14 VERGADERING VAN 29 SEPTEMBER 1919. willen: geven de bepaling, waarbij de subsidie wordt afhan kelijk gesteld van het verleenen van eenige andere subsidie, niet in het besluit op te nemen. De Voorzitter: Hiet is beklemd, dat reeds over dit jaar het Rijk eene subsidie geeft van f 9000. De heer Jac. Vos: Dat is alleen voor1 de stichtingskosten. Op de begrooting staat, idat het Rijk geeft twee derde van de onderwijskosten en van het materiaal. Het Rijk geeft twee derde, omdat aan de Rijkslandbouwwinterscholen ge woonlijk aan het hoofd staat een Rijkslandbouwleeraar, die heel het jaar in 's Rijks dienst is, terwijl hier1 de leeraren en de directeur in onzen dienst zijn, en dan geeft het Rijk maar twee derdie in de kosten van het leeraarspersoneel, om dat het Rijk zegt, wij subsidieerien alleen maar de school en niet wat er' echter op komt. Zoodoende1 zou door de bepa ling, door het Dagelijksch Bestuur voorgesteld de subsidie eenigszins in het gedrang kunnen komen. De Voorzitter: Ik sluit hierover de beraadslagingen. De heer Jac. Vos stelt dus voor de subsidie van 1500.die wij voor 1919 haddien voorgesteld, te brengen op f 2500.—. De heer Verheijen: De subsidie geldt voor dit jaar en voor waarde, dat het Rijk eene subsidie dient te verleenen van minstens het dubbele bedrag. U moet wel weten, dat dit besluit alleen geldt voor 1919 en 1920. Diezelfde bepaling, die hier opgenomen is, komt ook voor bij de bepalingen, die door de Provincie zijn aangenomen voor de landbouwwinterschool alhier. Daar zijn bij de behandeling geen bezwaren geopperd en ik begrijp niet, nu diezelfde bepaling wordt overgenomen door Burgemeester en Wethouders in hun voorstel aan den Raad, dat deze hier wel bezwaar: ontmoet. Wij voor' ons hebben gemeend, dat alleen de mogelijkheid bestond, dat voor dit jaar de subsidie diaaroor verloren, zou kunnen gaan. De heer Veheijen: De subsidie geldt voor: dit jaar en voor het volgende jaar. Ik stel mij voor, dat op de Staatsbegroo- ting voor 1919 die subsidie niet voorkomt en dat de Minister op de suppletoire begrooting de subsidie zal willen aanvra gen. Ik kom daar uitdrukkelijk op neer, omdat uit mijne evaring op het gebied van onderwijs mij bekend is, dat der gelijke gevallen zich hebben voorgedaan. Men kan de tot standkoming van de school niet laten wachten op het uitblij ven van de Rijkssubsidie, terwijl mern eri zeker van is, dat de subsidiepost voor 1920 wel op de begrooting voorkomt. Daarom zou ik het jammer vindlein, dat de subsidie voor 1919 werd vastgekoppeld aan de subsidie van de Regeering. Ik kan mij levendig indenken in Uw gedachtengang, dat deze school voor ons van geen belang is, wanneer de Regeering ze niet wenscht te subsidieeren, maar waar vaststaat, dat de subsidie waarschijnlijk zal worden! verkregen, doch alleen om futiliteiten over 1919 niet zou kunnen verleend worden door het Rijk, zou ik het betreuren, dat het Roosendaal's besluit aan het Regeeringsbesluit zou worden gekoppeld. De Voorzitter: Ik zal de voorwaarde voorstellen, dat het Rijk voor het jaar1 1920 minstens zal verleenen eene subsidie van het dubbele bedrag en de subsidie over1 dit jaar te ver leenen zonder beperkende bepaling tot een bedrag van 2500.—. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangeno men en is het volgende bèsluit vastgesteld: De Raad der gemeente Roosendaal en Nispen, Gezien het adres van helt Bestuur der Stichting tot be vordering van het R. K. Landbouwonderwijs in het Bis dom Breda, gevestigd fce Roosendaal, houdende verzoek' om voor de in Oetoher a.s, alhier te openen R. K. Landbouw winterschool eene subsidie te willen verleenen, Gezien bet voorstel van Burgemeester en Wethouders HEEFT BESLOTEN: aan genoemde stichting in de kosten van oprichting en de kosten van exploitatie: dier Landbouwwinterschool ever 1919 voor het explodtatietijdvak 1 Ootober—31 Decem ber eene bijdrage tie verleenen van twee duizend vijf hon derd gul'den 2500.—) en in de kosten van exploitatie der schcci over 1920 eene bijdrage van twee duizend vijf honderd gulden 2500.—) onder de volgende voorwaarden: 1°. dat, het Rijk voor bet jaar 1920 een bijdrage: ver leent van minstens het dubbele bedrag; 2C. dat de bijdrage wordt betaalbaar gesteld, nadat ten genoege van Burgemeester en Wethouders zal zijn aan getoond, dat de Rijksbijdrage is verleend. 