2
VERGADERING VAN 30 SEPTEMBER 1915.
Voorstel van B. en W. tot het vaststellen van eene verordening betreffende het uitkeeren van jaarwedden en Ico
nen aan gemobiliseerde ambtenaren, beambten en werklieden der gemeente.
stellen betreffende de uitkeeringan, te doen aan gemobi-
liseerden in gemeentedienst.
Wij' doen dit te meer, nu te verwachten is, dat dd
landstormwet hel getal dier gemobiliseerd en zal ver
meerderen en tevens ook, om, nu de gemeente de diensten)
dier beambten moet missen, eanigszins eene vergoeding
voor het gemis dier diensten te verkrijgen. Wij zijn bij
onze voorstellen van het standpunt uitgegaan, dat ide
billijkheid vordert, dat met diverse omstandigheden wordt
rekening gehouden en, waar de gemobiliseerdein aan een
wettelijk voorschrift hebben te voldoen, de gemeente niet
allen steun aan 'hare gemobiliseerde ambtenaren mag ont
houden; vandaar de verschillende categoriën van uit
keering, welke door ons worden voorgesteld.
Wij hebben inzage genomen en studie gemaakt van de
getroffen regelingen in andere gemeenten en het resultaat
dier studie vindt U terug in het besluit, dat wij U ter
goedkeuring aanbieden. Voorwat betreft de onderwijzers,
die in dienst zijn of zullen komen, behoeft deze verorde
ning, indien zij door U wordt aangenomen, de goedkeuring
van het College van Gedeputeerde Staten.
Na deze mededeeling meen ik mij van verdere toelich
ting te kunnen onthouden; alleen wensch ik er nog aan
toe te voegen, dat tot heden aan de gemobiliseerd zijndel
ambtenaren werkzaam bij den dienst van openbare wer
ken, bij het gasbedrijf of bij het onderwijs de volle jaar
wedde is uitgekeerd; alleen werd aan de gemobiliseerde
ambtenaren in dienst der secretarie tot heden slechts
eene geringe vergoeding toegekend.
De heer De Bruyn: Mijnheer de Voorzitter! In ar'ikel I,
sub a, wordt bepaald, dat aan gezinshoofden met een of
meer kinderen vijfenzeventig percent huniner jaarwed
den zal worden uitgekeerd.
Ik had liever gezien, Mijnheer de Voorzitter, dat ver
schil was gemaakt tusschen iemand, die een of een ander,
die meer kinderen heeft. Ik vind, dat voor iemand, (die
zes kinderen heeft, de vergoeding grooter mag zijn, dan
voor iemand, die er slechts één heeft.
Was het niet heter geweest ook daar verschil in te
maken, of heeft U reden gehad dit niet te doen?
De Voorzitter: Wij hebben geoordeeld, dat in elk gezin
van het totaal der inkomsten vijfentwintig; procent yoor
rekening van het gezinshoofd is te achten. Wiij: hebben ook
de we'nschelijkheid overwogen, om in déze verordening
gezinnen met kinderen in categorieën te verdeelen, doch
zijn daarop niet ingegaan, omdat het hier geen kinder
toeslag betrof. Vandaar dat er geene bepaling is opge
nomen, waarbij het kindertal wordt gespecifieerd. Ik kan
mij1 er heel goed indenken, dat in groote gezinnen jzoo
goed als geen inkomsten zijn te missen, maar men moet
niet vergeten, dat voor gezinshoofden met kinderen slechts
vijfentwintig procent op de jaarwedde zal worden gekort,
welk bedrag gewoonlijk uit militaire inkomsten zal wor
den genoten.
De heer G- Konings: Daar staat tegenover, Mijnheer
de Voorzitter, dat groote gezinnen van gemobiliseerden
meer uitkeering van het Rijk genieten dan die, welke
maar één of geen kinderen hebben.
De Voorzitter: Bij de gemobiliseerde ambtenaren zijn
er bij die zelf ook inkomsten als militair genieten anderen
waarvan het gezin eene uitkeering krijgt.
De heer Voeten: Mijnheer de Voorzitter: Dat is juist
hetgeen ook ik wilde zeggen. Er zijn ambtenaren, die een
groot tractement hebben, nog grooter zelfs dan zij van
de gemeente genieten. Óm aan dergelijke ambtenaren
bovendien nog eene uitkeering van de gemeente te geven
vind ik onbillijk.
