-2- Hij zegt dat Putte wat meer samen moet werken met Antwerpen, om zodoende wat meer inzage te krijgen in de industrie, aldaar. Hij stelt ten eerste voor om het Algemeen Nederlands Verbond te steunen in zijn werk. Ten tweede wil hij vragen aan het college van burgemeester en wethouders of zij zijn voorstel van 3 jaar geleden, namelijk het verstevigen van de contacten met België, wat meer ten uitvoer willen gaan brengen. Hij zegt dat hij vindt dat de gemeente Putte contactarm is met de gemeenten aan de overzijde van de grens. Terwijl de wortels van oud Putte daar toch wel liggen. De voorzitter merkt op dat die wortels inderdaad oud zijn. Vervolgens zegt hij, dat de contacten met België de laatste tijd in belangrijke mate toenemen via de organisatie Benego. Hij merkt op dat dit wel niet direct staatsrechtelijk, of economisch of commercieel is. Echter het heeft zo zijn ontwikkeling, zoals bijvoor beeld het komende jaar, dan krijgt de gemeente Putte een Benego-dag, te weten de tweede dag van de braderie. Hieromtrent is reeds contact geweest tussen de schepenen van Kapellen en Stabroek en de wethouders. Ze proberen een stuk organisatie op touw te zetten, waardoor een stuk cultuur naar voren gebracht kan worden. Dit is dus in een iets ruimer verband. Dhr. Pasteuning doelt op een jumelage met een andere gemeente. Hij vraagt aan Dhr. Pasteuning of deze denkt aan een vlaamse of een waalse gemeente. Hij zegt hierop geen antwoord te hoeven hebben. Echter, het zijn mogelijkheden welke aan wezig zijn. Hij zegt dat men ook andere jumelages kan kiezen. Dit is echter een brief vanuit de Vlaamse kant. Hij zegt dat het college dit zal onderzoeken. Het raadslid Schoonen zegt vervolgens nog een vraag te hebben betref fende de eerste twee stukken over de verzoeken om voorziening vanwege twee bouwvergunningen welke in eerste instantie geweigerd zijn en ver volgens in tweede instantie zijn goedgekeurd. Hij zegt dat het hem verheugt, dat deze vergunningen alsnog door het college zijn goedgekeurd om verdere procesvorming te vermijden. Hij zegt dat hem echter gedurende de procedure wel is opgevallen, en daarbij gaat het dan om brief nummer 2, dat het bestemmingsplan in de Hazelaarlaan door een collegebesluit gedeeltelijk veranderd is. Dit stond dan wel niet in de briefmaar het bleek gedurende de procedure. Hij zegt dat dit niet kan. Hierop is door Dhr. Bekkers ook al gewezen tijdens de hoorzitting. Hij zegt dit nu even naar voren te halen, zodat het college van burgemeester en wethouders daar eens naar kan kijken. De voorzitter merkt op dat Dhr. Schoonen waarschijnlijk doelt op het feit dat het bestemmingsplan "Kom Putte" later het bestemmingsplan "Hazelaarlaan e.o." is geworden, tenminste een gedeelte ervan, hetgeen niet duidelijk met elkaar synchroon loopt. Het raadslid Schoonen merkt op dat het niet duidelijk met elkaar synchroon lopen wel komt door een college-besluit. Hij vraagt het college daar eens naar te kijken zodat het in een volgende procedure niet meer naar voren hoeft te komen. Het raadslid Looijen merkt op dat de raadsleden, soms met verbazing, soms met genoegen, maar meestal met verdriet, de brandmeldingsrapporten doorlezen Hij zegt dat dit soms ook gebeurt met enig leedvermaak, daar sommige mensen toch ook zelf schuldig zijn aan hetgeen ze overkomt. Hij zegt vervolgens dat de raadsleden nog steeds geen brandmeldingsrap port hebben gelezen van de brand, hetgeen zeer triestig was, in het pand Pastoor de Witstraat 10. Hij vraagt of de voorzitter hem kan vertellen waarom dat brandrapport er maar steeds niet bij is. A

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1989 | | pagina 48