3°. dat vóór of op 15 Mei 1920 en vóór of op 15 Mei 1921 aan Burgemeester en Wethouders zal worden inge zonden eene rekening en verantwoording over de exploi tatie respectievelijk gedurende de jaren 1919 en 1920, 4°. dat terzelfder tijd zal worden ingezonden: i a. een beredeneerd verslag over den gang van het onder wij s over het afgeloopein jaar; i b. eene opgave van het, in dat jaar aan de inrichting verbonden geweest zijnde personeel mot ^aanduiding van ieders qualiteit en bevoegdheid; c. eene naamlijst van de leerlingen, met .vermelding van bun leeftijd., woonplaats, gedrag, vlijt en vorderingen. Gedaan ter openbare vergadering van den Baad der gemeente Roosendaal en Nispen van den 29s,ten Septem ber 1919. De Secretaris, De Voorzitter, A. A. RADEMAKERS. AUG. COENEN. XIV. Request van het Hoofdbestuur van de Vereeniging van Verloskundigen in Nederland, houdende verzoek om herziening van de belooning der gemeente vroedvrouw. De Voorzitter: Mijne Heeren! Ofschoon in de vergadering van 14 Augustus pas de jaarwedder,egeling voor alle ambte naren), beambten en werklieden in gemeentedienst is vastge steld, hebben Burgemeester eni Wethouders gemeend nog eens te moeten nagaan, of hier de jaarwedderegeling yan de gemeentevroedvrouw wel zoo, onbillijk was. Wij meenen, dat de Bond, die zich hier: tot den Raad wenidt, wellicht bij de indiening van het verzoek niet op de hoogte was van de wijzi gingen, die in het salaris op 14 Augustus is aangebracht. Niettemin hebben Burgemeester en Wethouders U voorstel len te doen, die voor1 belanghebbende eenigszins gunstiger zijn, maar zij houden ook scherp vast aan de voorstellen, die zij U thans doen. Wij meenen, dat wij niet verdiep mogen'gaan in deze ook in verband met de jaarwedden, die voor' andere ambtenaren bij den geneeskundigen, dienst door dien Ge meenteraad zijn vastgesteld. Wij wenschen de standplaats toelage te ver'hoogeni tot f 700.—, ofschoon die reeds in Au- gus'tus verhoogd is. Wij wenlschien tevens voor te stellen om het aantal verplichte verlossingen, die de vroedvrouw heeft te doen, uitsluitend voor de armen, die daarvoor wor- 15 VERGADERING VAN 29 SEPTEMBER 1919. den aangewezen op voorstel van het Armbestuur volgens vastgestelde lijsten, ,en welk aantal het vorige jaar hoog stens tachtig is geweest, te brengen op zeventig. Verder stel len wij voor de belooning per verlossing boven de 70 die vroeger f 6.was en in Augustus gesteld wed op f 7.50, te stellen op f 10.Dit voorstel w.enschen Burgemeester1 en Wethouders aan U te doen. Zij houden zich echter ook vast aan dit voorstel. Wanneer dit voorstel door den Raad niet kan worden aangenomen, dan blijft de oude regeling van kracht, tenzij dit verzoek door den Raad, zooals heit hier luidt, ongewijzigd wordt aangenomen. Wij moeten ook re kening houden met bestaande toestanden in de gemeente en met bestaande regelingen. Wanneer men van Amsterdam dergelijk verzoek ook al tot den Raad van Roosendaal richt, dan neem ik neg niet aan, dat men voldoende op de hoogte is, zooals Burgemeester en Wethouders in eene gemeente dienen te zijn. Verlangt omtrent het voorstel van Burgemeester en Wet houders iemand het woord? Verlangt iemand stemming? Nie mand? Dan is het aangenomen en het volgende besluit vast gesteld: De Raad der gemeente Roosendaal en Nispen,- Gezien hot voorstel van Burgemeester en Wethouders, HEEFT BESLOTEN: in den bij zijn besluit van 14 Augustus 1019 vastge- silelden staat van wedder egeling van de ambtenaren, be ambten cn werklieden in gemeentedienst in zooverre wijzi ging aam te brengen, dat de: gemeente-vroedvrouw eene standplaatstoelage zal genieten van zevenhonderd gulden 700.terwijl haar voor iedere verlossing hoven de zeventig (70) een bedrag van tien gulden (ƒ10.zal' worden toegekend. Gedaan in de openbare vergadering van den Raad der gemeentel Roosendaal en Nispen van den 30sten Sep tember 1919. De Secretaris, De Voorzitter A. A. RADEMAKERS. AUG. COENEN. Wijziging samenstelling politiecorps. De Voorzitter: Mijne Heeren! Alvorens mededeeling te doen van ingekomen stukken, heb ik een verzoek aan den Gemeenteraad te doen omtrent 'een