4 VERGADERING VAN S MAART 1915. Request van Mej. H. W. Savelberg-Stenten, houdende verzoek om eervol ontslag als gemeente-vroedvrouw. Herziening van de instructiën der gemeente-geneesheeren en der gemeente-vroedvrouw. Hierna gaat de Raad tot stemming over. Na afloop daarvan zegt: De VoorzitterHet getal tegenwoordig zijnde leden bedraagt 16. In de bus zijn bevonden 16 stembriefjes. Hiervan zijn als zijnde niet of niet behoorlijk ingevuld van onwaarde geene. Het getal geldig uitgebrachte stemmen bedraagt der halve 16. Van dit getal heeft verkregen de heer W. Th. Weyts 15 stemmen en de heer P. II. J. M. Kuystermans een stem, zoodat met volstrekte meerderheid van stemmen tot onderwijzer met verplichte hoofdakte en minstens 23 jarigen leeftijd ,aan school B alhier is gekozen en mitsdien benoemd de heer W. Th. Weyts, onderwijzer alhier. VII. Request van Mej. H. "W". Savelberg-Stenten, houdende verzoek om eervol ontslag als gemeente-vroedvrouw. De oorzitterBij de mededeeling van ingekomen stukken in onze .vergadering van 23 Januari j.1. gaf ik U kennis,- dat onder dagteekening van 22 Januari 1.1. door Mej. H. VSavelberg-Stenten het verzoek werd gedaan eervol ontslag te verkrijgen uit hare betrekking van gemeente-verloskundige en werd door den Secretaris aan U van dat verzoek voorlezing gegeven. De Raad besloot op mijn voorstel de beslissing hierover te verdagen tot de volgende vergadering. Thans moet ik U andermaal voorstellen, gezien het bepaalde in ar tikel 1 liarer instructie dat verzoek om ontslag aan te houden, daarop eerst in de maand April eene beschik king te nemen en als datum .voor ontslag aan te nemen) 1 Mei e. k. De heer Verheijen: Mijnheer de VoorzitterIk heb gisteren de instructie voor de verloskundige nagelezen en zou graag van Burgemeester en Wethouders vernemen,- waarom op 't oogenblik niet over het verzoek van Mejuf frouw Savelberg-Stenten kan worden beslist. Niet waar, daar staat dat drie maanden voor het verlaten hareir betrekking daarvan aan den Raad moet worden kennis gegeven. Dat neemt niet weg,- dat vandaag over dat ver zoek kan worden beslist en het ontslag kan ingaan drie) maanden inadat het verzoek is gedaan. Dan bereiken wij hetzelfde en kan op 't oogenblik al eene oproeping wor den gedaan en in de vacature worden voorzien. Ik vind dat aan een spoedig ontslag een voordeel is verbonden en dat bij aanhouding van het verzoek hef niet aangaat op 't oogenblik te zeggen, dat de betrekking van vroedvrouw hier vaceert, en eene oproeping te doen zoolang het ontslag niet is verleend. De oorzitter: Ik voor mij zie er geen bezwaar in om eene oproeping te doen om dc eenvoudige reden, dat wij voorstellen als datum voor ontslag 1 Mei aan te nemen. .Uit prudentie hebben Burgemeester en Wethouders ge meend het ontslag nog te moetan aanhouden. Indien 'men gewoon ontslag geeft bestaat tegen directe beslissing geen bezwaar, maar de Raad zal zich hebben uit te spreken of hel ontslag al of niet eervol kan wor den verleend en daarom is het gewenschter daarmede zoo lang mogelijk te wachten. Kunnen de leden zich met dit voorstel vereenigen? Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten het ver zoek om ontslag aan te houden. VIII. Herziening van de instructiën der gemeente-ge neesheeren en der gemeente-vroedTrouw. De Voorzitter: Mijneheeren! Ik wensch met de laatst genoemde instructie te beginnen. Deze instructie bevat tevens de belooning of jaarwedde die aan de gemeente- vroedvrouw is toegekend. Zij was bij de stukkeu,, die voor U ter visie hebben gelegen,, (neergelegd. Ons inziens behoeft zij geene enkele wijziging te ondergaan,- .alleen hebben wij gemeend goed te doen met U vóór het doé|n eener nieuwe oproeping daarvan te doen kennisneiinenjj ten einde ook daardoor de gelegenheid te openen,- zoo, wijziging door U gewenscht wordt, daarvan in deze ver gadering te kunnen doen blijken. Wenscht een der leden in de instructie met jaarwed.de- regeling zooals deze in 1907 werd vastgesteld eene wijzi ging voor te stellen? De heer Verheijen: Mijnheer de Voorzitter-' Over 't algemeen kan de instructie zooals die indertijd is vast gesteld mijne goedkeuring wegdragen. Met 'het oog evenwel op het feit, dat mij ter oore is gekomen dat door de tegenwoordige gemeente-vroed vrouw voor armlastige patiënten in 1914 slechts 12 ver lossingen zijn gedaan, komt mij de belooning van ƒ500.