VERGADERING VAN 30 SEPTEMBER 1916. Verzoek van het Kerkbestuur van de Parochie van St. Cornelius alhier, om eene subsidie. Verzoek van het onderwijzend personeel aan de openbare lagere school alhier, met betrekking tot de herziening zijner iaarwedde- rege ing. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het vaststellen van eene verordening tot het toekennen van een duurtetoeslag. Gezien de door .Burgemeester en Wethouders opge maakte voordracht ter .benoeming van een onderwijzer met verplichte akte voor de Fransche taal en voor de vrije- en ordeoefeningen der gymnastiek aan school C, te Roosendaal, d.d. .30 September 1916; i Gelet op artikel ,24, 3de lid en op artikel 29, 8ste ,/lid der wet tot regeling van bet Lager Onderwijs; BESLUIT: te benoemen tot onderwijzer met verplichte akte voor de Fransche taal en voor de vrije- en or d e oef e n i n g|t£i. der gymnastiek 'aan school ,C voor uitgebreid lager pn- derwijs in dei Burgerhoutscbe (straal alhier, den heer, Leopoldus Jacobus Bastiaensen thans hoofdonderwijzer aan de openbare lagere .school te Sprundel, ge meente Rucphen en Vorenseinde, geboren te Zundert den ,9 December 1892, zulks cop cle bestaande of nader vast te stellen jaarwedderegeling voor het onderwijzend personeel verbonden 'aan de scholen yoor openbaar lager onderwijs fin öp de bestaande ,of nader vast te stellen instructiën voor dat onderwijzend personeel met be paling, dat 'de benoemde ,zoo spoedig mogelijk zal in functie treden. Afschrift dezes zal worden gezonden aan den bei- noemda tot akte: van aanstelling, aan Gedeputeerde Sta ten van Noordbrabant, aan den Distrïcts-Schoolopziener,: aan den Arroudissements-Schooiopziener, aan de Plaat selijke Schoolcommissie fen pan het £.oofd van school C ter fine 'van kennisneming. Gedaan in de openbare vergadering van den Raad der gemeente Roosendaal en Nispen den 30sten September 1916. De Secretaris, Be Voorzitter, A. A. RADEMAKERS. AUG. COENEN. VIII. Request van het Kerkbestuur van de Parochie van St. Cornelius alhier, houdende verzoek om eene subsidie in de stichtingskosten der nieuwe kerk aan de Kade alhier. Bij" zijn request .d.d. 29 Augustus 1916 verzoekt het R, K. Kerkbestuur van den H. Cornelius hem, na de in gc- bruikstelling der in aanbouw zijnde parochiekerk vanl den H. Cornelius alhier, eenzelfde subsidie te willen verkenen, als destijds door den Raad aan de parochie kerk ,van den H. Antonius bij hare oprichting werd veri- leend. De Voorzitter: Het iDagelijksch Bestuur adviseert pp het verzoek van jhet kerkbestuur der parochie van den H. Cornelius alhier eene gunstige beschikking te .nemen. Het stelt U voor aan genoemd bestuur in de stichtings kosten der in aanbouw zijnde parochiekerk van den H. Cornelius toe te1 kennen eene subsidie, groot vierduizend gulden, te verdeelen over tien gelijke jaarlijksche ter mijnen, zooals indertijd, in 1902, aan de St. Antonilus parochie is verleend. Wanneer de Raad op het verzoek ingaat en het .voor stel van Burgemeester en Wethouders aanneemt zal door ons de eerste uitkeering, groot vierhonderd gulden, op de begrooting voor het dienstjaar 1917 worden gebracht. Zonder hoofdelijke stemming wordt het verzoek van het kerkbestuur ingewilligd en het voorstel van Burge meester en Wethouders aangenomen. De Raad der gemeente Roosendaal en Nispen; Beschikkende op liet adres d.d. 29 Augustus 1916 van het R. K. Kerkbestuur van de parochie van den Hj Cornelius aldaar, om na de in gebruikstelling der in, aanbouw zijnde parochiekerk aan de Kade alhier in da stichtingskosten dier kerk eene gelijke subsidie te wil len verleenen, als destijds voor het stichten van de St. Antoniuskerk werd toegekend; BESLUIT: behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten van Noordbrabant .aan het R. K. kerkbestuur van de, parochie] van den H. Cornelius alhier in de stichtingskosten der in aanbouw zijnde kerk, eene bijdrage te verleenen van vier duizend gulden, te verstrekken in tien gelijke jaar;- lijksche termijnen, te beginnen met het jaar 1917. Gedaan in de openbare vergadering van den Raad der; gemeente Roosendaal en Nispen, den 30stcn, September 1916. De Secretaris, De Voorzitter,: A. A. RADEMAKERS. AUG, COENËN. IX. Request van het onderwijzend personeel aan de openbare lagere school alhier, d.d. 27 Juli 1916, met betrekking tot de herziening zyner jaarwedde regeling met voorstel van Burgemeester en Wet houders. De .Voorzitter: Aan dit punt knoop ik onmiddellijk vast punt X. