3E VERGADERING. Vergadering Tan Donderdag, 6 April 1916. 1 VERGADERING VAN 6 APRIL 1916. Vaststelling notulen. Vaststelling van het project der electrificatie onzer gemeente. Bijeenroepingsuur 9 uur des voormiddags. Onderwerpen ter behandeling: 1. Vaststelling van het project der electrificatie onzer gemeente. 2. Voorstel der gascommissie tot verhoo- ging der gasprijzen. 3. Mededeeling van ingekomen stukken. Voorzitter de heer Aug. Coenen, Burgemeester. Tegenwoordig met den Voorzitter 13 leden, te weteh: de heieren P. C. M. Konings en K. F. W. M. van Wely, wethouders en de heeren A. Heerma van Voss, J. Veiy heij'en, J. A. Voeten, A. F. Vos, J. A. C. van 'Gastal, iF. M1. J. H. Schul, A. J. M. de Bruyn, G. J. Konings,, E. iH. M. van Wely en G. A. van Dorst. Afwezig de heeren J. Vos, A. A. Jongeneelen, A. W. Braat en C. Backx. Secretaris de heer A. A. Rademakers. De Voorzitter: Mijneheeren, ik verklaar deze vergade ring voor geopend. Ik heb de vergadering mededeeling te doen, dat de heer Braat mij heeft kennisgegeven door ongesteldheid verhinderd te zijn dezei vergadering .te kunnen bijwonen. Verder moet ik u mededeeling doem, dat ik, op uitdruk kelijk verzoek van den stenograaf, heb goedgevonden, dat alleen wanneer het woord door de leden, wordt gevraagd en dit door mij is verleend, het gesprokene stenografisch zal wordein weergegeven. De stenograaf heeft zich beklaagd, dat het hem niet gelukt is van onze vorige vergadering!, zooals deze' haar verloop heeft gehad, een juist verslag te kunnen geven zooals hij dat voor zich zelve wen,split, minder nog zooals dit door ons verwacht mag worden. Een goed verslag kan alleen gegeven worden, wanneer door de leden zooveel mogelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken, hetgeen zij te zeggen, hebben. Ik heb den stenograaf nu ontslagen om wanneer het woord niet gevraagd is, het gesprokene in de notulen te moeten opnemen. Hij heeft mij gezegd, dat wij van de afgeloopen vergadering geien verslag zullen ontvangen, zooals wij dit tot heden gewend zijn en tevens, dat het verslag eenigeh tijd op zich zal laten wachten. Ik hoop, dat de leden met het verzoek van dein steno graaf en ook met bet mijne zullen willen rekening houden. Het is toch ,in het belang van een goed verslag, dat daarin zoo zuiver mogelijk wordt weergegeven, het geen hier is verhandeld. Aan de orde is de behandeling van de navolgende punten I. Vaststelling van het project der electrificatie onzer gemeente. De Voorzitter: In onze vorige vergadering is dit punt eveneens ter tafel gebracht >en besproken. Naar aanlei ding van de toen gehouden besprekingen, heb ik het noodig geoordeeld dit punt tot eene volgende vergadering aan te houden en in overleg met U is die vergadering' toen bepaald op heden. Ik zou derhalve willen vragen of naar aanleiding van de studie, die over de electrificatie onzer gemeente nadien is gemaakt een der leden het woord verlangt of wellicht verdient het de voorkeur eerst het woord aan den voorsteller te geven. De heer Verlieijen: Mijnheer de Voorzitter! Ik heb ter toelichting van het door mij aan den Raad gerichte schrij ven weinig meer te zeggen. Alleen wil ik deze mededeei- ling doen, dat, zooals ik in de vorige vergadering heb ge zegd, door mij voor mij persoonlijk eene rentabilitei/ts- rekening van het nieuwe net was gemaakt, die in het zesde en zevende jaar tot een winstcijfer leidde, dat in de volgende jaren vrij sterk klom. Aangezien ik voor mijzelve controle op deze rentabiliteitsrekening nog wenschte, heb ik dn den Bosch gevraagd of men deze voor mij wilde narekenen. Ik heb de officieele berekenii^geln] gekregen zooals die door het Bureau zijn vastgesteld,; wanneer de vergadering zulks verlangt, wil ik daar heel graag inzage van geven. Ik kan er wel hijzeggen, dat deze cijfers slechts zeer geringe afwijkingen vertoonen van die, welke ik voor mijzelve had gemaakt. Dit zit hem vermoedelijk in het verwaarloozen van kleine frac ties, hetgeen bij het opmaken van dergelijke rentabiliteits- rekeningen meestal plaats heeft. De heer Heerma van Voss: Mijnheer de Voorzitter! De vorige vergadering heb ik al met een enkel woord mijne meening gezegd waarom ik vond, dat het wenschelijk' was en de voorzichtigheid gebood, ons te houden aan het eerst aangenomen net van 13 K.M., welk net de gemeente volgens raming op negentig duizend gulden zal komen te staan, en dat tot het zevende jaar alle jaren verliiejs: zou opleveren, welk verlies begon met vierduizend gul den en dan zachtjes aan minder werd. Het was eein net, dat een ton ;zou kosten, en misschien nog wat er bij. Laat ons aannemen, dal al die berekeningen goed zijn'.. Ofschoon dit toch een slag in de lucht is, vind ik, dat wij ons daaraan moeten houden. Er is nu een voorstiet om het net bijna te verdubbelen en daarin een bedrag |tet steken van twee ton met een jaarlijksch verlies, dat geraamd wordt te beginnen met tien duizend gulden per jaar en zachtjesaan .eindigt met het zevende jaar. Dat wordt dus een ,net, dat misschien twee en ©ene halve ton kost. Waar wij nog moeten afwachten Mijnheer de Voior- zitter hoe het zal gaan, vind ik dit voor ons onverant woordelijk. Wanneer het blijkt, dat er meer behoefte aan eleic- triciteit komt dan ons dit 13 K.M. net kan geven, kunheinj wij dit net altijd nog uitbreiden, pok al zullen dan /dia kosten misschien in evenredigheid iets duurder uitvallen. Wij' bevinden ons dan misschien weer in normalere tijden waarin de kosten van bet koper en alles wat er bij behoort

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1916 | | pagina 15