Burgemeester Coenen. I vetlnm^k^Tke Wkingen VCrSChafte Zb °"S de Heden, den len April 191iS, is het vijf-en-twintig jaren ge leden, dat de Edelachtbare Heer A. L. Q. H. M. Coenen be noemd werd tot Burgemeester van de Gemeente Roosendaal en Nispen, als opvolger van wijlen den Edelachtbaren Heer Louis Joseph Schoonheyt. Vijf-en-twintig jaren heeft Burgemeester Coenen zijn veel omvattend ambt als Hoofd dezer Gemeente vervuld met altijd jeugdige opgewektheid en altijd frisschen moed, ondanks de veelvuldige moeielijkheden, aan het Bestuur van een zich sterk ontwikkelende grensgemeente verbonden. Waarlijk er is een groot verschil tusschen de Gemeente in 1893 en in 1918! Lenige getallen zullen daarvan een denkbeeld geven. Het bevolkingscijfer in 1893 was 12037, thans telt de Ge meente Roosendaal en Nispen 20887 inwoners. De Hoofdelijke omslag, die in 1893 slechts f 10000 was, is in 1918, mede door crisisuitgaven, 148000. Wanneer wij op den dag van heden een blik werpen op hetgeen onder het Bestuur van Burgemeester Coenen is tot stand gekomen, dan komt het ons eigenaardig voor terug te - gaan naar het jaar 1893 en wel in het bijzonder naar de ver gadering van den gemeenteraad, waarin de Burgemeester werd geïnstalleerd. In die vergadering zeide de waarnemend- Voorzitter, wijlen de heer P. A. G. van Gilse, dat de jeugdige krachten en het onpartijdig optreden van den nieuwen Bur gemeester een waarborg zouden zijn, dat hij den bloei onzer steeds vooruitstrevende gemeente in gemeenschappelijk over leg met den Raad zou bevorderen en voorstaan. De Burge meester zelf gaf te kennen, dat hij aan het groote vertrouwen in hem gesteld zou trachten te beantwoorden, door met vol komen toewijding, onbevangenheid en onzijdigheid van zijne jeugdige krachten alles te vergen ter behartiging der belangen onzer gemeente, die aan zijne zorgen is toevertrouwd. Te dien einde riep hij „den gewaardeerden steun, de onmisbare medewerking van den Raad met aandrang in," overtuigd als hij was, „dat alleen een krachtig samenwerken aan Roosen daal en Nispen's welzijn kan bevorderlijk zijn, wetende, dat tweedracht slechts kan verhinderen of afbreken, hetgeen door eensgezindheid en eendracht wordt voorbereid of is tot stand gekomen." Bij het spreken van de pui van het Raadhuis op dien dag na afloop van de schitterende feesten, die ter eere van den nieuwen Burgemeester gevierd werden, riep hij de welwillendheid in van de zijde der ingezetenen, daar hem dan „maar dan alleen het bestuur der gemeente een lust en het naleven zijner verplichtingen den ingezetenen geen last zou zijn. Gaan wij thans na wat door den Burgemeester in de af- geloopen vijf en twintig jaar in zijn ambt is gedaan, wat hij in die jaren tot stand heeft weten te brengen, dan kunnen wij niet anders dan getuigen, dat de woorden, zoowel van den waarnemenden Voorzitter destijds als van den Burgemeester zelf, ten volle in vervulling zijn gegaan. Het optreden van den Burgemeester kenmerkt zich in de eerste plaats door zijn onpartijdigheid. Het moge wellicht en kele ingezetenen anders toeschijnen, het is een feit, dat par tijstrijd, die weleer ook in onze gemeente voorkwam geheel is geluwd, en niemand zal ontkennen, dat dit niet grooten- deels het gevolg is van het streven van den Burgemeester. Met groote toewijding heeft de Burgemeester steeds zijn I taak