- du.A /I Jw Llu (Ja
(Lwi 5/ v Qlvlu ël
6
VERGADERING VAN 30 DECEMBER 1913.
Pensioensgrondslagen gemeente-ambtenaren. Uitkeeringen invaliditeitsrente.
slag van alle ambtenaren, die in dienst der politie zijn,
te verhoogen met 20.
Bestaat daartegen bij de leden geen bezwaar? Dan is
bet aangenomen.
De Voorzitter: Er is nu nog een persoon, wiens pen
sioensgrondslag dient te worden verhoogd.
Langen tijd beeft het een punt van bespreking en over
weging uitgemaakt, of voor een ambtenaar, die in dienst
van een armbestuur is, hetgeen hij als zoodanig geniet, aan
zijn pensioensgrondslag mag worden toegevoegd. Tot mijn
genoegen heeft de Minister eene decisie genomen, en mag
dat bedrag, wanneer hel armbestuur door de gemeente
wordt gesubsidieerd, aan de jaarwedde worden toegevoegd.
Daarom stel ik voor om den pensioensgrondslag van den
lieer Scboonheyt, die amanuensis is bij het armbestuur,
met 250.zijnde hel bedrag dat bij als zoodanig ge
niet, te verhoogen.
Kunnen de leden zich ook hiermede vereenigen? Dan
is ook dit voorstel aangenomen.
De Voorzitter: Verder moet nog vastgesteld worden de
pensioensgrondslag van den heer J. Werz, die in de vorige
vergadering is benoemd tot leeraar in liet handteekenen.
Overeenkomstig de mededeeling van den Secretaris stel
ik voor den pensioensgrondslag van den heer Werz, die
nu van tijdelijk vast ambtenaar is geworden, te bepalen
overeenkomstig zijn tractcment op ƒ975.-
Kunnen de leden ook dit goedvinden? Dan is dit voor
stel aangenomen.
De Voorzitter: Ten slotte lieb ik nog eene maeüliging
aan den Raad te vragen.
Er is door Burgemeester ien Wethouders, behoudens dat
zulks door LI wordt goedgekeurd, afgestaan of verkocht
aan Frans Suykerbuyk een vuurhaardplaat, die in het
kantoor van den waarborg stond, met balans. Beide voor
werpen zijn eigendom der gemeente en konden gebezigd
worden in het gebouw, waar nu liet kantoor zal worden
ondergebracht.
Die voorwerpen moeten aan de gemeente 10. hebben
gekost; Burgemeester en Wethouders stellen voor met
Uwe goedkeuring aan Suykerbuyk die voorwerpen te mo
gen verkoopen voor 7.50.
Kunnen de leden zich ook hiermede vereenigen Dan
is ook dit goedgekeurd.
De Voorzitter: lk stel voor ter behandeling van punt -1
in comité generaal over te gaan en schors gedurende die
behandeling de openbare vergadering.
De heer Eug. v. Wely vraagt eenige inlichtingen be
treffende de uitkeering wegens ouderdomsverzekering aan
de personen, die voor rekening der gemeente in het gast
huis worden verpleegd. Het is alleen zijne bedoeling of
er wel op gerekend is op die ouderdomsverzekering. Wan
neer die uitkeering voor die personen zelf is, wil spreker
daar niet op attendeeren, doch wanneer die alleen aan
het gasthuis ten goede zou komen, zou hij daar niet erg
voor zijn. 't Is spreker wel bekend, dat zij ƒ2.trekken.
De heer Verheijen: Mijnheer de Voorzitter! Mag ik
dep heer Van Wely daar even op antwoorden?
De personen, die voor rekening van het burgerlijk arm
bestuur in Charilas worden verpleegd, en in de termen
vallen om krachtens artikel zooveel der invaliditeitswet
en ouderdomsverzekering rijkspensioen te trekken, daar
is de volgende regeling mede getroffen.
De gelden worden door de rentetrekkers zelf ontvan
gen. Zij krijgen van dat geld, dat zij iedere week mogen
ontvangen, 25 cents als zakgeld en dragen iedere week
ƒ1.75 af aan Charitas, in mindering van hel onderhoud,
dat het armbestuur anders voor hen moet betalen.
De heer Eug. v. Wely: Ik vind het wel wat weinig,
om daar maar een kwartje van te geven.
De Voorzitter: Kregen die mensehen vroeger ook eene
uitkeering?
De heer Verheijen: Neen, Mijnheer de Voorzitter.
De Voorzitter: Die menschen hadden anders geen
kwartje, zij kregen vroeger (niets.
De heer Eug. v. Wely: lk zou dal een beetje ruimer
willen. Die menschen hebben totaal niets om eens eene
versnapering te kunnen koopen.
't Is nu zuiver bijval. Wanneer die uitkeering was van
de Gemeente, zou dat een groot verschil opleveren.
Mij dunkt, dat dia menschen wel iets meer mochten
hebben, al was het nu maar 3 kwartjes.
Ik zou ze het samen willen laten deelen.
