6 VERGADERING VAN 18 NOVEMBER 1916. Request van het Bestuur R. K. Middelbaren Handelscursus te Bergen-op-Zoom, houdende verzoek om eene subsidie. oordeel, sdat een standpunt als hier is ingenomen door een College als 'de Raad van Roosendaal niét mag worden bestendigd. Wij moeten eerlijk erkennen, wanneer eene gemeente iets doet, Waarvan wij profiteeren, wij ook bereid moeten zijn een 'gedeelte der lasten te dragen. Het wil mij voorkomen, dat het schoolbestuur yau Bergen-op-Zoom .verre van •overdreven, zelfs zeer aan nemelijke ei'schen stelt. Het zal weinig kosten gereikenldi tegen de voordeelen 'welke eene 'dergelijke school voor dei omgeving biedt; en aangezien het absoluut onmogelijk i's; dat eene dergelijke inrichting van onderwijs in onze gemeente voorloopig tot 'stand komt, gevoel ik er veel voor de gevraagde subsidie te verleenen. Ik doe heel graag het .voorstel om eene welwillende beslissing te nemen op het verzoek door het schoolbestuur gedaan. De ,heer Heerma van Voss: Mijnheer de Voorzitter! Ik meen het standpunt van de Commissie van toezicht hier te moeten verdedigen. Zij heeft haar advies gegeven op dezelfde gronden als de vorige keer. Wanneer alle inrichtingen,, waarvan enkele jongelieden profiteeren .of kunnen profiteeren, hier om subsidie komen aankloppen, waar ,zal dan 'het einde zijn van Met subsidie geven? Dat Is juist 'het groote bezwaar. Wil d!e Raad subsidiie geven ,voor inrichtingen huiten Roosendaal, dan moet hij ,dat zelf weten. Wij meenden dit principe niet te kun nen opofferen, want dan is het einde er niet van te voorzien. De heer Braat: Mijnheer de Voorzitter! Ik ben het gedeeltelijk met den 'heer Verheijen eens,- maar ik zou mede kunnen gaan met een besluit zooals genomen is jn den Gemeenteraad van Wouw,- nl. te' subsidieeren zoodra leerlingen -uit Wouw de handelsschool bezoeken. Zoo lang echter niemand uit Roosendaal de handelsschool bezoekt,' gevoel ik er niet veel voor subsidie te verleenen, De heer Verheijen: 't Is mij persoonlijk hekend; dat ingezetenen ,van Roosendaal als leerlingen de school te Bergen-op-Zoom bezoeken. De heer Braat: Dan wensch ik; wat imij betreft, niets anders dan subsidie te verleenen. De Voorzitter: Wenscht nog een der leden het woord? De (heer Verheijen: Mijnheer de Voorzitter! Ik wilde nog even antwoorden op het gesprokene door den heer Heerma van Voss. De jheer Heerma van Voss zegt,- dat het einde niet te voorzien is wanneer wij beginnen alle mogelijke inrich tingen te subsidieeren,- waarvan de ingezetenen van Roo sendaal kunnen gebruik maken. Dat geef ik heel graag toe,' .Mijnheer de Voorzitter, maar U zult mij moeten toe geven; .dat eene middelbare handelsschool geene inrich ting ,is; welke gelijk te stellen is ,met de eerste de besla. Dat is eene inrichting tot algemeen nut, waarvan de totstandkoming jn Roosendaal binnen afzienbareu lijd niet te bereiken is. Wanneer wij een willekeurigen cursus b.,V. ,in naaien, sloppen of breien welke jn het Heike ge geven wordt; gaan subsidieeren, geef ik gaarne toe, dat daarvoor geene motieven bestaan, maar waar het hier betreft eene inrichting, welke spontaan ontstaan is uit de bevolking en gesteund wordt door de geheele bevol king van de omgeving, daar meen ik, dat de Gemeéintei- raad van Roosendaal zeer zeker zijn plicht niet verzaakt; maar werkelijk zijn plicht doet; wanneer hij eene derge lijke .subsidie verleent. De Voorzitter: Het spijt mij op het persoonlijke van het laatst door U gesprokene te moeten wijzen. Iemand behoeft zijn plicht nog niet te verzaken, wan neer (hij omtrent dit punt Uwe meening' niet toegedabln) is. U heeft gezegd, dat de Raad van Roosendaal zijn plicht .zou verzaken, wanneer hij geen subsidie zou ver leenen. De heer Verheijen: Neen,- pardon! Terugkomende op eene opmerking van den heer Heerma van Voss,. dat het niet zou aangaan eene dergelijke subsidie te ver leenen, .heb ik juist gezegd, dat