vervuld. Eene eigenschap, welke hem daarbij niet het minst sierde, was zijne onbaatzuchtigheid. Waarnaar hij ook streefde, in welken zin ook een bestuursmaatregel door hem werd uitgevoerd, het dienen zijner eigen belangen bleef bij hem steeds uitgesloten. Als man van initiatief, die met een onbevangen oordeel ziet, wat er in het belang van den dienst moet geschieden, wist hij, met inachtneming van de ziens wijze van anderen, op doortastende wijze door te zetten, wat voor de gemeente werkelijk goed was te noemen. Veel heeft hij daardoor tot stand kunnen brengen, veel, zeer zeker ook, omdat het hem aan medewerking van den Raad, aan welwil lendheid der ingezetenen niet heeft ontbroken. Het zij ons vergund hieromtrent een schets te geven, een schets, die, waar een zoo rijk besteed leven achter ons ligt en bovendien papiernood ons tot beknoptheid noopt ook hierin spelen de tijdsomstandigheden ons parten slechts in groote lijnen kan aangeven, wat door Burgemeester Coenen is gewrocht. Alle takken van gemeentedienst vereischten 's Burgemees ters zorg, en hadden die ook ten volle. Zien wij wat hij heeft tot stand gebracht op het gebied van onderwijs. Het aantal leerlingen der openbare scholen, dat in 1893 circa 750 bedroeg, steeg in zijn vijf en twintig jarige loop baan tot 1500. Uitgebreid werden daartoe de scholen aan de Burgerhoutsche straat en te Nispen, nieuw gebouwd werden onder zijn bestuur de school aan de Hoogstraat en de school aan de Nieuwstraat. Gedurende een groot aantal jaren zelf voorzitter van de plaatselijke schoolcommissie, wilde hij het onderwijs zelf meer van nabij volgen, met het onderwijzend personeel zelf nauwer in aanraking komen, dan hem anders als burgemeester zou zijn mogelijk geweest. Welk een vooruitgang heeft het middelbaar onderwijs onder zijn bestuur niet gemaakt! Onze aloude teekenschool, die, zeer zeker voor haar tijd, veel goeds heeft gedaan en waar aan nog menig ingezetene met liefde terugdenkt, heeft plaats gemaakt voor de burgeravondschool met daaraan verbonden teekenschool, wellicht de meest bloeiende inrichting van on derwijs in onze gemeente. Meent gij zulks te veel gezegd, bezoek de jaarlijksche tentoonstelling dier school, hoor daar onze handwerkslieden het werk der leerlingen prijzen en een vergelijking maken met de oude school, en wij zijn er van overtuigd U aan onze zijde te hebben. Het spreekt van zelf, dat een deel van den bloei der scho len op onderwijzend en leeraren-personeel terugvalt, doch zou zulks ook niet voor een groot deel zijn, omdat van boven af tot werken word-t aangezet en flinke arbeid wordt gewaar deerd. Wij wijzen op 's Burgemeesters zorg voor de gemeentebe drijven. Zien wij de verslagen van onzen gemeenteraad, dan schijnt de exploitatie der gasfabriek niet te zijn, zooals die door meerdere leden van den Raad en ook door den Burge meester zelf wordt gewenscht. Wees er van overtuigd, dat de fabriek hem daardoor juist meerdere zorg baart. Hij ver schafte de fabriek eene geheel nieuwe reglementeering van den dienst, hij was een der eersten in ons land, die toen de wet daartoe bevoegdheid verleende, van de fabriek een af zonderlijk geadministreerd bedrijf liet maken en daardoor uit financiëel oogpunt tusschen de fabriek en gemeente de ver houding in het leven riep, zooals wij die ons thans voor een commercieel bedrijf moeielijk