VERGADERING VAN 30 JUNI 1917. port niet gelezen, dat wij iets meer zullen terugkrijgen van het Rijk. Ik vind het een kleingeestig argument, om juist hier te zeggen: die 25 gulden krijgt U van het Rijk terug. Die 25 gulden krijgen wij ook zonder deze verhooging van het Rijk terug. Wij hebben bij al onze voorstellen geen rekening gehou den met hetgeen wij van het Rijk terugkrijgen, en of wij nu deze 25 gulden of niets terugkrijgen, dat laat mij koud. Ik zou alleen die verhooging geven, indien het noodzakelijk is die toe te kennen, maar dan ook de overige ambtenaren gelijk be handelen. Met elf tegen één stem wordt besloten de tegemoetkoming in de huishuur voor de onderwijzers te brengen op 125 gulden. Vóór het voorstel hebben gestemd de heeren: E. van Wely, Heerma van Voss, Braat, A. F. Vos, Voeten, K. van Wely, Van Gastel, P. Konings, Backx, Jongeneelen en de Voorzitter. Tegen het voorstel heeft gestemd de heer J. Verheyen. De Voorzitter: Ten slotte stellen wij U voor de verordening te doen ingaan met ingang van 1 Juli e.k., en haar onder dag- teekening van heden opnieuw vast te stellen; den duurtetoe- slag voor het onderwijzend personeel met ingang van 1 Juli a.s. te doen eindigen. De heer Heerma van Voss: Ik zou U wel eens willen vra gen wat het gevolg is van dit besluit; zouden de onderwijzers er niet mede ten achter geraken? De Voorzitter: Het voorstel van Burgemeester en Wethou ders in deze is den duurtetoeslag voor de onderwijzers te doen eindigen, omdat de onderwijzers nu duurtetoeslag krijgen van het Rijk en dit bedrag, wanneer ik mij niet vergis, bedraagt 12 pCt. van de jaarwedden voor de gehuwden en 6 pCt. der jaarwedden voor de ongehuwden, en daarenboven ontvangen zij voor kinderen boven de twee voor elk kind f 40.Nu öeze tractementsregeling is aangenomen, krijgen de onderwij zers een duurtetoeslag, die wij het vorige jaar hebben gege ven, nl. f 2000, terwijl de verhooging van de jaarwedden be draagt in ronde cijfers f 6000. Wij hebben gemeend, waar de Gemeenteraad nu 6000 geeft, wij dus die 2000 wel kunnen besparen, anders zou het dubbel pree gaan worden! Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten den duurtetoe slag te doen eindigen, de salarisregeling onder dagteekening van heden opnieuw vast te stellen en deze verordening te doen ingaan op 1 Juli 1917. IV. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verhoo ging van de in art. 8 „Jaarwedderegeling van de amb tenaren ter Secretarie" vastgestelde maximnm- en minimum-jaarwedden. De Voorzitter: Mijneheeren! In de vergadering van 29 De cember 1916 werd het besluit genomen, aan den heer E. L. M. Hontelé eene jaarwedde toe te kennen van f 2200.en hem als directeur te detacheeren naar het levensmiddelenbedrijf. De verhoudingen in de salarissen van de ambtenaren ter ge meente-secretarie, waartoe ook de voornoemde directeur be hoort, werd hierdoor verbroken. Het sterkst treedt dit in het licht bij de jaarwedde van den hoofdcommies ter secretarie. Bij vergelijking zien wij, dat de jaarwedde van den hoofdcom mies ter secretarie is bepaald van f 1600f 1900, aldus het eindcijfer f 300 minder bedraagt dan de jaarwedde van den directeur van het levensmiddelenbedrijf, die later zijn post ter secretarie zal hernemen en zijne bezoldiging van 2200 gulden alsdan zal behouden. In het algemeen is er ten aanzien van de jaarwedden van de overige ambtenaren ter secretarie naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders eveneens eene zekere wanverhouding ontstaan. Immers, wij meenen te mo gen aannemen, dat de Raad het door hem bij de bepaling van de wedde van den voornoemden directeur ingenomen stand punt ook ten opzichte der andere ambtenaren wil aanvaarden en gelijke waardeering heeft voor nagenoeg gelijke diensten. Het is deze idéé, die ons tot het voorstellen dezer salarisher ziening geleid heeft. Bovendien wil het ons toeschijnen, dat het voor het behoud van den goeden geest en de goede harmonie onder het perso neel, van hooge waarde kan zijn, indien de Raad blijk geeft ten aanzien van de salarissen der ambtenaren een zooveel mogelijk gelijken maatstaf te willen aanleggen De voor gestelde jaarwedden zijn ontworpen op eene schaal, welke gebaseerd is op de jaarwedderegelingen, in den laatsten tijd in de gemeenten Bergen-op-Zoom