— vast, wel een beetje hoog voor. Ik zou daarom willen voorstellen, dat de vroedvrouw zal genieten eene vaste belooning van ƒ300.gerekend voor 60 verlossingen en ƒ5.— per gedane verlossing daarboven. De Voorzitter: Met dit voorstel kan ik zoo voetstoots niet meegaan. Ik geloof, dat hier een adder in het gras schuilt,, dat wil zeggen dat juist de weinig verlos,singeln die aan den heer Verheijen zijn opgegeven, wellicht oor zaak zijn dat Burgemeester en Wethouders zoo prudent zijn geweest om aan den Raad vpor te stellen eerst pp een later tijdstip, in de maand April, op de ingeikp-mjeln ontslagaanvrage te beslissen. Waar de Gemeenteraad voo!r ©e|n jaar of acht het salaris der vroedvrouw op ƒ500.— heeft gebracht,- vind ik niet, dat het thans op den weg van dein Gemeenteraad ligt om dat salaris weer lager te stellen. Door Burgemeester en Wethouders is overwogen of het 'niet wenschelijker ware geene gemeente vroevrouw meer aan te stellen,- iedereen vrij te laten in de keuze) eener vroedvrouw, uit de hier gevestigde en dan voor elke verlossing voor armlastigen ƒ5.— toe te kennen. Daar is tegenovergesteld, dat eene vroedvrouw een bestaan moet vinden en daarom van een klein bestaan moet verzekerd zijn. Dat wordt toegekend aan de geneesheercn, dat wordt gegeven aan den veearts, dat moet ook verzekerd blijven aan de aan te stellen verloskundige. Nu geloof ik wel, dat in al die jaren het aantal ver lossingen eerder .tloe dan afgenomen is^ maar ik voor mij heb de overtuiging, dat hier het getal van honjdepdj verlossingen niet wordt bereikt. Dit zal duidelijk blijken wanneer het stelsel in werking zal zijn,; waarover ik U, en passant wil spreken, het zoogenaamde kaartenstelsel, dat Burgemeester en Wethouders zich voorstellen in te voeren zoowel voor het verkrijgen van verloskundige als genees- en heelkundige hulp. VERGADERING VAN 3 MAART 1915. Herziening van de instructiën der gemeente-geneesheeren en der gemeente-vroedvrouw. De regeling die Burgemeester en Wethouders wenschen in te voeren is deze: In de plaatselijke couranten en door andere middelen wordt ter algemeene kennis gebracht dat ieder inwoner die 'meent in de termen te vallen om voor kostelooze ger nees-, heel- en verloskundige hulp in aanmerking te kun nen komen zich daartoe voor een bepaalden datum ter secretarie of ergens anders zal hebben op te geven., Als de termijn voor aangifte verstreken is maken Bur gemeester en Wethouders daarvan lijsten op en zenden deze aan de diverse armbesturen met verzoek hen te willen inlichten welke personen op dia lijsten voorkomende naar hunne meening voor vrije genees-, heel- en verlos kundige hulp in aanmerking kunnen komen. Zoodra die adviezen zijn ingekomen stellen Burgemeester en Wet houders de jaarlijsten vast en doen aan de personen die daarop zijn geplaatst kaarten toekomen en tevens ©en afschrift |der lijsten aan de geneesheeren enpde vroedvrouw. Personen die niet op de jaarlijsten voorkomen behoe ven niet kosteloos te worden geholpen en de uitkeeribg aan de doctors en vroedvrouw mag ook alleen geschieden voor hen die daarop voorkomen. Niemand is dan verder meer gerechtigd tot afgifte van briefjes als alteen Bur gemeester en Wethouders of de; Burgemeester. Burgemeester en Wethouders wenschen alle drie maan den de armbesturen te vragen of er naar hunne meening personen zijn die van de lijsten moeten worden afgevoerd of wel op de lijsten moeten worden gebracht. Dit zal alleen gelden voor die personen, welke zich daarvoor bij Burgemeester en Wethouders zullen .aanmelden. Zooals het nu gaat is er geen regel. Burgemeester en Wethouders zijn van oordeel, dat de verloskundige ƒ500.salaris mag verzekerd zijn. Wan neer zij weinig gratis verlossingen krijgt en ook van particulieren weinig verlossingen beeft,; dan zal zij wel geen bestaan kunnen vinden en spoedig heengaan. Denkt de Raad er anders over dan ligt het op zijn weg zooals de heer Verheijen voorste,lt; de som van/500. te wijzigen op ƒ400.— of ƒ300.