anders kunnen denken. Het bestuur van den Burgemeester bracht ons de oplossing van het waterleidingvraagstuk, wellicht het meest ingewik- 9 kelde het meest netelige, hetwelk het bestuur der gemeente dat nï/hf" h gChad' VVerd het niet gelost in dier voege dat althans de gemeente-financiën er niet onder gedrukt werden? Zag de Burgemeester daarin niet het meeste heil? Een middenweg werd gevonden tusschen concessie en eDen exploitatie, waarbij de gemeente voldoende invloed op de ex ploitatie zelve heeft behouden en op elk oogenblik de water- eidmg met hare talrijke aansluitingen, zoodra zij zich zelf kan bedruipen, door de gemeente in eigen beheer kan wor den overgenomen. „het Rijk tot het aanleggen en exploiteeren van liet Rijksteleioonnet overging, bezat onze gemeente door les b1SiCmeeS $,ZOrs haar eigen telefoonnet, wel is waar bescheiden in aanleg en weinig talrijk in aansluitingen Werd het nut ervan door de ingezetenen nog niet ingezien de Bur gemeester meende, dat eene dergelijke installatie in onze ge meente met mocht ontbreken. De kort daarop volgende jaren stelden hem ,n het gelijk. Toen door de provincie tot den aan leg van het provinciaal electrisch net zou worden ove?ge-" gaan, verklaarde de Burgemeester zich ten volle bereid voor ïorW f' aal, b6tr0f' Zijne kracht>ge medewerking te verleenen. Liever dan naar eigen gemeentelijke exploitatie te treven voorzag hij, dat alleen van het door de Provincie giootsch opgezette plan heil voor onze gemeente te verwach ten was; alleen de tijdsomstandigheden dragen de schuld VmSnKSrte "0S Van deze h00gSt nuttige beweegkracht Het bevorderen van de belangen van den landbouw deed klink SemCe^tCr blljkbaar steeds met voorliefde. Talrijke nkerwegen buiten de kom der gemeente werden op zijn ini tiatief aangelegd naar verbetering der landwegen werd door hem voortdurend gestreefd, veel werd door hem San ter verbetering ook van de afwatering der landerijen niet liet word, °dtr„,ï 'T"""'""i beV°lki"e «e ÏOO„ het hoofddoe, ve™ van den stamTm'L"" T "aardell,okkCTil kon zij zich 1 van den Burgemeester verzekerd achten- werd uit den kring der boeren gevraagd naar uitbrdding "in het TT veemarkten> de Burgemeester was er voor hete bda"g Van handel en industrie streefde hij naar ver- mhldeDgnVan h ,vaarwater; groote voordeelen genoten deze middelen van bestaan van de voor enkele jaren aangebrachte vemuming van het bovensas, gepaard met uitdieping en ver brecding op meerdere punten van den Vliet, welke werken door den Burgemeester in samenwerking met het Heemraad .ichtLWei'den, V00rgestaan- Aangestipt dient hierbij Te oj-" ichting van de gemeentewaag, die alleen aan rlen p, Teheen1" TT 'T™ da"kt' aanvankel«k ten doode gedoemd scheen, doch thans ruim vertrouwen geniet en onmisbTar i Welk een veel omvangrijken arbeid heeft de Burgemeester station, eei;rTrbteTd,^bb\ifanisahf°^ V£ "c voor de onteigening in het bijzonTe! deTSanfen ShTt'igen vSen Waet ^g^et.enei?'