De Voorzitter: Wat U daar zegt kan hoogstens voor
een ambtenaar gelden, die thans- een ietwat hooger trac
tement geniet, dan hij in gemeentedienst zou ontvangen,
maar daar staal tegenover, dat hij nu ook meerdere jen
andere uitgaven heeft te doen, 'dan in zijne betrekking
van ambtenaar der gemeente het geval zou zijn. Met deze
wetenschap is tot dus verre ook rekening gehouden; van
daar dat de uitkeering voor dien ambtenaar alleen tot
heden ook zoo gering is geweest.
Burgemeester en Wethouders hebben alvorens dit voor
stel te doen degelijk rekening 'gehouden ,met alle hun
bekende omstandigheden. Zij hebben geen bepaalde cate
gorieën van personen willen noemen, maar eene algemeene
regeling aan den Raad willen voorstellen. Het voorstel,
dat thans gedaan wordt, is ernstig overwogen, alvorens
het U ter goedkeuring is voorgelegd.
De heer E. van Wely: Mijnheer de Voorzitter! Ik ben
ook het gevoelen van den heer Voeten toegedaan. Er
zijn ambtenaren, die nu vier a vijfmaal meer tractement
hebben, dan zij anders genieten. Om die eene toelage |te
geven, ben ik tegen.
De Voorzitter: Ik geloof, dat U zich vergist. Ik weet
niet, dat er één ambtenaar is, die nu in militaire dienst
vier a vijfmaal zijn tractement geniet, Die zou dan haast
generaal moeten zijn!
De heer E. van Wely: Ik ken er wel eeln, die nu eeln'
drie duizend gulden trekt.
De Voorzitter: Ik wilde wel, dat Umij die eems
noemdet.
De heer E. van Wely: Ik geloof wel, dat een officier
komt aan een tractement van ongeveer drieduizend gulden.
De Voorzitter: E,r is hier maar een gemeente-ambtenaar,
die den officiersrang bekleedt. Hij is tweede luitenant
en geniet elfhonderd gulden tractement en vijftig cent
toelage per dag. Primitief was de toelage voor officieren]
drie gulden per 'dag. Toen zaten de officieren er beter:
voor! Thans is 'die toelage gereduceerd tot vijftig cent
en zij moeten nu evengoed hiermee rond weten te komen].
Wenscht een der 'leden over deze verordening |nog
het woord? Verlangt een der leden stemming daarover?
De heer E. van Wely: Ja, Mijnheer de Voorzitter, ik
ben er tegen en wil de verordening wel in stemming ge
bracht zien.
De verordening door Burgemeester en Wethouders den
Raad aangeboden wordt hierop in stemming gebracht
en aangenomen met dertien tegen drie stemmen.
Tegen stemmen de 'heeren De Bruyn, Voeten en E.
van Wely.
De vastgestelde verordening luidt als volgt:
De Raad der gemeente Roosendaal en Nispen;
Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders;
BESLUIT
vast te stellen de navolgende
3
VERGADERING VAN 30 SEPTEMBER 1915.
Verordening betreffende het uitkeeren van jaarwedden en loonen aan gemobiliseerde ambtenaren, beambten en
werklieden der gemeente. Benoeming van een Directeur van de Burgeravondschool en Teekenschool.
Request van den heer Th. J. Potters om eervol ontslag.
VERORDENING betreffende het uitkeeren van jaar
wedden en loonen aan gemobiliseerde ambtenaren,
beambten en werklieden der gemeente Roosendaal
en Nispen.
Artikel 1.
Aan de ambtenaren, beambten en werklieden der ge
meente Roosendaal en Nispen, die tijdens de tegenwoor
dige mobilisatie onder de wapenen zijn of zullen komen,
wordt van hunne jaarwedden uitgekeerd:
a. aan gezinshoofden met een of meer kinderen vijf
en zeventig percent,
b. aan gezinshoofden zonder kinderen en aan kost
winners van een gezin vijf en zestig percent,
c. aan ongehuwden vijf en dertig percent,
een en ander onverminderd de verplichting tot betaling
hunner pensioensbijdragen.
Artikel 2.
Voor de in artikel 1 bedoelde ambtenaren, beambten
en werklieden blijft het genot van vrije woning of ver
goeding voor huishuur onverkort.
Artikel 3.
De beoordeeling, of een der in artikel 1 bedoelde amb
tenaren, beambten of werklieden als kostwinner van een
gezin is te beschouwen, berust bij Burgemeester en
Wethouders.
Artikel 4.
Deze verordening treedt in werking op 1 October 1915.
Aldus vastgesteld door den Raad der gemeente Roo
sendaal en Nispen in zijne openbare vergadering van
den 30sten September 1915.
De Secretaris, De Voorzitter,
A. A. RADEMAKERS. AUG. COENEN.
IV. Benoeming van een Directeur van de Burgeravond
school en Teekenschool.
