16 VERGADERING VAN 29 MAART 1916. Mededeeling van ingekomen stukken. de gemeenterekening over 1914 in ontvangst op ƒ331598.635 in uitgaaf op 308909.91, alzoo met een batig slot van 22680.725. IV. een schrijven van Gedeputeerde Staten d.d. 22 Maart 1916, G JVs 57, waarbij wordt toegezonden een af schrift van het Koninklijk besluit van 8 Maart 1916, M 40, houdende goedkeuring van het Raadsbesluit d.d. 22 December 1915 tot verhooging van het maximum van den hoofdelijken omslag tot ƒ75000. V. een ongedagteiekend request van de erve H. de Jong, cacaofabrikante te Wormerveer, waarbij voor de open bare lagere scholen kosteloos honderd of meer exem plaren van het werkje ,,Onze cacao en chocolaad" worden aangeboden. De Voorzitter: Ik stel U voor de beslissing op dit adres over te laten aan de plaatselijke schoolcommistsie. Hiertoe wordt besloten. De VoorzitterMijneheeren, ik heb U nog eene mede deeling te doen, die ik niet voor publiciteit vatbaar acht, en waarom ik voorstel in besloten vergadering over te gaan'. Alvorens echter hiertoe te besluiten stel ik U in da gelegenheid alsnog in de openbare zitting het woord te voeren. De heer Heerma van Voss: Mijnheer de Voorzitter! Ik wilde U even vragen hoe het staat met de voorberqil- ding tot aanbesteding van de voorgenomen verbeteringe.nl ïn de Stationsstraat. Wanneer die plannen tot uitvoering komen is er dan geen mogelijkheid dat de stoep aan de zijde van de spoorlijn voor wieterpad gehouden wordt. Ik geloof dat zulks is besloten, maar ik zou wel wen schen, dat er alsdan de aanwijzing kwam te staan,, dat het pad een wielerpad is. Ik vraag U dit omdat het anders denzelfdein weg op gaat als in de Brugstraat waar alle rabatten zooiwat stuk gereden worden door zware karren. Wanneer dat pad gereserveerd wordt voor lichte voertuigen en rijwielen en er eene aanwijzing bij1 geplaatst wordt, dat het ver boden is met zware karren daarop te rijden, is het zeker, dat die straat in veel mindere mate van het verv;aelr zal te lijden hebben. De heer Verheijen: Mijnheer de Voorzitter! Enkele jaren geleden heeft deze vergadering besloten met aan zienlijke finantieele opofferingen de waterleiding om te bouwen. Een van de voornaamste motieven was, dat de hoedanigheid van het water to wenschen overliet en verder dal de distributie niet was zooals van eene goede waterleiding kon worden verwacht. De verschillende plannen, die voor dien ombouw zijn ontworpen door de Maatschappij lot Bouw en Exploitatie van Gemeentebedrijven té Utrecht zijn in onze vepgade- ring geweest en na voorlichting door den gdviseur dier Maatschappij goedgekeurd. Het kan niet verwonderen, Mijnheer de Voorzitter, dat na het tot standkomein onzer nieuwe waterleiding ieder in Roosendaal met mij van meening was, dat èn de hoedanigheid èn de distributie van het water niet meer zouden bei wenschen overlaten. Enkele weken geleden kwam ik echter tot de onaangename ontdekking, dat niettegenstaande de finantieele opofferingen die de ge meente zich betreffende de watervoorziening heeft ge troost, de distributie weer te wenschen overlaat, 't Was n.1. Zaterdag voor acht dagen, dat bij' mij aan huis op de bovenverdieping geen water was te krijgen en zelfs was de toestand van dien aard, dat de kraan beneden zepr weinig water leverde. Ik heb toen den directeur van het waterleidingbedrijf opgebeld, maar de man had gedaan wat het slimste was dat hij doen kon, hij was niet thuis. Daarenboven heb ik geconstateerd, dat de hoedanigheid van het water, de smaak, kleur en reuk weer niet zijn zooals dit van goed water kan worden verwacht. Ik ben] geen chemiker, Mijnheer de Voorzitter,, zoodat ik het water op de verschillende hoedanigheden niet kan on derzoeken, maar in ieder geval laat het uiterlijk van het water dein laatsten tijd veel ,te wenschen over. Ik zou Burgemeester en Wethouders durven uitnoo- digen te trachten van de Maatschappij gedaan te krijgen, dat de distributie van het water geregeld en ononder broken zijn gang kan gaan en over hef geheel van die Maatschappij te eischen, dat de hoedanigheid van het water van dien aard zij, zooals wij ons die oorspronkelijk dachten en zooals die gesteld kan worden aan goed en zuiver drinkwater. De heer Braat: Mijnbeer de Voorzitter Bestaat er bij Burgemeester en Wethouders bezwaar om voor de leden ter visie te leggen de balans, winst- en verliesrekenijng en mogelijk andere bescheiden der Maatschappij tot Bouw en Exploitatie van Gemeentebedrijven te Utrecht omtrent het waterleidingbedrijf? Vanaf het begin der exploitatie bereikte ons daarom trent geen enkel officieel bericht en ik geloof toch Mijn heer de Voorzitter, dat het noodig is, dat de leden vanl den Raad goed op de hoogte worden gehouden betref fende de finantieele resultaten der waterleiding met het oog op art. 1 der pachtovereenkomst. De Voorzitter: Op de vraag van den heer Heerma van Voss kan ik antwoorden, dat de aanbesteding van de werken in de Stationsstraat in de maand April kan wor den verwacht. De hoofd-opzichter is met zijne teekening gereed,; Burgemeester en Wethouders hebben in hunne laatste vergadering besproken, dat niet alleen eene tee kening, maar ook een bestek dieinde te worden gereed gemaakt waaruit zal kunnen worden gezien hoe die wer ken dienen tot stand te komen mede in verband met het geen er in deze vergadering gesproken is en rekening houdende met bet feit,) dat het betrekkelijke voorstel slechts met één stem meerderheid is aangenomen. Wat betreft de waterleidingkwestie door den heer Ver- heijen ter sprake gebracht kan ik hem toezeggen, dat Burgemeester en Wethouders het door hem in deze ver gadering gesprokene ter kennis zullen brengen van da Waterleidingmaatschappij. Ik vermoed, dat ieder lid bet gevoelen van den heer Verheijen in deze deelt en nie mand bezwaar zal hebben, het gesprokene aan de Maat schappij mede te deelen. Ik moet tot mijn spijt, accoord gaan met hetgeen over de distributie en kwaliteit van' het water hier is gezegd. Den beer Braat z§g ik gaarne toe, alle te ontvangeini bescheiden van de Waterleiding-Maatschappij, hare re kening en verantwoording telken jare, wanneer die is 17 VERGADERING VAN 29 MAART 1916. Mededeeling van ingekomen stukken. ingekomen, en ook de rapporten van de onderzoeken naar de kwaliteit van het kwater voortaan bij de stukken die voer den Raad ter visie liggen te zullen voegen. De Raad gaat hierop in comité-generaal over waarna de vergadering te ongeveer half een door den „Voorzitter wordt gesloten. Ter voldoening aan artikel twaalf van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van den Raad zijn vorenstaande notulen na de goedkeuring door den gemeenteraad in zijne vergadering van den negentienhonderd en zestien door ons onderteekend. De Secretaris, De Voorzitter, i i URL W00MOKUKHEÏ0r~i'

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1916 | | pagina 14