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het vaststellen van eene verordening tot het toekennen van een tij del jj ken toeslag op de jaarwedden en belooningen van de in vasten dienst der gemeente zijnde ambtenaren, beambten en werklieden. De Voorzitter: Mijneheieren! In onze vorige vergade ring is het request door het onderwijzend personcied aan deze vergadering onder dagteekening van 27 Juli 1916 toegezonden aan de orde geweest en toen breedvoerig behandeld en besproken. Het besluit, in die .vergadering genomen, bestond hierin, dat Burgemeester en Wethou ders zoo spoedig mogelijk de bestaande salarisregeling zouden herzien en daarmede niet zouden wachten lot December 1917, tijdstip, waarop die salarisregeling wet telijk vervalt. Burgemeester en Wethouders hebben deze zaak in meerdere vergaderingen van hun college ernstig bespro ken en herhaaldelijk overwogen. Wij zijn nu tot de con clusie gekomen, dal de meening van sommige leden in de vorige vergadering geuit, of laat ik liever zeggen,, door alle leden, die toen het woord gevoerd hebben,, de voort- keur verdient, namelijk het geven van een duurtetoeslag. Wij zijn temeer daartoe gekomen, omdat een duurtetoe slag aan het onderwijzend personeel toegekend onmid dellijke verhooging van salaris tengevolge heeft, terwijl de totstandkoming eener salarisregeling voor hare vast stelling verschillende phasen heeft te doorloopen, waar- 13 VERGADERING VAN 30 SEPTEMBER 1916. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het vaststellen van eene verordening tot het toekennen van een duurtetoeslag aan ambtenaren, beambten en werklieden in vasten dienst der gemeente. door da mogelijkheid niet is uitgesloten, dat de goedkeur ring -eener salarisregeling eenige maanden op zich zou laten wachten en de onderwijzers hiervani de dupe zijn. Nu nog een tweede punt: U weet, dat in de vergadering van de Tweede Kamer der Staten-Generaai van gisteren, door den voorzitter dier kamer is voorgesteld de grond wetsherziening aan de orde te stellen ein daarmede ar tikel 192, hetgeen gelijkstelling van het openbaar en bij1- zonder onderwijs beoogt. Aan dat artikel 192 zijn meer dere artikelen verbonden, die aanwijzen op welke wijze artikel 192 zal worden uitgevoerd, hetgeen tot gevolg zal hebben, dat de wet de salarissen van het onderwijzend personeel vaststelt. Gaan wij- nu heden over tot wijzi ging der salarisregeling dan scheppen wij voor de toe komst een Iweeledigen toestand n.1. deze: Wij .kcnneln -eene verhooging toe a.an de onderwijzers die thans in deze gemeente In functie zijn, welke aan hen dijpi na de wijziging Ider Grondwet in de gelneente komen niet kan "worden toegekend, omdat ,de wet hun of een! [hooger of een lager salaris zal toekennen. Daarümi stellen wij U voor terug te komen op het in onze voriga vergadering hieromtrent genomen besluit en te bepalen, dat aan liet onderwijzend personeel een duurtetoeslag zal worden toegekend. Besluit de Raad tot toekenning van een duurtetoeslag dan ligt het naar het oordeel van Burgemeester en Wet houders voor de hand, dat ook andeCa ambtenaren pn beambten in gemeentedienst, eveneens aanspraak op ©en duurtetoeslag mogen maken, als het onderwijzend perso neel. Vandaar ook, dat Burgemeester en Wieth oudere het heiter hebben geoordeeld een algemeen voorstel te doen, waarbij aan ambtenaren,] beambten en werklieden een duurtetoeslag wordt verleend. Burgemeester en ^Wet houders vertrouwen, dat de Gemeenteraad met hun voor stel zal kunnen medegaan en hun yoor stel ,zal sanc- tionneeren. Wij' 'hebben bij; onze voorstellen onderscheid gemaakt tussciien 'hen,- die gehuwd .zijn en hein, die on gehuwd zijn. 