+wifr gro"dc" in het onteigeningspla vieien. Wat is hierin niet al te voorzien y-eWP,w-p w, ii SoÏÏieTerdC" d°°r ',em i,"kr,i)d "iet auWend om het I 5 TelhZZ'hT "et te wel LSh LLT p,0BnlKn- dle' waren zij zeinkt, Sronden I liggen, doch tot groot gerief zouden gestrekt hebben van ver- wZel T g™°|ste gedeclte van Roosendaal's bevolking? Wat heeft het den Burgemeester niet aan moeite gekost de toegangswegen naar het station aangelegd te krijgen op eene wijze waardoor zij de gemeente-financiën voor aanleg en hTmJTv' f0(ï g,0Cd a'S "iets ZOLlden bezwaard hebben? Het is bekend dat deze vele bemoeiingen voor een groot ge deelte vergeefsch zijn geweest; toch is van Staat en Maat- sc ïappu verkregen wat voor de gemeente te verkrijgen was va" het stratennet der gemeente, een zijner meest geliefkoosde zorgen, doch tevens wel een der meest ondankbare. De Burgemeester stelde zich daarbij steeds op het juiste standpunt, dat de gemeente te zorgen heeft voor en dat narticulip6" T*™' in eigendom toebehoorende, n dat particuliere bouwondernemers de kosten van aanleg hunner straten grootendeels voor eigen rekening hebben te pemen. Het ,s genoeg bekend, dat juist het niet verzaken Tan blik herftTzorS1 rgemeester menig onaangenaam oogen- bezorgd en tot menige onheusche beoordeeling van zijn politiek onder de ingezetenen heeft aanleiding gegeven Hoe is door den Burgemeester steeds gestreden tegen het plan toTst-n i6 aHeen' °mdat de wijze' waarop dit pla" was Tri nir gekomen' zune instemming niet kon weg dragen? ot uitvoering van het plan van uitbreiding, dat door particu lieren ondernemingsgeest diende te geschDden, kwam hS niet blijkt niet hieruit, dat hiermede, zooals de Burgemeester i de, een geheel andere weg had moeten bewandeld worden een weg waarop, naar wij uit de teekenen hebben kunnen zien, i eeds stappen worden gedaan. Uitbreiding van het politiepersoneel en reorganisatie van den dienst der politie vorderden van 's BurgemeeSers zor I Kchtor01r|dare"de,.werkzaamheid- Gepaard ging daarmede het stichten van politieposten en het totstandbrengen eene-- ge heel nieuwe, Algemeene Politieverordening. Welke belangrijke I kwesties gaf het ontwerpen dezer laatste niet te beslïsën? I rmf-4 betrekking tot den gezondheidsdienst herinneren wii kenbarak" totTf^T WVeren Y00r het oprichten eencr zie kenbarak, tot afzondering van lijders aan besmettelijke ziek j ten.reeds onmiddellijk nadat tot den bouw van ons „Duw leendTanWd6p VpYergegaan' J6 medewprki"g door hem ver- leend aan de Vereenigmg „Het Wit-Gele Kruis," het steunen van cje levensverzekeringmaatschappij „Antverpia" voor de door haar op te richten bad- en zweminrichting en den aan! meente. gemeene bcgraafplaats ver buiten de kom der gc- ru-nr g0Cd kat!loIiek za^ de Burgemeester in, dat bij de op richting van nieuwe parochiekerken financiëelen steun van gemeentewege met mocht achterwege blijven Bij het eerste geval, aat zich hiertoe voordeed, was het de vraat t desbetreffend Raadsbesluit de vereischte goedkeming zou kunnen e: langen. De Burgemeester meende, dat deze moest verkregen worden, en het gelijk was aan hem. v,,oV)0rZ00Ve;r kur,st m 0,lze semeente te bevorderen viel weten wij, dat onze beide harmonieën steeds op den Burge' meester konden rekenen; wederkeerig vond elk verzoek van" i en Bui gemeester aan de harmonieën om bij een of andere onthaal "e medewerkillg te verleenen, een gunstig bet,s1tuk. va" belastingen huldigde de Burgemeester - eeds het beginsel, dat de draagkracht der ingezetenen de Huldiging van den Burgemeester op zijn vijf en twintig jarig jubileum. Huldiging van den Burgemeester op zijn vijf en twintig jarig jubileum. w urut Gein ooK s nursrerneestors m

Raadsnotulen

Roosendaal: 1913-2006 | 1918 | | pagina 20