Op de aanbeveling zijn geplaatst als:
3 ste candidaat J. J. Werz, teekenleeraar alhier.
2de candidaat G. P. H. van Heusden, teekenleeraar te
Hilversum.
3de candidaat A. van Bommel, teekenleeraar te Venlo.
4de candidaat W. G. M. ten Hacken, teekenleeraar te
Helder.
De Voorzitter: Voor de vacature van Directeur der
Burgeravondschool en Teekenschool hebben zich zeven
tien sollicitanten aangemeld, waaruit door U eene keuze
kan gedaan worden. De Inspecteur van het Middelbaar
Onderwijs beveelt in zijn ingevolge de wet uitgebracht
rapport dezelfde candidalen aan, als de Commissie van
Toezicht, zij hel dan ook niet in dezelfde volgorde^
Burgemeester en Wethouders hebben de candidaten,
zoo als die door de Commissie van Toezicht op het Mid
delbaar Onderwijs worden aanbevolen, op hunne ingevolge
de wet in te dienen aanbeveling overgenomen en geven
U in overweging eene keuze uit die aanbeveling te doen.
Alvorens daartoe over te gaan, wensch i.k te doen
kennen, dat Burgemeester en Wethouders voornemens
zijn de voor de Burgeravondschool en Teekenschool be
staande verordeningen van 1906 aan een herziening te
onderwerpen en in verband met geuite wenschen jen
gebleken toestanden vooral in die verordening te doen
opnemen de werkuren van den Directeur dier school en
speciaal te regelen het geven van onderwijs aan andelrel
inrichtingen van teekenonderwijs buiten de gemeente. Bij
die herziening zal er vooral de aandacht aan moeten
moeten worden geschonken, dat, wanneer het geven van
privaatlessen wordt toegestaan, de geregelde gang van
het onderwijs aan de school daardoor niet mag wordein
geschaad. i
Zoo zal het overweging verdienen dein Directeur ihet
geven van privaatlessen in de namiddaguren te verbiedem
van 1 October tot 1 April, den duur van den cursus yoor
de Burgeravondschool, ten einde hem des avonds friscili
en opgewekt zijne hoofdtaak te zien vervullen.
In verband hiermede stel ik U namens het Dagelijksch
Bestuur voor de benoeming te doen geschieden ,op de
bestaande of nader door den Raad vast te stellen instruc
tie voor den Directeur der Burgeravondschool en Tee
kenschool en op de bestaande of nader vast te stellen
salarisregeling voor dien ambtenaar.
Verlangt een der leden alvorens tot de benoeming over]
te gaan het woord? Niemand het woord verlangende stel
ik voor tot de benoeming over te gaan en benoem ik voor
deze en verder in tjeze vergadering te houden stem
mingen tot slemopnemers de beide heeren Wethouders.
Hierna gaat de Raad tot stemming over.
Na afloop daarvan zegt:
De Voorzitter: Hel getal tegenwoordig zijnde leden
bedraagt 16.
In de bus werden bevonden 16 stembriefjes. Hiervan
zijn als zijnde niet of niet behoorlijk ingevuld van on
waarde geene.
Het getal geldig uitgebrachte stemmen bedraagt der
halve 16.
Van dit getal hebben verkregen:
de heer J. J. Werz, 10 stemmen en
de heer G. P. H. van Heusden 6 stemmen, zoodat met
volstrekte meerderheid van stemmen is gekozen en mits
dien benoemd tot directeur van de Burgeravondschool
en Teekenschool de heer Johannes Jacobus Werz, thans
leeraar aan de Burgeravondschool en Teekenschool al
hier.
Deze benoeming gaat in met 1 October 1915.,
V. Request van den heer Th. J. Potters, hoofd van
school C alhier, houdende verzoek om eervol ont
slag uit zjjne betrekking.
Op verzoek van den Voorzitter geeft de Secretaris
voorlezing van het request.
De Voorzitter: Namens Burgemeester en Wethouders
stel ik voor aan den heer Potters, hoofd eener school,
alhier overeenkomstig zijn verzoek ontslag te verleen en
uit zijhe tegenwoordige betrekking yan Hoofd van schopt ;C,
dat ontslag te verleenen op de meest eervolle wijze en
als bewijs van waardeering voor de bijzondere diensten,
in bet belang van het onderwijs tijdens de mobilisatiel
in den vorigen winter bewezen, dat ontslag eveneens
overeenkomstig zijn verzoek te doen ingaan op 1 No
vember e. k.
Dit voorstel, in stemming gebracht, wordt met alge
meene stemmen aangenomen.
i