14
VERGADERING VAN 29 MAART 1916.
Voorstellen tot het vaststellen van het project voor de electrificatie der gemeente.
leggen van 13 KLM. Dat net was begroot op negentigduizend
gulden, of zevenduizend gulden per K.M. Nu wordt voor
gesteld 11 K. M. meer aan te leggen, waardoor de kosten
met ihonderd en tien duizend gulden stijgen,, dus dit is tien
duizend gulden per K.M. Dat is ©ene vermeerdering van
drie en dertig duizend gulden van de prijzen, die ge
noemd zijn in 1914. Vooral echter de argumentatie van
den heer Verheijen voor den aanleg van een net van
24 K.M., weegt m. i. niet zeer zwaai*. De heer Verhejjqn
begint te zeggen, dat het net zal worden gelegd tot de
uiterste grenzen van de kom der gemeente en speciaal
zou de heer Verheijen dat groot© net willen gelegd zien1
met het doel om aansluitingen te krijgen waar de gas
leiding ophoudt.
Nu ben ik van meening Mijnheer de Voorzitter, dat
het voteeren van een kapitaal van twee ton, in deze hon
derdduizend gulden meer, voor het groot© project,, en
niet eens te kunnen beoo-rdeelen of dat groote project
zal rendeeren het staat bij mij vast, dat het niet zal
rendeeren om menschen, die laat mij maar eens zeg
gen in achterbuurten wonen van electriciteit te kunnen
voorzien, geen argument kan zijn;1 dat eenigszins zwaar
weegt.
De heer Verheijen: Ik sta verbaasd Mijnheer de Voor
zitter, dat de heer Braat nog durft beweren,: dat het net
niet zal rendeeren. In onze bijeenkomst heb ik toch
uitdrukkelijk gezegd, waarop mijn© berekening is ge
baseerd. Ik heb U gezegd, wanneer wij het net maken
van den nieuwen omvang zooals ik dit aan den Raad
heb voorgesteld, dit ongeveer zal kosten twee ton. Met
een© financieel©1 regeling waarbij het bedrijfsverlies de
eerste jaren bij het kapitaal wordt gevoegd, kom ik in
het zesde jaar tot een bedrijfsoverschot. Zelfs in het
onmogelijke geval, dat aangenomen wordt dat het debiet
der electriciteit niet grooter zou zijn dan in de oor
spronkelijke rentabilitedtsberekening is opgenomen, kom
ik aan ©en bedrijfsoverschot in het zevende jaar van
13155.—, terwijl ik in het negende jaar ©ene zuivere
winst krijg van 2000.-,- in het tiende jaar zesduizend'
gulden en in het dertiende, jaar achttienduizend gulden.
De heer Braat: De heer Verheijen begint te zeggen,
dat wij in het zevende jaar winst zullen hebben, maar,
hij vergeet te zeggen welke verliezen wij de eerste jaren»
zullen lijden bij een kapitaal van twee ton.
De heer Verheijen: Pardon Mijnheer Braat! Ik heb
gezegd, dat in het eerste jaar het verlies zou bedragen
10623.—in het tweed© 7661.en in het derde jaar
ƒ4093.Wanneer wij nu een© commercieele regeling
treffen, welke Gedeputeerde Staten vermoedelijk zullen
goedkeuren n.1. deze bedrijfsverliezen als acquisitiekosten
te beschouwen en bij het aanlegkapitaal te voegen, dan
behoieven deze niet in de eerste jaren ineens te worden
afgeschreven.
Ik heb een klein beetje oppositie van den heer Braat
verwacht Mijnheer de Voorzitter, zoodat ik gisteren plets
heb stilgezeten, maar mijn beschikbaren tijd heb besteed
door een bezoek te brengen aan Prof. van Swaay, weikei
mij gelegenheid heeft gegeven in zijn archief te snuffelen.
Hij heeft mij gegeven de cijfers over het gemeentelijk
electrisch bedrijf te Ridderkerk, welke plaats stroom be
trekt van de gemeente Dordrecht ongeveer onder dezelfde
voorwaarden als Roosendaal van het provinciaal bedrijf.
Ridderkerk besloot in Maart 1914 het net te1 bouwenj
en voor het einde van 1914 is met de distributie van den
stroom begonnen. Ridderkerk is ©ene gemeente van tien
duizend zielen en daar heeft men het aangedurfd eett
net te bouwen van 40 K.M. wat gekost heeft twee jton.
Iedereen heeft erover verbaasd gestaan, dat de toestand
in Ridderkerk zoodanig was, dat in het eerste volle be-
drijfsjaar 1915 de distributie van dein stroom een batig
slot heeft gegeven van ongeveer duizend gulden, dat tot
afschrijving op het net kon worden gebruikt, terwijl hier
in Roosendaal hot eerste jaar het ontzaglijk verlies yan
ruim tienduizend gulden wordt geraamd. De juiste cijfers
van Ridderkerk zijn, dat de totale ontvangsten hebben
bedragen 34004.961/2 en de totale uitgaven 33130,96,
zoodat een batig slot werd verkregen van 874.001/2-
Verschillende leden: Heeft men daar ook gasverlichting?
