s
I
f
j
2E VERGADERING.
Vergadering van Zaterdag, 23 Januari 1915.
lp
r
!f
r
i
i
VERGADERING VAN 23 JANUARI 1915.
Vaststelling eener verordening houdende maatregelen tegen vasthouding of prijsopdrijving van graan, meel en brood.
Bijeenroepingsuur 9 uur des voormiddags.
Onderwerpen ter behandeling:
1. Vaststelling van eene verordening op hel bakken van
onvermengd roggebrood en (of) van eene verordening,
houdende maatregelen tegen vasthouding of prijsopdrij
ving van graan, meel en brood. 2. Request van J. C.
van Deurzeln e. a., schippers alhier, met betrekking tot
het optreden van den havenmeester. 3. Voorstel van
Burgemeester en Wethouders met betrekking lot de
regeling van de belooning van den marktmeester over
het dienstjaar 1914. 4. Mededeeling van ingekomen
stukken. 5. Vaststelling van het suppletoir kohier
van den hoofdelijken omslag, dienst 1914.
Voorzitter de heer Aug. Coenen, Burgemeester.
Tegenwoordig met den Voorzitter 14 leden te weten de
heer P. C. Ml. Iionings wethouder, en de lieeren .C.
Backx, A. W. Braat, A. J. (M. de Bruyn, J. Aj C. vaqj
Gastel, A. Heerma van Voss, G. J. Koning,s, P. van der
Poorten, J. Verheijen, J. A. Voeten, A. F. Vos, J. Vosi
en E. H. M. van Wely.
Afwezig de lieeren G. A. van Dorst, A. A. J onge ne el,en
en K. F. W. M. van Wely.
Secretaris de heer A. A. Rademakers.
De Voorzitter: Mijneheeren, ik verklaar deze. verga
dering voor geopend.
Aan de orde is de behandeling van de navolgende!
punten
I. Vaststelling van eene verordening op het bakken van
onvermengd roggebrood en (of) van eene veror
dening, houdende maatregelen tegen vasthouding
of prijsopdrijving van graan, meel en brood.
De Voorzitter: Mijneheeren! Uit de bewoordingen waar
mede dit punt op de agenda staat verhield, blijkt U,
dat naar onze meening de verordening op het bakken
van onvermengd roggebrood kan vervallen, daar deze
feitelijk is opgenomen in de verordening houdende maat
regelen tegen prijsopdrijving van graan, meel en brood.
Wanneer de vergadering het hierin met ons eens is,
verzoek ik U over te gaan tot vaststelling der laatst ges-
noemde verordening.
De vergadering vereenigt zich met de zienswijze van
Burgemeester en Wethouders.
De Voorzitter: Ik zal nu de concept-verordening hou
dende maatregelen tegen vasthouding of prijsopdrijving
van graan, meel en brood en waarvan ieder uwer een
afschrift bezit artikelsgewijze behandelen en verzoek den
Secretaris van elk artikel voorlezing te willen geven.
Öe Secretaris: Artikel 1.
Waar in deze verordening gesproken wordt van Rogge-
commissie, wordt bedoeld de Commissie gevormd dooi
de Burgemeesters van Oud- en Nieuw-Gastel, Etten en
Leur, Klundert, Woensdrecht en Chaam.
De Voorzitter: Mijneheeren! Door den Gemeenteraad
wensch ik uitgemaakt te zien of hij art. 1 ongewijzigd
wenscht te behouden.
Wanneer dit artikel wordt behouden, worden natuur
lijk in de volgende artikelen waar over de Rogge commissie
gesproken wordt de bepalingen hieromtrent eveneens
behouden.
Het ligt voor de hand, dat Burgemeester en Wethouders
dan voor elke ontheffing, die zij van eenige bepaling dei-
verordening zouden willen verleenen, of van de minste
beslissing, die zij volgens de verordening zouden willen
nemen de Roggecommissie zullen hebben te hooren, en
dat, wanneer zij dit niet doen, de lontheffing of de be
slissing geen rechtkracht zal bezitten.
Nu komt het mij voor, Mijneheeren, dat dit eene moege
lijke bepaling is in eene verordening en ik voor mij
acht ik het gewenscht door den Raad uitgemaakt te zien,
of hij die bepaling wenscht te behouden. Gaarne zullen
wij natuurlijk met de Roggecommissie voeling houden,
haar van onze voorstellen in kennis stellen, des noods
hare adviezen inwinnen, maar ons daartoe te binden in
de verordening zelf komt ons nog al bezwaarlijk voor.
Denkt de Gemeenteraad er echter anders over, meent de
Gemeenteraad, dat Burgemeester en Wethouders de Rog
gecommissie vooraf dienen te hooren, dan moet artikel I
behouden blijven en ook in de overige artikelen, waarin
van Roggecommissie sprake is.
De heer Verheijen: Mijnheer de Voorzitter! Ik ben
het volkomen met Uw bezwaar eens, dat jn de meest voor
komende gevallen het niet wel mogelijk zal zijn tevoren
het advies van de Roggecommissie in te winnen. Her
haalde malen zullen Burgemeester en Wethouders oogen-
blikkelijk moeten ingrijpen, zonder dat er kans zal be
staan om advies te vragen. Daarom was ik van plan
overal waar staat „de Roggecommissie gehoord" in de
verordening te lezen: Burgemeester ein Wethouders zul
len van hunne beslissing mededeeling doen aan de Rogge
commissie.
De heer Jac. Vos: Mijnheer de Voorzitter-' In verband1
met hetgeen in de vorige vergadering gesproken is over
het al of niet wettig zijn van de Roggecommissie, zou arti
kel I, wanneer behouden moet worden dat ook van de
Roggecommissie gesproken wordt en wanneer die Com
missie onwettig zou zijn indien een van de burgemeesters
der Roggecommissie zou bedanken of bedankt worden,
gelezen kunnen worden als volgt: Waar in de verordening
I»;
V -
H
1
j ii»
k|
if
r»
.8
N
ii
C