en Helmond, gemeenten het beste met deze gemeente te vergelijken, zijn tot stand ge komen. Steeds meer wint de overtuiging veld, dat bij de ge stadige toeneming van de werkzaamheden, welke dientenge volge grootere inspanning, hoogere ontwikkeling van de amb tenaren eischt, overeenstemming tusschen den te presteeren arbeid en het toegekende salaris niet langer mag ontbreken. Het komt ons voor, dat ook onze gemeente niet mag achter blijven in de waardeering van hare ambtenaren en van hun nen arbeid. Bij deze waardeering moet men als vast axioma beschouwen, dat iemand werkt naar het loon, dat hij verdient, en waartegenover de groote expansie, welke in den laatsten tijd op het gebied der gemeente-administratie te bespeuren valt, geen evenredige uitbreiding van het personeel gesteld is, meenen wij, dat eene hoogere belooning der in functie zijnde ambtenaren in onze gemeente zeker gebillijkt is. Wij vertrou wen, dat ons voorstel bij de leden van den Raad een goed ont haal moge vinden. Wij vonden het nu het geschiktste moment tot de herziening over te gaan, omdat de ambtenaren met in gang van 1 Juli eene verhooging ontvangen. Ik heb U reeds gezegd, dat bij deze voorstellen de regelin gen dit jaar te Bergen-op-Zoom en Helmond aange nomen, ons tot leidraad hebben gestrekt; de jaarwedden in die gemeenten zijn nog iets hooger. Waar de eerste gemeente eene garnizoensplaats, de tweede eene fabrieksstad is en onze gemeente daarentegen als grensplaats zeer voornaam is, mee nen wij, dat aan de ambtenaren ter secretarie eene gelijke be looning als in genoemde plaatsen mag worden toegekend. Daarom heb ik U namens Burgemeester en Wethouders voor te stellen te besluiten de jaarwedden van het secretarie-per soneel te bepalen als volgt: voor een hoofdcommies f 1700f 2100, voor een commies, afd. chef - 1500f 1900, voor een commies - 13501750, voor een adjunct-commies - 10001350, voor een klerk - 6501000. I Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aange nomen. De Voorzitter: Naar aanleiding van de gevallen beslissing stel ik aan de vergadering voor artikel 8 der Jaarwedderege ling van de ambtenaren ter secretarie dien overeenkomstig te wijzigen. 5 VERGADERING VAN 30 JUNI 1917. Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten en het volgende besluit vastgesteld: De Raad der gemeente Roosendaal en Nispen; BESLUIT: artikel 8 der Jaarwedderegeling van de ambtenaren ter Se cretarie te wijzigen en te lezen als volgt: De jaarwedde van de in deze verordening genoemde amb tenaren bedraagt voor: Minimum. Maximum, een hoofdcommies f 1700.f 2100. een commies afd.-chef - 1500.- 1900.— een commies - 1350.- 1750. een adjunct-commies - 1000.- 1350. een klerk - 650.- 1000. Tijdelijke schrijvers genieten voor hunne diensten bij den dag, bij het uur of naar den omvang der werkzaamheden eene belooning op voorstel van den gemeente-secretaris door Bur gemeester en Wethouders te bepalen. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van den Raad der gemeente Roosendaal en Nispen, den 30sten Juni 1917. De Secretaris, De Voorzitter, A. A. RADEMAKERS. AUG. COENEN. De Voorzitter: Mijneheeren! Verder heb ik de eer U voor te stellen ook voor het secretarie-personeel deze regeling te doen ingaan met 1 Juli 1917; en ons te machtigen met 1 Juli 1918 de eerste verhooging toe te kennen. Zonder hoofdelijke stemming wordt ook hiertoe besloten. De Voorzitter: Vervolgens heb ik U namens Burgemeester en Wethouders voor te stellen, ook voor deze ambtenaren den duurtetoeslag met ingang van 1 Juli 1917 te doen eindigen. Wat dit voorstel betreft, wensch ik allereerst van de vergade ring hieromtrent eene beslissing uit te lokken. Een dergelijk voorstel werd ten opzichte der onderwijzers gedaan, omdat deze een duurtetoeslag van het Rijk ontvangen. Aangezien de ambtenaren ter secretarie die niet ontvangen, wensch ik omtrent de intrekking van dezen toeslag het gevoelen van den Gemeenteraad te kennen. Ik kan mij met het voorstel van Burgemeester en Wethouders niet vereenigen. Ik heb mij ver- eenigd met het voorstel tot intrekking van den duurtetoeslag voor de onderwijzers, omdat aan de onderwijzers door het Rijk nog een hoogeren duurtetoeslag is toegekend. Waar de salarissen dezer ambtenaren alleen in overeenstemming zijn gebracht