-4- Hij merkt op dat de intentie-verklaring vooral door de partijen het C.D.A. en de V.V.D. nogal scherp is gesteld, hetgeen een goede zaak is voor het voortbestaan van de "Gloriëtte" en zijn omgeving en de toegankelijkheid van het park. Hij vraagt hen nu of zij hiermee akkoord kunnen gaan. Of moeten er volgens hen sancties tegenover staan? Vervolgens vraagt hij of, wanneer de partijen het C.D.A. en de V.V.D. hiermee niet akkoord kunnen gaan, de intentie-verklaring dan alsnog wordt meegenomen in deze ruil. Hij vindt dat het toch wel van belang is dat men dit weet. Het raadslid Adams zegt dat ook de fractie van de partij het C.D.A. gelukkig is met het voorstel zoals het hier ter tafel ligt, hetgeen naar zijn mening meteen een antwoord is op de vraag van Dhr. Gelten. Hij zegt dat zij de bijzondere voorwaarden, zoals die gesteld zijn en niet door Staatsbosbeheer aanvaard kunnen worden, niet van dien aard achten dat ook met een intentie-verklaring kan worden volstaan. Hij merkt echter op blij te zijn met de intentie-verklaring van Staatsbosbeheer, om de toegankelijkheid van de "Gloriëtte" in stand te houden. Hij zegt dat de leden van de fractie van de partij het C.D.A. toch stilletjes hopen dat Staatsbosbeheer de "Gloriëtte" op de monumen tenlijst kan krijgen, zodat er vervolgens met de restauratie ervan kan worden begonnen. Vervolgens merkt hij op dat het wel Staatsbosbeheer zelf is geweest die de intentie-verklaring heeft afgegeven en niet de commissie of het college van burgemeester en wethouders. Tevens zegt hij dat deze ruil een goede zaak is in verband met een goed beheer van beide bosgebieden. De voorzitter vraagt of Dhr. Gelten akkoord kan gaan met deze verklaring. Het raadslid Gelten zegt dat hij hiermee zeker akkoord kan gaan. Hij merkt op dat men hiermee op één lijn zit. Het raadslid Meijer Prees zegt in te willen haken op een opmerking welke reeds eerder is gemaakt. Er werd namelijk gesproken over even tuele steun met betrekking tot het onderhoud. Hij vraagt of het college enig idee heeft wat daarmee exact bedoeld wordt. Hij zegt zich voor te kunnen stellen dat daarmee bedoeld wordt het doorsluizen van eventuele subsidies wanneer de "Gloriëtte" op de lijst van monumentenzorg zou komen. Echter het zou ook kunnen zijn dat staatsbosbeheer straks rechtstreeks om subsidies gaat vragen, bijvoorbeeld subsidies, bestemd voor de renovatie van de "Gloriëtte". Hij vraagt wat er precies mee bedoeld wordt De voorzitter zegt een gesprek te hebben gehad met de heer van der Meer, die deze brief heeft ondertekend en Dhr. van Erpover de brief van de gemeente Putte d.d. 5 januari 1989, en de daarin verwoorde zaken, welke uit de commissie Algemene Zaken naar voren zijn gekomen. Hij zegt dat staatsbosbeheer voor ogen heeft om deze bossen zeer gezond te houden. Hij merkt op dat men, wanneer men nu door de bossen loopt, hier en daar lege plekken ziet waar bomen zijn weggekapt. Deze plekken zijn opnieuw, en op deskundige wijze door Staatsbosbeheer ingepland, hetgeen ook van hen verwacht wordt. Daarnaast zegt hij, dat de gemeenteraad het gehele bos een bestemming heeft gegeven. Hij merkt op dat derhalve het gehele bos, met daarin de "Gloriëtte", de zorg van de gemeente verdient. Hij zegt dat Staatsbosbeheer dan ook hoopt, al spreken zij dit niet uit en staat het niet in de akte, dat het bos een gezamenlijk iets is, en dat het park op die wijze in de toekomst in stand wordt gehouden. Hierbij wijst hij op een stuk renovatie dat vanuit de "Gloriëtte" in noordelijke richting is geschied, en waarbij ook de doorkijk gecreëerd is. Hij verwacht dat het zo in de toekomst ook zal kunnen blijven gaan. Het zijn echter allemaal intentie-verklaringen en dergelijke dingen komen dus niet in de akte te staan. De akte wordt gewoon zakelijk. X

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1989 | | pagina 50