voorstel betreffende de politie, dat tengevolge mijner tijdelijke afwezigheid verzuimd is op de agenda te vermelden:; een voorstel, dat alleen van mij dient uit te gaan en ook van mij alleen uitgaat, en, waar voor ik bij dezen den Gemeenteraad machtiging verzoek om het nog aan de agenda toe te voegen, en dat beoogt eene wijziging te brengen in de aanstelling van politieambtenaren. Bestaat daartegen bij den Raad geen bezwaar? Bij nie mand? Dan verzoek ik den Raad machtiging om naar eigen keuze, wanneer ik zulks in het belang van dien: dienst acht iriplaats van een adjunct-inspecteur en een schrijver' in politie dienst te mogen aanstellen naar keuze twee adjunct-inspec teurs. Dus het aantal personen blijft hetzelfde, alleen is het verschil, dat twee adjunct-inspecteurs eene meerdere jaar- lijksche uitgave zullen vorderen van 800. Zonder1 hoofdelijke stemming wordt het voorstel van den Voorzitter aangenomen. De Voorzitter: Ik dank den Raad voor zijne medewerking. XV. Mededeeling van ingekomen stnkken. D© Voorzitter: Ik heb de vergadering mede te deelen, dat zijn ingekomen: 1. Dankbetuiging van den Adjunct-Inspecteur van Po litie,. alhier, d.d. 29 Augustus 1919, voor de bij Raadsbesluit van 14 Augustus j.1. toegekende verhooging zijner jaar wedde. 2. Dankbetuiging van den heer Weijts,, onderwijzer al hier,. voor zijne benoeming tot onderwijzer, belast met het geven van onderwijs in eene M. U. LI. O. Masse Van de ischool aan de Vughtstraat. 3. Besluit van Gedeputeerde Staten dezer provincie d.d. 9 September 1919,; G. No. 85, tot goedkeuring van het op 14 Augustus j.1. vastgestelde Raadsbesluit tot verkoop van gemeentegrond aan J. B. Baeke, landbouwer, alhier. 4. Besluit derzelfden d.d. 9 September, G. No, 152 tot goedkeuring van het op 14 Augustus j.i. vastgestelde Raads besluit tot wijziging der begjrooiting 1919 tot aankoop van materialen voor de brandweer. 5. Besluit derzelfden d.d. 9 September 1919, G. Nr. 148 tot goedkeuring van het Raadsbesluit d.d. 14 Augustjus j.1. tot bet aangaan eener geldleening, groot 15Ó.000. tot het dekken van kosten van helt disitribntiejbedirijf, werkverschaffing, verdere cirisismaatregelen en het ex ploitatieverlies 1919 der glasfabriek. 6. Beduit derzelfden d.d. 9 September 1919, G. Nr. 147 tot goedkeuring van het Raadsbesluit van 14 Augustius 1919, .ijoit het aangaan eener geldleening, groot 17000.— tot het dekken van buitengewone uitgaven over de jaren 1918 en 1919. c j 7. Schrijven van den heer K. van Welly;,i alhier, 'd.d. 23 September 1919, met bericht, dat hij met ingang van 1 October a.s. ontslag noemt als lid van de' Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs in de'ze gemeente. AI deze brieven worden voor kennisgeving aangenomen. Request van den Roosendaalschen Bestuurdersbond, met verzoek Ca. Kop, huisvrouw van F. Nuyten in een ge sticht te doen opnemen. De Voorzitter: Mijne Heeren! Hiermede ben ik' aan het einde der agenda gekomen, maar nadat, de agenda door Burgemeester en Wethouders was vastgesteld, hebben mij een tweetal adressen bereikt, welke aan den Raad gericht zijn. Ik Vvcnsch ditmaal van liet gebruik af te wijken om zaken, die niet op de agenda voorkomen, niet in behan deling te nemen. Ik hoop, dat zij, die; dez© adressen tot den Raad hebben gericht van mijne zijde hierin leen bewijs van welwillendheid willen zien, maar het moet geen regel worden, dat, wanneer de agenda's zijn vast gesteld, nog adressen worden behandeld, tenzij de urgentie daarvoor zich naar voren dringt. U begrijpt met mij, dat personen of vereenigingen, die adressen inzenden, weilke niet, voor bestudeering vatbaar zijn geweest, noch van den Raad, noch van het Dagelijksch Bestuur, kunnen vorderen die stukken in behandeling Besluit tot het toekennen eener subsidie voor 1919 en 1920 aan de R. K. Landbouwwinterschool, alhier. Verhooging van de belooning der gemeente-vroedvrouw. Besluit tot verhooging der belooning der gemeente vroedvrouw. Wijziging der samenstelling van het politiecorps. Mededeeling van ingekomen stukken. Request van den Roosendaalschen Bestuurdersbond, met verzoek O. Kop, huis- vronw van F. Nuyten in een gesticht te doen opnemen.

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1919 | | pagina 56