De heer Verheijen: Het debiet is niet zoo bijzonder
groot, want Ridderkerk heeft ©ene maximale belasting
van 163785 K.W.U. en een totaal gebruik van 397224
K.W.U,, zoodat de inkoopprijs per K.W.U,in 1915 is
geweest 5,23 cent. Het debiet van 1 Januari tot 5 Maart
was 38897 K.W.U. en hef debiet van 1 Januari tot 2 'Maart
1916, ongeveer de overeenkomstige periode van het vorige
jaar 92530 K.W.U., zoodat, wanneer het debiet op dezelfde
wijze stijgt in het tweede bedrijfsjaar na behoorlijke1 af
schrijving op het kapitaal ©ene winst zal behaald worden
van ongeveer tienduizend gulden.
Hoewel de toestand te Roosendaal inderdaad met dien
van Ridderkerk verschilt, maakt het feit* dat eene ge
heel andere berekening is opgezet, die zooveel voorzich
tiger is dan de uitkomsten van Ridderkerk zouden bil
lijken, dat wij voor Roosendaal in deze met onze ealculatie
volkomen veilig staan.
De heer Braat: Zooals de heer Verheijen aanhaalt
zal het eerste bedrijfsjaar bij een kapitaal van twee ton
een verlies van 10.000.geleden yorden en bij ©en
kapitaal van negentig duizend gulden ruim vier duizend
gulden. Maar Mijnheer de Voorzitter, de heer Verheijen
voert geen enkel steekhoudend argument aan om het
groote niet aan te leggen.
De heer Verheijen: Maar Mijnheer Braat! Permitteer
mij dat ik U opmerk, dat ik weinsch het groote net te
leggen om eventueel© concurrentie met onze gasfabriek
te vermijden. Wij moeten geen al te groote: concurrentie
tusschen onze bedrijven in het leven roepen, anders krij
gen wij een© depressie bij onze beide bedrijven.
De heer Braat: Dat is heel eigenaardig gezegd.
De heer Verheijen: Wij moeten dus ons debiet gaan
zoeken op plaatsen waar de gasfabriek niet debuteert,,
De heer Braat: In achterbuurten waar de gasleiding
niet ligt! De gasleiding ligt overal behalve: juist buiten
de kom der gemeente. Maar nn vraag ik mjj af, of het
wel geoorloofd is om ©ene dergelijke uitgave te doen ten
einde die menschen in de achterbuurten aan electrisch©
verlichting te helpen? U voert geen ander argument aan,
tenminste ik heb anders niets gehoord.
De heer Heerina van Voss: Mijnheer de Voorzitter!
Met belangstelling hebben wij de uiteenzetting van den
heer Verheijen gehoord betreffende zij'n voorstel tot het
maken van een plaatselijk net van 24 K.M. in plaats vart
de primitieve aanleg van 13 K.M,, maar waardoor ook
de kosten van negentig duizend gulden tot twee jtoni
15
VERGADERING VAN 29 MAART 1916.
Voorstellen tot het vaststellen van het project voor de electrificatie der gemeente. Mededeeling van
ingekomen stukken.
zullen stijgen. In dein regel Mijnheer de Voorzitter geeft
wanneer men een grooter werk uitvoert dat een dou
ceurtje, wanneer men b.v. een net van 24 K.M. maakt
in plaats van 12 K.M., dan zou men denken,; dat kost 'niet
tweemaal zooveel,, maar hier is juist het vreemde,, dat
het meer dan tweemaal zooveel kost. In ieder geval
zal het groote net van 24 K.M. de gemeente twee ;ton
kosten met een verlies in het eerste jaar van tienduizend
gulden en nu vraag ik mij af, hoezeer ik ook symphali;-
seer met het plan, of wij met den finantieelem toestand
der gemeente ook niet een beetje rekening hebben te
houden. Wij moeten bedenken, dat wij' pas eene halve
ton aan werkverschaffing hebben uitgegeven. De ge
meente heeft hiervoor ©ene; leening moeten sluiten. Wij
zitten nu voor eene nieuwe uitgaaf die vandaag gesteund
is, het nieuwe raadhuis. Die zaken brengen de gemeente
maar op kosten ©n het geld moet er maar zijn. Nu kan
men wel zeggen, dat herleidt men in rente: dan is het
sommetje veel minder, doch ondertusschen: de rent©
moet er zijn. Ik heb veel sympathie voor het groote
plan, maar ik vind het beter eerst maar met den primi
tieven opzet te beginnen. Wij gaan nu weer met een©
nieuw© Maatschappij werken, wij zijn zelf nog niet goed
op de hoogt© en wij kunnen altijd nog dat plan uitbreiden.
Laat het dan een beetje meer kosten dan nu, maar iwij,
zijn dan weer in normale tijden, waarin wij meer durven
doen. Ik zou daarom willen voorstellen,eerst het pri
mitieve plan, zooals dat door prof. Van Swaay is opgezet
te volgen, n.1. een plaatselijk net van 13 K,M. aanleggen
voor negentig duizend gulden.
