14
VERGADERING VAN 8 FEBRUARI 1919.
aan het distributiebedrijf ter beschikking kunnen stellen, maar
wij hebben gemeend, dat het beter was ze aan de bedeelden
te geven.
De Raad heeft hieraan in het geheel geen schuld. Burge
meester en Wethouders dragen de schuld en van harte gaar
ne! Ik stel dus voor het schrijven voor kennisgeving aan te
nemen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten.
XVI. Benoeming van de leden der stembureaux voor de op
3 April a. s. te houden stemmingen voor de verkiezing
van leden der Provinciale Staten.
De Voorzitter: Mijne Heeren! Ik stel U voor de bureaux
op dezelfde wijze samen te stellen als bij de laatste stemming
voor leden der Tweede Kamer.
De heer Heerma van Voss: Dezelfde personen voor de
stembureaux Mijnheer de Voorzitter? Dan beveel ik het stem
bureau aan den Turfberg in Uwe speciale aandacht aan,
want daar is het niet te houden van de koude, en het eten,
dat aan dat stembureau gegeven is, was allertreurigst.
De heer E. van Wely: Daar kan ik betreffende het stembu
reau in de school van den heer Coumans ook over mee
praten.
De Voorzitter: Dat doet niets aan het samenstellen van de
bureaux af. Ter Secretarie is voor dezelfde bureaux een con
cept stembiljet gereed gemaakt. Ik kan daar nu niets aan ver
anderen. Het is echter alleen een leidraad voor de leden.
Wanneer de leden zich met de samenstelling niet kunnen ver
eenigen, dan zijn zij vrij de namen door te schrappen en
daarvoor achter in het stemhokje andere namen in te vullen.
De Secrtearis heeft het stembiljet doen gereedmaken; ik ben
gisteren en eergisteren afwezig geweest en ben van nacht te
één uur thuis gekomen; dus ik kon er niets meer aan verande
ren.
De uitslag der gehouden stemming is, dat de stembureaux
als volgt worden samengesteld;
Stembureau in stemdistrict I (lokaal gemeentehuis).
Voorzitter en lid de Burgemeester.
Lid J. A. C. van Gastel.
Lid G. J. Konings.
Lid J. J. Werz.
PIw. Lid J. L. J. van Benthem.
Plvv. Lid U. J. Heerma van Voss.
Plvv. Lid E. C. Mertens.
Stembureau in stemdistrict II (lokaal school Vughtstraat).
Voorzitter en Lid K. F. W. M. van Wely, Wethouder.
Lid F. M. J. H. Schul.
Lid J. Th. Coumans.
Lid Th. J. Gieles.
Plvv. Lid L. H. Heynen.
Plvv. Lid F. H. Peters.
Plvv. Lid C. J. Mels.
Stembureau in stemdistrict III (lokaal gebouw Openbare
Werken).
Voorzitter en Lid A. W. Braat.
Lid Jac. Vos.
Lid A. J. M. de Bruyn.
Lid P. C. M. van Hees.
Plvv. Lid A. F. Tiebackx.
Plvv. Lid W. Hol Jr.
Plw. Lid V. A. W. van der Zande.
Stembureau in stemdistrict IV (lokaal school Burgerhout-
sche straat).
Voorzitter en Lid J. Verheijen.
Lid F. H. M. van Wely.
Lid J. H. H. Grooten.
Lid F. L. Vermeulen.
Plvv. Lid J. G. P. Horsten.
Plvv. Lid I. B. de Lange.
Plvv. Lid L. F. Broos.
Stembureau in stemdistrict V (lokaal school Hoogstraat).
Voorzitter en Lid P. C. M. Konings, Wethouder.
Lid A. A. Jongeneelen.
Lid C. J. Vermeeren.
Lid A. B. C. Raaymakers.
Plvv. Lid A. C. F. v. d. Abeelen.
Plvv. Lid A. J. M. Weynen.
Plvv. Lid J. E. H. Ridden.
Stembureau in stemdistrict VI (lokaal Turfberg no. 1).
Voorzitter en Lid A. Heerma van Voss.
Lid A. F. Vos.
Lid J. A. Voeten.
Lid F. A. C. Kuyper.
Plvv. Lid J. J. Hentenaar.
Plvv. Lid C. W. Bennaars.
Plvv. Lid M. J. M. van Lieshout.
Sternbureau in stemdistrict VII (lokaal school Nispen).
Voorzitter en Lid G. A. van Dorst.
Lid Chr. Kerstens.
Lid J. A. Schellekens.
Lid J. B. Loos, onderwijzer.
Plvv. Lid M. Mels.
Plvv. Lid A. J. M. Aerden.
Plvv. Lid J. B. Loos.
