-3-
De voorzitter zegt het met Dhr. Looi jen eens te zijn. Hij merkt op dat
die rapporten pas deze week zijn binnengekomen, en dat de raadsleden
die dus de volgende vergadering te zien krijgen.
Aangezien niemand meer het woord verlangt worden de ingekomen stukken
voor kennis aangenomen.
4Voorstel tot verkoop van de woningwetwoning Keizerstraat 46
Aangezien niemand hieromtrent het woord verlangt of stemming wordt
overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
3Voorstel tot ruiling van grond met Staatsbosbeheer
Het raadslid Looi jen zegt over dit voorstel, om verschillende redenen
waarvan hij er 1 liever verzwijgt, zijn blijdschap uit te willen
spreken. De reden die hij wil verzwijgen is meer een toekomstreden
welke hij voor de gemeente Putte in zijn achterhoofd wil houden.
Hij zegt dat de gemeenteraadsleden in het verleden eens een hele uitleg
en een prachtig boek hebben gekregen van de mensen van Staatsbosbeheer
over het ontstaan van het park en het bos in onze gemeente. Hij zegt
dat de mensen van Staatsbosbeheer middels dat boek de gemeenteraad een
geweldig advies hebben gegeven om iets met het park te gaan doen.
Vervolgens merkt hij op dat de gemeente Putte eigenlijk te klein is om
dit gehele, grote park weer in zijn oorspronkelijke staat terug te
brengen
Hij zegt dat het afwachten is of dit nu zal gaan gebeuren nu het park
in handen is van Staatsbosbeheer. Zij zullen het waarschijnlijk ook
niet direct kunnen. Hij zegt ervan overtuigd te zijn dat zij zeker hun
best zullen doen. Dit, gezien de keurig nette manier waarop zij het
gedeelte onderhouden dat zij gekocht hebben van de oude familie Moretus.
Hij zegt te verwachten dat de "Gloriëtte" hierbij ook onderhouden zal
worden
Hij merkt op dat Staatsbosbeheer in zijn begeleidende brief wel
geschreven heeft dat zij hiervoor een financieel beroep zal blijven
doen op de gemeente om subsidiering van het onderhoud van de
"Gloriëtte". Hij zegt dat naar zijn mening Staatsbosbeheer, indien zij
hiertoe de kans ziet, het park weer terug in de oorspronkelijke park
toestand zal proberen te brengen, zoals dit bedoeld was door de oude
Graaf Moretus, in het begin van de jaren 1700. Hij zegt ervan overtuigd
te zijn dat elke inwoner van West-Brabant en van ver daar buiten, zal
kunnen blijven genieten van de bekoorlijke schoonheid van het park,
zoals het die biedt in de periode eind mei en begin juni.
Hij zegt daarbij te doelen op de rododendronlanen die dan prachtig
zijn. Hij zegt dat het stuk dat de gemeente Putte door middel van deze
ruil in handen krijgt dan wel een heel stuk soberder is, maar dat komt
door de ligging.
Het raadslid Gelten zegt dat het in principe een goed voorstel is, en
dat het een goede zaak is, om tot ruiling over te gaan. Hij zegt het
gebied dat de gemeente Putte in handen krijgt eens bekeken te hebben,
en merkt op dat er heel wat rijtjes woningen op kunnen.
Echter betreffende de bijkomende voorwaarden welke de commissie
Algemene Zaken in zijn vergadering d.d. 13 september 1988 middels een
advies heeft uitgebracht, merkt hij op dat het college hieromtrent in
zijn voorstel zet dat deze bijzondere voorwaarden als intentie
verklaring gezien moeten worden. Hij vraagt of dit een intentie
verklaring van de commissie is of van de gemeente.