met gepresteerde diensten, kan ik met het voorstel om voor de secretarie-ambtenaren den toeslag in te trekken, niet medegaan en wensch ik daaromtrent een uitspraak van den Raad te verkrijgen. Mijneheeren, ik breng het voorstel van Burgemeester en Wethouders, om met ingang van 1 Juli den duurtetoeslag voor de ambtenaren ter secretarie te doen vervallen, in omvraag. Verlangt omtrent dit voorstel een der leden het woord? De heer Heerma van Voss: Mijnheer de Voorzitter! Om daar een oordeel over te kunnen vormen, dienen wij eerst toch te weten, wat het gevolg is van deze salariswijziging. Hoeveel gaan de verschillende ambtenaren daarmede vooruit, want dan zou het wel eens kunnen zijn, dat de verhooging kleiner was, dan hetgeen zij als duurtetoeslag krijgen De Voorzitter: De ambtenaren zullen, met uitzondering van den hoofdcommies, die op het maximum komt te staan, de minimumwedde aan hun rang verbonden, genieten. Alleen voor twee ambtenaren wordt hierop eene uitzondering ge maakt en voorgesteld hunne wedde vijftig gulden boven het minimum te doen zijn. Nogmaals wil ik U zeggen, dat ik alleen het voorstel tot in trekking van den duurtetoeslag, aan de onderwijzers verleend, heb kunnen steunen, omdat het Rijk den onderwijzers een duurtetoeslag heeft toegelegd. Daar de jaarwedden voor het secretarie-personeel vastgesteld nog beneden die der onder wijzers blijven, kan ik dit voorstel van Burgemeester en Wet houders niet steunen. Ik vrees, dat, bij intrekking, de ambte naren ter secretarie zich direct tot deze vergadering zullen wenden, om hun den duurtetoeslag wederom te geven en juist daarom zou ik nu maar liefst een uitspraak van den Raad zien, dan weten de ambtenaren, waaraan zich te houden. Eerst in onze vergadering van eergisteren is besloten om dit voor stel te doen. Ik heb dat voorstel te eerbiedigen en stel het thans aan de orde. Wanneer ik mij niet met een voorstel van Burgemeester en Wethouders kan vereenigen, acht ik mij ver plicht dit in deze vergadering te doen uitkomen. De verhoogingen, die de ambtenaren op hun tegenwoordig salaris zullen genieten, varieeren van 100 tot 300 gulden. De heer Braat: Mijnheer de Voorzitter, ik meen, dat wij geen voldoende antwoord hebben verkregen op de door den heer Heerma van Voss gestelde vraag, n.1. hoeveel de ambte naren vooruit gaan, indien de duurtetoeslag wordt inge trokken. De Voorzitter: De meeste ambtenaren gaan ongeveer 100 tot 200 gulden in wedde vooruit. De heer Braat: Met behoud van den duurtetoeslag? De Voorzitter: Ook zonder het behoud van den duurtetoe slag. Ik wil trachten U het verschil tusschen de onderwijzers en de secretarie-ambtenaren nog duidelijker te doen inzien. Er zijn negen en twintig onderwijzers, die naar de bepalingen der zoo straks vastgestelde verordening, in totaal met een bedrag- van zesduizend gulden vooruit gaan. Er zijn elf ambtenaren ter secretarie, die gaan krachtens de in deze vergadering vast gestelde verordening in totaal vooruit vijftienhonderd gulden. De beide categoriën van ambtenaren beschouw ik als vogels van eenerlei veeren. Ik zal het op prijs stellen, indien de duur tetoeslag voor de ambtenaren ter secretarie behouden blijft. De gehuwde onderwijzers krijgen van het Rijk een duurte toeslag van 12 pCt., de ongehuwde onderwijzers 6 pCt., daar enboven wordt aan de gehuwde onderwijzers nog een kinder toeslag gegeven. De ambtenaren in gemeentedienst, die een toeslag ontvangen, genieten 10 en 5 pCt. hunner jaarwedden, naar gelang deze minder of meer dan 1500 gulden bedraagt. Na deze toelichting breng ik het voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot intrekking van den duurtetoeslag voor het secretarie-personeel, in omvraag. Met zeven tegen vijf stemmen wordt dit voorstel ver worpen. Tegen het voorstel hebben gestemd de heeren: Heerma van Voss, Braat, Voeten, K. van Wely, Van Gastel, Backx en de Voorzitter. Vóór het voorstel hebben gestemd de heeren: E. van Wely, A. F. Vos, Verheyen, P. Konings en Jongeneelen. De Voorzitter: Derhalve is het voorstel van Burgemeester en Wethouders verworpen en blijven de ambtenaren den duurtetoeslag behouden. Jaarwedderegeling van de ambtenaren ter secretarie. Jaarwedderegeling van de ambtenaren ter secretarie.

Raadsnotulen

Roosendaal: 1913-2006 | 1917 | | pagina 46