XVII. Mededeeling van ingekomen stukken.
De Voorzitter: Ik heb de vergadering mede te deelen, dat
zijn ingekomen:
le. Rapport d.d. 12 December 1918 van den controleur van
gemeente-financiën over het onderzoek van de winst- en
verliesrekening der gemeente-drinkwaterleiding over het
bedrijfsjaar 1917.
Dit rapport wordt voor kennisgeving aangenomen.
2e. Dankbetuiging d.d. 6 Januari 1919 van het personeel'
der openbare lagere scholen, alhier, voor de verhooging hun
ner jaarwedden en de toekenning van den buitengewonen
duurtetoeslag over de maand December 1918.
De Voorzitter: Ik verzoek de heeren attent te zijn, want
dit dankschrijven is niet onderteekend door alle onderwijzers.
De leden van den Bond van Nederlandsche Onderwijzers,
afdeeling Roosendaal, hebben geoordeeld dit adres niet met
hunne collega's te moeten onderteekenen, omdat zij hunnen
dank aan mij persoonlijk hadden betuigd daags na de aanne
ming van onze voorstellen. Wat dit betreft, wil ik erkennen,
dat het Bestuur der Afdeeling bij mij is geweest, teneinde
dank te betuigen voor de samenstelling der salarisregeling,
en tevens om te doen blijken, welke wenschen en verlangens
nog niet bevredigd waren.
De dankbetuiging wordt voor kennisgeving aangenomen.
3e. Kantbrief van Gedeputeerde Staten dezer provincie
d.d. 8 Januari 1919, G, no. 121 ten geleide van het van de ver-
eischte goedkeuring voorziene Raadsbesluit d.d. 23 Decem
ber 1918 tot het aangaan eener tijdelijke geldleening groot
15
VERGADERING VAN 8 FEBRUARI 1919.
100.000.ter voorziening in de behoefte aan kasgeld.
Dit schrijven wordt voor kennisgeving aangenomen.
4e. Schrijven van Gedeputeerde Staten dezer provincie
d.d. 8 Januari 1919, G no. 128, Ille Afdeeling ten geleide der
Koninklijk goedgekeurde verordening op de heffing van
schoolgeld in deze gemeente.
De Voorzitter: Die schoolgeldregeling is door ons vastge
steld en ingezonden per 31 Juli j.1. en is pas 8 Januari van dit
jaar teruggekomen. Daaruit ziet U derhalve, dat het een half
jaar duurt, alvorens de Koninklijke goedkeuring op eene ver
ordening terugkomt. De regeling is goedgekeurd bij Koninklijk
besluit van 18 December 1918 no. 81.
Deze goedkeuring wordt eveneens voor kennisgeving aan
genomen.
5e. Rapport van dokter Folpmers te Bergen op Zoom d.d.
11 Januari 1919 over het onderzoek van het water der ge
meente-drinkwaterleiding.
6e. Schrijven van den Minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen d.d. 15 Januari 1919 no. 1451 Afdeeling V.O.
houdende mededeeling, dat in de tijdelijke benoeming van de
heeren M. Vergouwen en L. H. Heynen tot leeraren aan de
burgeravondschool alhier, wordt berust.
7e. Schrijven van den Minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen, d.d. 18 Januari 1919 no. 143, Afdeeling V.O.
houdende goedkeuring van de op 15 October j.1. vastgestelde
salarisregeling voor het personeel van de burgeravond- en
teekenschool in deze gemeente.
De brieven sub 5, 6 en 7 worden voor kennisgeving aan
genomen.
8e. Verzoek van de bewoners der Burgerhoutsche straat
alhier, om plaatsing van twee electrische straatlampen in die
straat.
De Voorzitter: Mijne Heeren! Ik stel voor dit adres in han
den te stellen van de Electriciteitscommissie met verzoek om
afdoening of bericht. Of de Commissie er toe over zal gaan
om van den Boulevard tot de brug over de Hooge Vaart lan
taarns te plaatsen, zullen wij aan de prudentie der Commissie
overlaten. Ik geloof, dat de laatste lantaarn thans geplaatst is
aan den Boulevard. En dan, wanneer niet voldaan kan wor
den aan het verzoek om redenen, die zeer billijk kunnen zijn,
dan kunnen zij nog met een adres aan den Raad komen, maar
het is niet noodig om tot den Raad te gaan, wanneer men
lantaarns wil zien geplaatst. Dan moet men zich tot Burge
meester en Wethouders wenden, en wanneer die afwijzend
beschikken, kan men zich tot den Raad wenden; maar ik
vind, dat men voor het plaatsen van lantaarns niet direct tot
den Raad dient te gaan.