'Wij hebben verder (Uitgesloten de- ambte naren,- beambten 'en werklieden, die gemobiliseerd zijn. Overigens meenen Burgemeester en .Wethouders yoor elke categorie 'naar eenzelfde regeling de duurtetoeslag te moeten toekennen. Geeft de gemeenteraad de voorkeur aan eenei salaris herziening dan nemen Burgemeester en Wethouders uit da door hun voorgestelde duurtetoeslagregeling de toe kenning van «ein duurtetoeslag aan de onderwijzers .teh rug. Maar ik herhaal het, idat zou niet in ibet firmincieeil belang der onderwijzers zijn. Burgemeester en Wethouders stellen zich voor, en ik wensch dit dein Raad reeds nu te doen kennen, om zoo- dra do duurtetaeslagregeling zal ophouden, te zorgen,) dat eene nieuwe salarisregeling voor de onderwijzers kan zijn vastgesteld. Het ontwarp tot die salarisher ziening is reeds gereed en hjeeft tot pitkomst, dat de salarissen der onderwijzers worden verhoogd met het bedrag, dat dei toeslag hein „nu toekent. Hebben zich dei de toestanden in 1917 noig niet gewijzigd, dan moeten wij natuurlijk zorgen de bestaande 'Salarisregeling, ter voldoening aan de wet, toch te herzien, maar de her ziening -eener verordening kan zich ook bepalen tot het ongewijzigd opnieuw vaststellen daarvan. Daar Burgemeester en Wethouders reeds gereed zijn met hunne voorstellen tot herziening der salarisregeling vind ik het geen bezwaar U deze reeds nu te doen kenl- nen. Die voorstellen komen hierop 'neer: de ancienni- teitsverhoiogingen, die de hoofden en onderwijzers thans krachtens verordening genieten, worden voorgesteld op kortoren termijn toe te kennen en de tegqmocllgoimjng in do .kosten der pensioensbijdrage voor weduwen ein weeizen vain onderwijzers wordt .voor de onderwijzers en onderwijzeressen onder hunne vaste jaarwedde: opge nomen. Meerdere wijzigingen worden niet voorgesteld. De financieel©1 uitkomsten dezer voorstellen zijn voor de gemeente en de .onderwijzers ongeveer dezelfde als bij den voorgesteldein duurtetoeslag. - Ten einde te zorgen, dat door deze wijzigingen geen 'enkel verkregen recht te loor gaal is ,de tegemoetkoming; in de huishuur voor gehuwde onderwijzers tien gulden hooger gesteld. Daardoor vervallen ook de categoriën van 'ouderwijzers, die voor sommige onderwijzers een doorn in het oog schijnen ein in zeker courant opgeld moesten doen als parodie .op de salarisregeling door ons vastgesteld. Die schrijvers vergaten er bij te voegeya* do motieven, die voor de; samenstelling van dat artikel golden en eveneens (dat de tegemoetkomingen niet ge baseerd zijn op diensten, die worden gevorderd. Dat wordt bij zulke tende.nz-berichtjes altijd vergelen ein omdat dat in ©ein onderwijzersblad gestaan heeft is het eens goed het hier te zeggen, dan kunnen de hecren, die daarin genoegen vonden, ook eens weten hoe wij er over denken. Ik voor mij zou elk onderwijzer, die zijn akte behaald heeft eerst vijf jaren willen weykzaam zien ,en dan beoordeelen of hij voor eene goede salarisregeh'ng in (aanmerking kan komen. De salarisregeling, zooals zij' thans luidt, acht ze allemaal even geschikt en zij' vindein zich zelf ook altijd even geschikt; het is echten niet onbestaanbaar, dat zij' die 'het hardst roepen finj onze salarisregeling parodieeren ftiiet altijd de meest ge schikte ambtenaren zijn. Ik hoop, dat hetgeen ik hier gezegd heb woordelijk zal kunnen worden weergegeven, wellicht geeft dit nieuwe stof aan hen, die /er tuk op waren den Raad ein zijn Voorzitter te hekelen. Niet altijd zeg ik onomwonden wat mij ,op het hart ligt, maar nu heb ik er geen doekjes om 'ge,- wundeln. Terugkomende op het punt aan de orde stel ik voor, te besluiten op ons besluit in de vorige vergadering get- nomen terug te komen; geen 'salarisherziening vast ,ta stellen, maar oen duurtetoeslag toe te kennen. Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten. Do Voorzitter: Naar aanleiding' dezer beslissing stel ik thans aan de orde het voorstel tot toekenning van een duurtetoeslag aan ambtenaren, beambten en werklieden in vasten dienst der gemeente overeenkomstig de concept verordening door Burgemeester en Wethouders opgemaakt en waarvan ieder Uwer hij het convocatiebiljet aan (af druk heeft ontvangen. Namens Burgemeester en Wethouders moet ik de ver gadering mededeelen, 'dat onder jaarwedde in deze ver ordening wordt verstaan de 'minimumjaarwedde met ancienniteitsverhoogingen, de vergoedingen voor het be zit van akten ien diploma's en dei tegemoetkoming in de kosten der pensioensbijdragen voor weduwen en weezen

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1916 | | pagina 52