, n.1. om het bedrag voor nood zakelijk levensonderhoud te brengen van 650.— op 700.— en de bepaling te doen vervallen, waarbij samenwonenden een minderen aftrek genieten. Burgemeester en Wethouders hebben het voorstel om den aftrek voor noodzakelijk levensonderhoud op ƒ700.— te bepalen overgenomen, doch niet het voorstel om de bepa ling inzake dien aftrek voor samenwonenden te doen ver vallen. Besluit tot verhooging van het door de gemeente te dragen aandeel in de aan de Z. Ned. Stoomtramwegmaatschappij toe te kennen subsidie. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vernieuwing van den weg van Roosendaal te Nispen. 1920. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vernieuwing van den weg van Roosendaal naar Nispen. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verhuur van het gebouw van Openbare Werken aan den Raad van Arbeid alhier. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van den datum der in het voorjaar te houden paardenmarkt. V oorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van de verordening op de heffing van den hoofdelijken omslag.

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1920 | | pagina 7