-6- Echter wanneer er dergelijke drastische veranderingen op eigendommen van toepassing worden door de wijziging van een bestemmingsplan, vraagt hij zich af of het niet mogelijk is om de mensen welke eigenaar zijn van deze gronden, hiervan dan schriftelijk in kennis te stellen. Hij zegt dat de meeste mensen wel in de krant zien staan dat er een aan passing wordt voorgesteld van het bestemmingsplan, echter zij weten meestal niet dat dit betrekking heeft op hun eigendommen en gaan dan ook niet kijken naar het ter inzage gelegde nieuwe bestemmingsplan. Hij merkt op dat deze man er in dit geval absoluut niet van op de hoogte bleek te zijn dat er een ster-aanduiding op zijn grond stond. Hij merkt op dat de voorzitter dus formeel wel gelijk heeft, hij zegt zich echter af te vragen of men in het vervolg niet een beetje meer aan de mensen tegemoet zou kunnen komen. De voorzitter merkt op dat er ter verduidelijking van de bestem- mingsplannen meestal voorlichtingsavonden zijn gehouden. Hij zegt niet te weten of er bij de vaststelling van het nieuwe bestemmingsplan "Buitengebied" in 1978 ook een voorlichtingsavond is gehouden, hetgeen hij wel verwacht. Hij merkt vervolgens op dat men, wanneer men iedereen alle bijzonderheden betreffende zijn grond en de toepassing ervan met het oog op het bestemmingsplan mede zou delen, men het gevaar loopt dat men daarbij iemand zou vergeten. En wat dan wanneer er later blijkt dat daar problemen mee zijn. Hij zegt dat bovendien het college met het oog op het bestemmingsplan "Buitengebied", de wetsregels normaal heeft gehanteerd. Tevens zijn alle vragen omtrent hoe het in elkaar zit en wat de bedoeling is, beantwoord. Het raadslid Schoonen zegt dat dit slechts een opmerking was. Hij zegt dat de voorzitter zojuist ook heeft gezegd dat er toen destijds een voorlichtingsavond is gehouden waarop het bestemmingsplan nader is verklaard. Hij zegt dat dit echter niet het geval is. Hij merkt op dat er voor dit bestemmingsplan nooit iemand bij elkaar geroepen is op het gemeentehuis, hetgeen hij zelf veel te goed zegt te weten, dat zal men wellicht wel begrijpen. Betreffende dit perceel merkt hij op dat het een goede zaak is dat de sportbestemming van het perceel wordt afgehaald. Hij merkt op dat de sportbestemming momenteel niet meer nodig is. Hij zegt dat de eigenaar van het onderhavige pand nu de mogelijkheid wordt geboden om zijn pand te verbouwen c.q. te vernieuwen. Hij zegt dit zelf toe te juichen. Hij zegt dus akkoord te gaan met het raadsvoorstel. Echter, hij merkt op dat er ook al jaren de intentie bestaat om het perceel naast het onderhavige perceel te gaan bebouwen. Hij vraagt aan de voorzitter of het niet mogelijk is om dat perceel meteen met dit voorbereidingsbesluit mee te nemen. De voorzitter merkt op dat er slechts één aanvraag is binnengekomen voor dit perceel en dat men derhalve op deze wijze heeft gehandeld. Echter, daarbij merkt hij op dat de commissie ook duidelijk in deze richting heeft geadviseerd. Het raadslid Adams zegt van mening te zijn dat dergelijke zaken bekeken dienen te worden op het moment dat daar een aanvraag voor is ingediend. Hij vindt dat men alvorens men andere percelen andere bestemmingen gaat geven moet wachten tot daartoe een aanvraag wordt ingediendwaarna men vervolgens deze aanvraag kan beoordelen. Aangezien niemand meer het woord verlangt of stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1989 | | pagina 77