Overeenkomstig het voorstel van den Voorzitter wordt be
sloten, het adres in handen te stellen der Electriciteitscom
missie.
9e. Circulaire van Gedeputeerde Staten dezer provincie
d.d. 22 Januari 1919, G, no. 93, Ille Afdeeling ten geleide van
hun Koninklijk goedgekeurd besluit d.d. 16 December 191,8,
tot toekenning van duurtetoeslag aan Burgemeesters, Secre
tarissen en Ontvangers.
10e. De Voorzitter: Na het opmaken der agenda is ingekomen
een voornaam stuk, dat ik gaarne met machtiging van den
Raad in deze vergadering zou behandeld zien n.1. een schrij
ven van Gedeputeerde Staten dezer provincie d.d. 19 Febru
ari 1919 G, no. 217, Ille Afdeeling, houdende opmerkingen
over de door den Raad in zijne vergadering van 23 Decem
ber j.1. vastgestelde begrooting voor het dienstjaar 1919, be
nevens besluit van Gedeputeerde Staten van 5 Februari
G, no 244. Ille Afdeeling, houdende verdaging van de be
slissing der goedkeuring van de begrooting 1919 en machti
ging aan het Gemeentebestuur tot het doen van uitgaven tot
de helft der in de begrooting geraamde bedragen, waartegen
gecne bedenkingen zijn gerezen, en tot het ontvangen van de
inkomsten.
Ik stel voor dit laatste stuk voor kennisgeving aan te
nemen.
Hiertoe wordt zonder hoofdelijke stemming besloten.
De Voorzitter: Bestaat er geen bezwaar, teneinde de zaak
te bespoedigen, om het eerste schrijven alsnog aan de orde
te stellen. Het is eergisteren, na de opmaking van de agenda,
pas ingekomen. Het is ook niet behandeld kunnèn worden in
de vergadering van Burgemeester en Wethouders. Dus ik
zal voor Burgemeester en Wethouders voorstellen de ant
woorden te geven, die geacht worden wenschelijk te zijn op
die opmerkingen te geven:
ONTVANGSTEN:
Hoofdstuk I, artikel 1.
Aanmerking van Gedeputeerde Staten: Het betrokken
dienstjaar is niet aangegeven.
Antwoord van den Raad: De vereischte aanvulling van dit
artikel met het betrokken dienstjaar heeft plaats gehad.
Hoofdstuk III, Afdeeling II, artikel le.
Aanmerking van Gedeputeerde Staten; Is deze post niet te
laag geraamd?
Antwoord van den Raad: Het winstsaldo van de gasfabriek
is overgenomen uit den brief, waarbij de Directeur zijne be
grooting aan den Gemeenteraad heeft ingezonden. Het
steunt op de begrooting van dat bedrijf en kan niet hooger
geraamd worden.
Hoofdstuk V, artikel 16.
Aanmerking van Gedeputeerde Staten: Wij zullen geen
bezwaar maken tegen dezen post, maar willen toch opmer
ken, dat ten aanzien dezer ontvangst nog geen bepaald uit
zicht bestaat.
UITGAVEN:
Hoofdstuk VIII, Afdeeling I, artikel 1.
Aanmerking van Gedeputeerde Staten: Staat model B be
hoort dezen post toe te lichten en in kolom 14 daarme
de dus overeen te stemmen.
Antwoord van den Raad: In verband met deze opmerking
mogen wij verwijzen naar de memorie van toelichting, welke
ten aanzien van dezen post naar onze meening volledige in
lichtingen bevat.
Behalve het totaal bedrag van kolom 14 van staat model B
(welk bedrag de memorie van toelichting uitdrukkelijk ver
meldt) behooren op dezen post nog betaald te worden de
kindertoelagen voor gehuwden, de jaarwedden der hand-
werkonderwijzeressen, benevens het surplus-duurtebijslag,
dat ingevolge gemeente-verordening boven den Rijksduurte-
bijslag wordt genoten.
Het vanwege de Provincie vastgesteld model staat B
leent er zich niet toe deze kosten daarin op te nemen. Waar
nu deze kosten niettemin op dezen post geraamd behooren
te worden, is overeenstemming van het totaal van kolom 14
van staat B met het in de begrooting onder hoofdstuk VIII,
Afdeeling I, artikel 1 geraamd bedrag niet wel mogelijk.
Benoeming van de leden der stembureaux voor de op 3 April a.s. te houden stemmingen voor de verkiezing van leden
der Provinciale Staten. Mededeeling van ingekomen siukken.
Mededeeling van ingekomen stukken. Nota van aanmerkingen van Gedeputeerde Staten op de gemeente-begrooting 1919
met het antwoord van den Baad.