De heer Verheijen: Wij hebben gemeend met de Ar
menwet in de hand, ik zou haast zeggen, geschroomd, om
een kwartje te geven, omdat de personen, die niet in
staat zijn in hun eigen onderhoud te voorzien, alles wat
zij daaraan te kort komen ten laste der gemeenschap-
moeten ontvangen.
Wij waren van oordeel, dat het niet opging verschil
lende andere personen, die een inkomen hebben van f 350
ook te laten bijdragen in de kosten, die nu enkel moeten
dienen voor versnapering van personen, die ten laste
van de gemeenschap in „Charitas" worden verpleegd.
Daarom hebben wij gemeend, dat 25 cents iedere week
uit te keeren de uiterste grens moet zijn.
De heer JongeneelenIk geloof, dat zij nog niets
ontvangen hebben. Ik heb iemand gesproken, die mij
zeide, dat hij nog niets ontvangen heeft.
De heer Verheijen: Ik kan U de verzekering geven,
dat die persoon zich dan bepaald vergist heeft.
De heer Eug. v. Wely: Ik weet niet of het tol de
competentie van den Raad behoort, maar ik zou ze in
ieder geval eene hoogere uitkeering willen geven.
De Voorzitter: Als lid van den Gemeenteraad heeft
LT gewenscht dat de opmerking gesteld werd. Wanneer
het nu blijken mocht, dat volgens de toelichting door een
lid van hel armbestuur gegeven de uitkeering niet voldoen
de is, dan kan vnauit den Raad een verzoek worden, gedaan
om daarin vrijgeviger te zijn, maar dan moet de meer
derheid van den Raad daarin meegaan.
Het lag geheel op den weg van het armbestuur om te
handelen, zooals gehandeld is.
Als U meent, dal die uitkeering niet voldoende is, kun
nen wij beleefd het armbestuur uitnoodigen om eene mil
dere toepassing aan hen, die rentetrekkers zijn, eene
grootere tegemoetkoming te geven. U moet echter niet
voorstellen zoo of zooveel. Daar is het bestuur bestuur) voor.
Handelt het bestuur niet naar den geest van den Gemeente-
VERGADERING VAN 30 DECEMBER 1913.
Uitkeeringen invaliditeitsrente. Rijwielpad RoosendaalEsschen.
raad, dan kunt U dat zeggen, maar ik ben er niet voor,
om aan het armbestuur te zeggen: gij moet 2 kwartjes
geven of zoo veel meer.
De heer JongeneelenIk heb er verschillende personen
van gesproken, die zeggen dat zij nog niets gehad hebben,
geen cent. Gepasseerde week heeft mij het nog iemand
verteld.
De Voorzitter: Ik kan alleen aan de heeren Verheijen
en Van Gastel verzoeken, hetgeen door ons medelid Jonge
neelen is gezegd, te onderzoeken.
De heer Verheijen: Dan zou ik toch graag van den
heer Jongeneelen alle namen en feiten weten.
De Voorzitter: Zeker, die moet hij geven, maar hij kan
dat straks na de vergadering wel doen.
De heer Van Gastel: De eerste week kan het zijn, dat
zij niets ontvangen hebben, maar dat zij in het geheel
niets hebben gekregen, dal neem ik niet aan.
De Voorzitter: De klacht is een onderzoek waard. Nu
de heer Jongeneelen volhoudt, wat hij zegt, zal hij een
en ander na de vergadering wel aan den heer Verheijen
willen mededeelen.
De heer Jongeneelen zegl dit toe.
De Voorzitter: Ik schors nu de openbare vergadering.
Na de heropening der openbare vergadering deelt de
Voorzitter mede, dat door Provinciale Staten afwijzend
is beschikt op het verzoek dezer gemeente tot het ver
krijgen van eene subsidie in de kosten van de verharding
met klinkers voor hel gedeelte der Watermolenstraat van
de Tolbergsche straat tot de weg .van Roosendaal naar
Haïnk. en dat door. Provinciale Staten een renteloos voor
schot van 50o/o is! verleend in een bedrag van hoogstens
ƒ2000.voor kosten van aanleg van het rijwielpad van
Roosendaal over Nispen naar de Belgische grens.
Op eene vraag van de heer De Bruyn deelt de Voor-
zilLer verder mede, dat thans ook eene subsidie in ide
kosten van aanleg van dat rijwielpad is aangevraagd aan
den Algemeenen Nederlandschen Wielrijdersbond, en wel
tot een bedrag van 25°/o dier kosten, £n op pene vrag»
van den heer Voeten, dat aan de af deeling Openbare Wer
ken zal worden opgedragen het in orde houden van het
rijwielpad, naar Bergen-op-Zoom, voor zoover dit in de
kom der gemeente is gelegen.
Vervolgens wordt de vergadering door den Voorzit
ter gesloten.
0L44.U üUU /^l y.
•/-A *44 10(A* /èiA (l Êt qIaju^i
^CUlCJ
f