8 VERGADERING VAN 29 SEPTEMBER 1919. De heen Voeten: Ingeval iemand tot HM' eener (kommissie benoemd is, zijn ontslag niet neemt, maar geen enkele maal verschijnt, hoe gaat dat dan? De Voorzitter: U zijt allen gekozen als lid' van den Raad, maar wilt U de vergaderingen niet bijwonen, dan kan ik U er niet toe dwingen. Zoo is het in de Commissiën ook. Dus ik heb geen bezwaar: om alinea 3 van artikel 4 aldus te redigeerlen;: „Behoudens het geval, dat zij ophouden leden van den gemeenteraad te zijn, blijven zij, bij tusschentijdlsche ontslag aanvrage, in functie, totdat hun opvolgers zijn benoemd." Heeft iemand daartegen bezwaar? Niemand? Dan zal' het concept aldus wordlen gewijzigd. De heer E. van Wely: Mijnheer de Voorzitter! Zouden we die bepaling van twee maanden, maar niet houden? Ik vind dat zoo gek dat ten spoedigste. Dan zou b.v. een lid van den Raad, die een paar dagen dood is, al vervangen moeten wor den. Ik zeg dit, omdat het schijnt, dat men van plan is, dat zoo punctueel uit te voeren. De Voorzitter: Het is de1 bedoeling in d'e eerstvolgende vergadering. De1 heer Steyaardl heeft blijkbaar gewild eene bepaling te hebben om toch maar zoo* gauw mogelijk de be noeming te doen plaats hebben. Ik zie in beide redacties geen bezwaar. De heer E. van Wely: Bij overlijden binnen veertien dagen kan men dan ook wel bepalen. De Voorzitter: Heeft U er bezwaar tegen,? De heer E. van Wely: Ja, ik zag liever de oude redactie behouden. De Voorzitter: Dan zal ik artikel 4, 2e lid) met de redactie, zooals "Burgemeester en Wethouders hebben voorgedragen, in stemming brengen De heer Steyaard blijft ook bij zijn voorstel? De heer Steyaard: Ja Voorzitter. De Voorzitter: Ik zal nu het voorstel om artikel 4, tweede lid, ongewijzigd te laten, dus zooals het in de concept-veror dening is geredigeerd, in stemming brengen. Het voorstel wordt met 9 tegen 6 stemmen, aangenomen. Vóór stemden de heeren: Braat, E. v. Wely, v. Gastel, Jonr geneeleni, A. F. Vos, Jac. Vos, Verheden, De Bruyn en Konings Tegen stemden de heeren: Valkenburg, Voeten, Raats, Heerma van Voss, Steyaard en Geersseni. De Voorzitter: Derhalve blijft artikel 4, 2e üd aldus gere digeerd: „de op deze wijze of bij overlijden open gevallen plaats wordt binnen twee maanden door den Gemeenteraad aangevuld1." Artikel 4 wordt, zooals het nu luidt, zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Bij artikel 5 zegt: De heer Steyaard: Voorzitter! In het tweede lid van dit artikel stel ik voor de volgende wijziging te briengien: Haar vergaderingen worden belegd door den Voorzitter, die zorgt, dat ieder lid in den regel tenminste vier maal vier entwintig uur, niet tweemaal vierentwintig uur vóór het houden eener vergadering schriftelijk wordt opgeroepen, zooveel mogelijk met vermelding der in die vergadering te behandelen onderwerpen. Verder: De stukken, op eene uitgeschreven vergadering betrekking hebbende, liggen zooveel doenlijk minstens viermaal vierentwintig uur vóór het tijdstip d'er vergadering ter lezing voor de ledien,. De Voorzitter: U wilt den termijn verlengen? De heer Steyaard: Ja, en dan wil ik den Voorzitter ver zoeken mij in te lichten van wanneer tot wanneer die stukken ter lezing liggen, van welk uur tot wanneer, dat staat hier niet in. De Voorzitter: Zoolang de bureaux voor het publiek open zijn gesteld'; dat is eene stilzwijgende conditie. Wanneer stuk ken tien kantore van een bedrijf ter: visie liggen, dan hebben de lledeni zich te houden aan de uren, waarop d'ie kantoren zijn opengesteld!. Wanneer iemand op die uren geen gelegen heid heeft, dan verzoekt hij aan den directeur van de bedrij ven, kan ik op 'dit of dat uur niet eens de stukken inzien? Wanneer er gevraagd zcu wordlen, kan ik straks komen, dan twijfel ik er niet aan, of ieder hoofdambtenaar! van een bedrijf zal op d!at uur heel graag inzage gevien. Kan iermand het voorstel van den heer Steyaard onder steunen? De heeren Geerssen, Valkenburg en Raats ondersteunen het voorstel. De Voorzitter: Wat mij betreft, dunkt' mij, ,d|at liet voldoen de kan zijn, wanneer