de Raad van Roosendaal zijn plicht niet zou verzaken door deze subsidie te verleenen. De Voorzitter: Dat is eene andere zaak. Ik kan nog niet direct toegeven,- dat het zoo door U gezegd is, want dan .zou ik geene opmerking' gemaakt hebben. Ik geloojf niet; ,dat U zich, zij het dan ook in Met vuur ,uwer i*ede,- zoo uitgedrukt heeft; dan zou ik er j>een aanstoot jn gevonden hebben. Ik moet dat natuurlijk zeggen,- omdat iedereen vrij moet zijn in het uitbrengen zijner stem.. Waar Burgemeester en Wethouders het advies van de Commissie hebben gevolgd, kunt U. niet anders ver wachten dan dat zij Uw gevoelens niet deelen. Ik zal hier verder geen woorden meer aan \yijden, maar op het verzoek,- zooals het gedaan Is door het bestuur yan de R. K. middelbare handelsschool te Bergen-op-Zoom, eene beschikking doen nemen. De Commissie en Bur- Burgemeester en Wethouders stellen u voor eene afwij zende .beschikking te nemen. Daarna wordt op het verzoek met tien tegen vijf stem men eene gunstige beschikking genomen. Vóór ,stemmen de heeren: Braat; Van Gastel, De Bruyn, Voeten, Schul,- E. van Wely,- A. F. Vos, Backx, G. .Konings en Verheijen. Tegen stemmen de heeren: P. Konings; Iv. van Wely, Heerma van Voss,- Jongeneelen en de Voorzitter. Naar aanleiding der gevallen beslissiJng ligt het .op den weg van Burgemeester en Wethouders Ui jn eens volgende vergadering een voorstel te doen,- waaruit die subsidie voor 1917 zal bestaan. Kunnen (de leden zich hiermede vereenigen? De heer Verheijen: Mijnheer de Voorzitter! U zegt: Burgemeester en Wethouders zullen een voorstel doen, .waaruit die subsidie zal bestaan. Ik meende, dat ge vraagd werd eene gelijke subsidie als in Ossendrecht gegeven ,was. De Voorzitter: Hel bestuur schrijft, welke bijdrage door Ossendrecht is gevoteerd, en verder wordt vezocht in aanmerking te komen voor eene jaarlijksche bijdrage1. Het eerste is natuurlijk gememoreerd om de aannvrage aantrekkelijker te maken. De heer Verheijen: Da'n ga ik accoord met Uw voor stel Mijnheer de Voorzitter. De heer E. Van Wely: Zoudt U willen informeereh Mijnheer ,de Voorzitter hoeveel leerlingen van Roosen daal die school 'bezoeken? De Voorzitter: Dat wil ik met genoegen doen. De ge meente Steenbergen heeft zich op hetzelfde standpunt geplaatst ,als Roosendaal. Daar heeft de Raad met al- gemeene stemmen het voorstel van Burgemeester iem Wethouders,; om niet te subsidieeren aangenomen. Hier 7 VERGADERING VAN 18 NOVEMBER 1916. Verzoek van G. Th. de Jong-Marneth om ontslag als lid van het Burgerlijk Armbestuur. Benoeming van leden van het Burgerlijk Armbestuur. Vaststelling van eene verordening aanwijzende de nog geldende strafverordeningen. is de meerderheid vóór subsidie, rest nu nog welke subsidie wij zullen verleenen. Ossendrecht geeft eene jaarlijksche bijdrage van 25.— en eene bijdrage yan ƒ10,per leerling. Wouw geeft eene jaarlijksche bij drage van 25.— 'zoodra er leerlingen zijn en 10..- per leerling tot een maximum van ƒ50.—Nu kan de gemeente Roosendaal nog vrijgeviger zijn. Wij zullen i'n deze werkzaam zijn en ons voorstel ter visie leggen., Zij die voor de subsidie zijn; zullen dan door een amen dement doen blijken, wanneer dat voorstel hun niet voldoende ,lijkt. VI. Verzoek van G. Th. de Jong-Marneth om ontslag als lid van het Burgerlijk Armbestuur. De Voorzitter: Overeenkomstig zijn verzoek stel ik voor aan den heer G. Th. de Jong-Marneth onder dankr zegging .voor bewezen diensten met ingang van 1 De cember e. k. eervol ontslag te verleenen als lid van het Burgerlijk Armbestuur. Zonder hoofdelijke stemming Wordt overeenkomstig dit voorstel het gevraagde ontslag verleend. VII. Benoeming van leden van het Burgerlijk Armbestuur. Voorgedragen worden: wegens periodieke aftreding. lste canüidaat, A. P. Kersteus, aftredend lid. 2de candidaat Wouter 'Voeten, zonder beroep alhier; ter vervulling der vacature G. Th. de Jong-Marneth': 