—. Dit laat ik aan de. prudentie van de,n Raad over. Het aantal verlossingen houdt daarmede verband. Er zijn hier te Roosendaal, ik moet U dat even zeggen' jaarlijks ruim 500 geboorten. De geneesheeren zijn (voornemens wanneer ee'ne nieuwe vroedvrouw wordt aan gesteld het tarief voor verlossingen te verhoogen, om dat de verloskundige hulp thans te weinig loonend voor- hun is gebleken. Op eene verlossing, zooals die hier be taald wordt,, geven zij veel te veel toe. Waar hunne werk zaamheden overdag zeer druk zijn en verlossingen gewoon lijk 's nachts voorvallen, heeft dit te veel invloed op hunne lichaamskrachten, die zij moeten bewaren om 'een lang leven te kunnen hebben. Laat ons de belooning van 500.behouden,, dan kun nen wij eene zeer geschikte persoon vinden, die zich hier kan vestigen. De heer Verheijen: Mijnheer de Voorzitter! Ik vind die maatregel zeer verstandig, doch een salaris ,van 500.— voor de verlossingen, die voor armlastige patten- ten moeten gebeuren vrij hoog; gezien de ondervinding, die wij jaren lang hebben opgedaan met onze gemeente- yroedvrouw. En juist die ondervinding maakt mij hui verig met een volgende gemeente-ambtenaar diezelfde proef te nemen. Wanneer eenmaal de verordening is vast gesteld gaat het heel lastig daarin wijziging te brengen. Daarom zou ik wenschen, nu wij op 't oogenblik naar aanleiding der vacature deze zaak regelen,-,, dat de Raad in deze prudent zij en niet hervalle in de fout, die inder tijd gemaakt is. 't Is eenmaal aangetoond, dat met de bestaande ver ordening eene verhouding mogelijk is, die geenszins in het belang kan zijn van onze armen. De Voorzitter: Dus U blijft er bij om ƒ300.— te geven? De heer Verheijen: Ja Mijnheer de Voorzitter! De heer Jac. Vos: Mijnheer de Voorzitter! Ik heb mij al eens afgevraagd of het wel mogelijk £al zijn voor dat bedrag eene degelijke vroedvrouw te krijgen, wanneer! men eens nagaat, dat voor een geneesheer groot© sommen worden uitgelegd, o.a. is bekend dat de gemeente Wouw voor den geneesheer ƒ1800.betaalt met genot van vrije woning; en nadat die geneesheer zijn nieuwe woning had betrokken dat bedrag werd verhoogd o,p ƒ2000.Er zijn verschillende plaatsen, die groote bedragen uitleggen om een geneesheer te kunnen krijgen. De Voorzitter: Ik zal eerst vragen of het voorstel dooi den heer Verheijen gedaan wordt ondersteund. De iheeren De Bruyn en E. van Wiely ondersteuneiu) het voorstel. De Voorzitter: Hel voorstel door den heer Verheijen gedaan voldoende ondersteund zijnde kan derhalve een punt van bespreking uitmaken. Heeft U aan het voorstel nog iets toe te voegen Mijn heer Verheijen? De heer Verheijen: Wanneer er bezwaren tegen geop perd worden Mijnheer de Voorzitter, zal ik trachten die te weerleggen. Op 't oogenblik heb ik mijn voorstel niet nader te verdedigen. De Voorzitter: Verlangt een der leden over het voor stel nog het woord? Niemand? Dan wensch ik den heer, Verheijen persoonlijk mede te deel en,; dat wij geene vrij heid hebben kunnen vinden het bedrag van 500 aan U verlaagd voor te stellen. Wij blijven van oordeel, dat die som van ƒ500.gegeven wordt voor het bezit en de voortdurende aanwezigheid van eene naar het oordeel van den Raad geschikte ver loskundige en voor ee'ne groote gemeente als Roosendaal komt ons dat bedrag eerder miniem dan te hoog voor. Wij kunnen met het voorstel van den heer Verheijein niet instemmen. Het bedrag in de verordening bepaald' was bij de invoering hare jaarwedde. Die jaarwedde is behouden, het aantal verlossingen is er gewoon achter geplaatst. Toen ik hier kwam genoot de vroedvrouw een© jaar wedde van ƒ400.—, toen telde de gemeente 12.000 in woners, thans telt zij er 18.000 en' nu ƒ500.;— te gavefni op dat hooge getal ingezetenen vind ik waarlijk niet te hoog opgedreven. Om in het bezit eener goede verloskundige te geraken; zou ik er prijs op stellen, dat het bedrag van 500.— bei- houden blijft. De heer Verheijen: Mijnheer de Voorzitter! Mag ik met een enkel woord de bezwaren door U geopperd tegen de door mij (voorgestelde verlaging rescontreeren? Die ƒ500.zijn oorspronkelijk in de verordening opgenomen om Roosendaal Pe verzekeren het bezit, het voortdurend

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1915 | | pagina 16