de stukken voor eene dergelijke verga dering twee maal vierentwintig uur ter inzage liggen. Ik vind1 vier diagen van te vonienl te lang. Tot nog toe is er nooit bezwaar tegen' gemaakt. Wanneer U echter meent, dat het vier dagen moet zijn, zal ik er niets tegen, zeggen, maar zelfs de agenda voor dien Raadl behoeft slechts twee maal vierentwintig uur vóór de vergadering te. kennis der ledten te wordlen gebracht, krachtens de wet. Ik vind het heielemaal niet noodig de stukkien voor de commissievergaderingen vier dagen te voren ter inzage te leggen. Aangezien het voorstel echter voldoende ondersteund is, moet ik het in stemming brlengerj. De heer Steyaard: Voorzitter! Ik wil daarop nog eenige toelichting geven. Het is ook onze bedoeling geweest: U te verzoeken om d'e vergaderingen voor dien Gemeenteraad in het vervolg tijdiger uit te schrijven, want tweemaal! vieren twintig uur te voren 's niet tijdig genoeg ons inziens. Daar echter aan d,e wet voldaan is, kunnen, wij hieromtrent verder niets dloen, indien, U daaromtrent Uwe medewerking niet verleent. Waar we echter voor die Commissies niet door de wet gebonden worden om een bepaalden tijd vóór dia ver gadering inzage van verschillende stukken; te geven, vinden wij het wenschelijk, dlat die termijn behoorlijk wordt gesteld. Het kan meer dan eens gebeuren, dat de menschen uit de stad of verhind'erd zijn ien dlan twee maal! vierlen,twintig uur, dat zijn maar twee dagen! Zij hebben nog dagwerk, 's avonds hebben zij ook hun werk en d'an kan mem niets doen. Wan neer zoo iemand' in eene Commissie komt, moet hij behoorlijk werk kunnen leveren. Wanneer wij alllen renteniers wanen, dan zou dat best gaan, maar wij arbeiders afgevaardigden hebben ons dagwerk en avondlwerk en wanneer twee maal vierentwintig uur bepaald1 wordt, hebben wij haast geen tijd in de Commissie werk te leveren. Wanneer er werkelijk gewerkt moet worden,, moet er behoorlijk tijd gegeven wordlen die stukken in te1 zien, ,en te bestudeeren om verschillende voorstellen te kunnen doen. In verband daarmede meen ik, dlat in plaats van twee maal, viermaal vierentwintig uur moet bepaald worden. 9 VERGADERING VAN 29 SEPTEMBER 1919. De heer E. van Wely: Mijnheer de Voorzitter! Ik kan er wel eenigszins mee medegaan. Viermaal vieir' en twintig uur is wel wat lang 'en soms gebeurt het ook, dlat wij ze vroeger krijgen. In spoedeischende gevallen, zou men natuurlijk in gioote moeilijkheden komen. De Voorzitter: U vergist zich. Wij hebben, hier raadsver gadering. Eene Commissie kan geen spoedeischende verga deringen beleggen. De Voorzitter kan spoedeischende verga deringen beleggen, maar d'at is niet bij de' wet voorgeschreven, De heer Jac. Vos: Mijnheer de Voorzitter! Ik acht twee maal vierentwintig uur voor eene Commissie meer dan vol doende. Wat is de taak van d!e Commissie? De zaken voor bereiden voor die algemeene vergadering of uitvoering geven aan de besluiten der algemeene vergadering. I)e stukken voor eene Commissie zijn heel wat anders dan zaken voor den Gemeenteraad!. Wanneer de gelegenheid werd gegeven de convocatie's 'en de stukken bestemd voor de raadsvergadering iets vroeger te hebben, dan is 'daar alles voor, maar ik acht voor de Commissie voor de bedrijven twee maal vierentwintig uur meer dbn voldoende. De Voorzitter: Ik zal het voorstel van den heer Steyaard in stemming brengen. Met 9 tegen 6 stemmen wordt het voorstel van den heer Steyaarid verworpen. Tegen stemden! de heeren: A. F. Vos, Raats, Heerma van Voss; Jac. Vos, Verheijien, Konings, Braat, Jongeneelen en Voeten. Vóór stemden de heieren: Steyaard, Geerssen, De Bruyn, E. v. Wely, v. Gastel en Valkenburg. De Voorzitter: Dus d'e bepaling blijft, zooals zij is geconci pieerd. Ik stel thans voor de geheel'e verordening, zooals zij is behandteld, met de enkele wijziging, die in artikel 4, 2e lid is aangebracht, op d'atum van heden vast te stellen. Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten. Y. Vaststelling van de verordening regelende de sa menstelling en werkkring van de Commissie voor open bare werken. De Voorzitter: Mijne Heeren! Ik verzoek de leden de zoo even aangenomen verordening op de bedrijven even naast deze concept-verordening te leggen, die samengesteld is voor de Commissie van Bystand voor Open' are Werken. Daar zijn een paar artikelen uitgevallen. De leden zullen zoo be leefd zijn na artikel 2 van de conceptverordening in te lasschen artikel 3 van de verordening der bedlrijven, diei zooeven; door U is vastgesteld; artikel 3 wordt nu artikel' 4. Artikel 4 wordt artikel vijf. In artikel 5 wordt in plaats van het woordje „zij" gelezen: de Commissie. In artikel 8 vervallen de woorden achter Openbare Werken, omdat hier een controleur van financiën is. Na artikel 11 moet ingelascht wordten, het arti kel 12 van de verordening voor de bedrijven. Dus Mijne Heenen, artikel 3 en artikel 12 wapen uitgeval len. Ik verzoek U dus bij dezen om die alsnog in de verorde ning op te nemen. Zooals d'e verprdiening thans wordt aange boden, vraag ik of een der leden daarover in haar geheel het het woord verlangt? Niemand? Dan zaJl ik weer overgaan tot artikelsgewijze behandeling. De artikelen, 1 tot en met 4 worden ongewijzigd zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Bij artikel 5 zegt: De heer Steyaard: Voorzitter! Ik stel weer voor om den tijd van 2 X 24 uur te verlengen tot 4 X 24 uur. De Voorzitter: Dat voorstel is juist verworpen. Daar be hoeven wij geene discussie over te openen. Kan iemand het voorstel van den) heer Steyaard ondersteunen? De heeren Geerssen en Valkenburg ondersteunen het voor stel. De Voorzitter: Dan zal ik het voorstel in stemming brengen De heer E. van Wely: Mijnheer de Voorzitter! Daar is toch al over gestemd. De Voorzitter: Ik kan er niets aan doen, het is een nieuw voorstel. De heer E. van Wely: Dan kunnen,1 wij wel aan den gang blijvenL Het voorstel' van den heer' Steyaard wordt met 8 tegen 7 stemmen verworpen. Tegen stemden de heeren: Jongeneelen, Voetien, A. F. Vos, Heerma van Voss, Jac. Vos, Verheijen, Konings en, Braat. Vóór stemden de heeren!: v. Gastel, Valkenburg, Raats, Steyaard, Geerssen, De Bruyn en; E. v. Wely. De Voorzitter: Dus artikel 5 blijft ongewijzigd. Verlangt thans iemand stemming over de verordening, zoo als zij U in concept is medegedeeld met de wijzigingen en aanvullingen daarin aangebracht? Niemand? Dan is zij aan genomen!. VI. Benoeming ran twee leden Tan de Commissie roor de Bedrjjren. De Voorzitter: Mijne Heeren! Nu stpl ,ik yopr jQViM-(te gaan tot de benoeming van twee leden van de Commissie voor de bedrijven. Ik benoem tot stemopnemers voor deze :en verder in deze vergadering te houden stemmingen, beide heeren, Wethou ders. In de Gascommissie, die thans vervangen wordt door de Commissie van BadrdjVien - ik deel dit mede om een lei draad te geven, hebben thans zitting de heieiren Verheijenen Van Gastel. Ik stel thans voor te voorzien in de vacature Van Gastel. De uitslag der gehouden stemming is als volgt: In de bus werden bevonden 15 stembriefjes, waarvan 3 ongeldig, daar ze blanco zijn ingeleverd. Van de 12 geldige stemmen verkregen de hee,r Van Gastel 6, de heer De 'Bruyn 4 en, de heer' Steyaard 2 stemmten. Daar niemand de volstrekte meerdte'riheid heeft verkregen, wordt overgegaan tot een tweede vrije stemming. De uitslag hiervan is, dat 15 stembriefjes in de bus werden bevonden, waarvan 3 ongeldig, daar ze blanco zijn ingeleverd. Van de 12 geldige stemmen verkregen! de heer De Bruyn 6, d'e heer Van Gastel 4 eni de heer Steyaard 2 stemmen, zoodat, nie mand de volstrekte meerderheid verkregen hebbend'e, wordt overgegaan tot herstemming tusschen de heeren De Bruyn en Van Gastel, waarbij deze zich van medestemmen ont houd,'en. Vaststelling van de verordening regelende de samenstelling en werkkring van de Commissie voor de Bedrijven. Vaststelling van de verordeningen regelende de samenstelling en werkkring van de commissie voor de Bedrijven en van de Commissie voor Openbare Werken. Benoeming van twee leden van de Commissie voor de Bedrijven.

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1919 | | pagina 53