De Voorzitter: Wanneer de leden in gelijke omstan
digheden van mooiheid gaan verkeer©® als ik nu de
vergadering bijna drie uren heeft geduurd en het tegen
twaalf uur loopt, zou ik het goedvinden heden geen©
beslissing te nemen maar deze uit te stellen. Laat ons
de voorstellen goed bezien en overwegen en zooveel mo
gelijk onze medewerking verleenen opdat ieder lid bij
het uitbrengen zijner stem voor of tegen het voorstel,
dit met overtuiging kan doen. Ik zou aan den heer Ver
heijen willen vragen of de afdoening van dit punt nog
een week uitstel kan lijden. Er is geen datum genoemd,,
ik wil gaarne zoo noodig hiervoor nog eene afzonder
lijke vergadering beleggen.
De heer Verheijen: Mijnheer de Voorzitter! De ter
mijn is eigenlijk al verstreken. Ik heb gisteren echter
dien mijnheer te pakken gehad en hem gezegd: heb nog
een weinig geduld, morgen vergadert de Raad van Roo
sendaal ©in dan valt de beslissing.
De Voorzitter: Ik ben van meening, dal alle leden
niet voldoende op de hoogte zijn, of een voldoend inzicht
in de zaak hebben en hierom oordeel ik dat het beter is
de beslissing 'nog ©ene week uit te stellen. Dit punt in.
die vergadering het eerste aan de orde te stellen en nu
©en© commissie aan te wijzen welke deze aangelegenheid
yooraf met U nog eens kan behandelen.
De heer Verheijen: Mag ik dan nog ©ven een klei
nigheidje rechtzetten Mijnheer de Voorzitter? De heeran
Heerma van Voss en Braat hebben gezegd, dat de een
heidsprijzen per K.M. gestegen zijhj. Inderdaad zijn deze
met 40 o/o gestegen, doch dat is niet te wij ten aan den
aanleg yan het grooter© of kleinere net, maar eenvoudig
aan het feit, dat de invoer van koper in Nederland (is
stopgezet.
Een© tweede reden waarom het net per K.M. duurder
is, is dat in het nieuwe plan kostelooze installaties zijn
opgenomen, wat in het oude niet het geval was, terwijl
mij bovendien bij nadere beschouwing gebleken is, dat
het veel voordeeliger is de straatverlichting electrisch
te maken. Bovendien bereiken wij door den aanleg van
hot groote net het voordeel, dat zelfs al wordt de straat
verlichting electrisch, wij niet genoodzaakt zijn de gas
fabriek scherpe concurrentie aan te doen, waardoor het
debiet der gasfabriek te zeer zou verminderen. Juist
daarom is het groote plan opgezet om zooveel mogelijk
concurrentie met de gasfabriek te vermijden.
De beier Heerina van Voss: 't Is en blijft concurrentie
tegen de gasfabriek. Daar kunt U niets tegen doen.
De beier Verheijen: Het kan concurrentie zijn, maar
geen gewilde concurrentie.
De beer Braat: De concurrentie heeft met het groolere
of kleinere net niets te maken, dunkt mij. Dat is pre
cies hetzelfde.
De beer Verheijen: Het heeft er zooveel mede te
maken, dat wanneer U het kleine net bouwt U toch ook
moet trachten het zoo spoedig mogelijk rendabel te maken
en wanneer U dan ©en aansluiting geeft, neemt U een
klant van de gasfabriek af. Wanneer U het groote neti
bouwt, wordt al te scherpe concurrentie vermeden om
dat dan niet zooveel werk van deze aansluitingen behoeft
gemaakt te worden.
De beier Braat: Wanneer de ingezetenen electriciteit
willen bebbeln, dan nemen zij die1. Met dergelijke dingen
behoeft men geen reclame te maken.
De beer Verheijen: U als zakenman Mijnheer Braat,
kent toch zeker wel de macht van reclame!
Be Voorzitter: Mijnebeeren ik zal van de stukken die
ons bereikt hebben en ook van de teekeningen waarop
het plan van aanleg voorkomt, afdrukken laten maken
en ieder uwer ten spoedigste een exemplaar doen thuis
bezorgen. Verder stel ik voor onze eerste vergadering
in de volgende week te 'houden en die op Donderdag
k. tei stellen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten.
VIII. Mededeeling van ingekomen stukken.
De Voorzitter: Ik heb de vergadering mede te deelen
dat zijn ingekomen:
I. een schrijven d.d. 14 Februari 1916 van den heer
J. A. Schellekens, hoofd der school te Steehsel,; benoemd
hoofd van school E te Nispen, waarin hij onder dank
betuiging voor het vertrouwen in hem gesteld mededeelt
dat hij zijne benoeming aanneemt en op 1 Mei e. k. in
functie zal treden;
II. een besluit van Gedeputeerde Staten d.d. 16 Fe
bruari 1916 G LN° 161 houdende goedkeuring van (het
Raadsbesluit d.d. 30 December 1915 tot wijziging van de
salarisregeling van bet onderwijzend personeel der open
bare lagere scholen;
III. een besluit van Gedeputeerde Staten d.d. 1 Maart
1916 G As 227, houdende vaststelling en goedkeuring van