1ste candidaat Wouter Voeten,- zonder beroep alhier, 2de candidaat Jac. van Roomen,- zonder beroep alhier. De Voorzitter: Burgemeester en Wethouders hebben daaromtrent het gevoelen ingewonnen van het Burger lijk Armbestuur, dat bij schrijven van 20 Oct. jl. het vol gende advies heeft gegeven. De Secretaris geeft hiervan voorlezing. Het Burgerlijk Armbestuur heeft de volgdende aan bevelingen .opgemaakl wegens periodieke aftreding: 1ste candidaat A. P. Kerstens, aftredend lid; 2de .candidaat Wouter Voeten, zonder beroep alhier; ter .voorziening in de vacature G. Th. ,de Jong-Marneth: 1ste candidaat Wouter Voeten, zonder beroep alhier; 2de .candidaat Jacobus 'van Roomen, zonder beroep alhier. De VoorzitterIk benoem voor de in deze vergaderin gen te houden stemmingen tot stemopnemers beide hee ren wethouders. De .uitslag der daarop gehouden stemmingen is, dat tot leden van hel Burgerlijk Armbestuur worden be noemd de heeren A. P. Kerstens en Wouter Voeten. VIII. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het wijzigen van het besluit tot het aangaan eener geldleening voor den bouw van de school te Nispen. De Voorzitter: De aanbesteding van de uitbreiding der school te Nispen had tot resultaat, dat de aanvankelijk daarvoor uitgetrokken post onvoldoende is om de aanne mingssom te kunnen voldoen. Vandaar dat ik U bij deze namens Burgemeester en Wethouders moet voorstellen te besluiten het bedrag der geld'leening met 3500 gulden te verhoogen en daartoe het besluit vast te stellen, waar van ik de Secretaris verzoek het concept te willen voor lezen. De Secretaris geeft voorlezing van het navolgende con cept-besluit: De Raad der gemeente Roosendaal en Nispen; Gezien zijn besluit d.-d. 30 Juni 1916, tot het aangaia,n; eener geldleening, groot ƒ12500.— voor de uitbreiding' van de school te Nispen; Overwegende, dat de kosten dier uitbreiding in 't ge heel ƒ18500.— zullen bedragen en eene Rijksbijdrage zal worden verkregen van ruim ƒ3500.—; BESLUIT zijn desbetreffend besluit djd. 30 Juni j.1. in zooverre te wijzigen, dat voor de uitbreiding van de school Je Nispen eene geldleening van ten hoogste vijftien duizend gulden kan worden aangegaan, zullende de daardoor meer dere te ontstane kosten voor rente en aflossing uit d,e gewone inkomsten der gemeente worden gevonden. Gedaan in de 'openbare vergadering van den Raad der gemeente Roosendaal en Nispen, den 18den Novem ber 1916. De Secretaris, De Voorzitter,, A. A. RADEMAKERS; AUG. COENEN, Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel tot verhooging van het bedrag der geldleening voor den aan bouw van de schoot te Nispen aangenomen. IX. Vaststelling van eene verordening, aanwijzende de nog geldende strafverordeningen, De Voorzitter: Het College van Gedeputeerde Staten dezer provincie heeft de gemeentieralden uitgemoodigd in dit jaar de verordening vast te stellen, welke artikel 178 der gemeentewet voorschrijft. Naar aanleiding daarvan! heb ik de eer U namens Burgelmeester en Wethoudetrls! voor te stellen de verordening vast te .stellen, waarvan] ik den Secretaris verzoek voorlezing te geven. Zonder hoofdelijke stemming' wordt het voorstel van Burgemeester en Wethouders aangenomen en dei veror dening, zooals zij -hieronder is afgedrukt vastgesteld. De Raad der gemeente Roosendaal en Nispen; Overwegende, dat volgens artikel 178 der gemeentewet de Raad minstens éénmaal in de vijf jaren moet verklaren, welke verordeningen, tegen wier overtreding straf is be dreigd alsnog geldende zullen worden aangemerkt; BESLUIT: vast te stellen de navolgende verordening: YERöEDENINO, aanwijzende de nog geldende strafverordeningen in de gemeente Roosen daal en Nispen. Eenigi Artikel. De volgende verordeningen, tegen welker overtreding straf is bedreigd, worden met uitsluiting van alle andere verklaard nog te gelden:

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1916 | | pagina 58