GEMEENTE
PUTTE (N.Br.)
Notulen openbare raadsvergadering van 27 mei 1988.
Aanwezigen: burgemeester W.B.H. Bos, voorzitter en de leden mevrouw E.
van Wees - Trümmer, J. Adams, L. Buijs, A. Gelten, J. Looijen, E.
Meijer Drees, H. Pasteuning, R. Quireyns, P. Schoonen, F. Schouteten en
A. Seen.
Secretaris: A.C.J. van Kaam.
Notuliste: M. Derksen - Timmermans.
1. Opening.
De voorzitter opent de vergadering met het gebruikelijke gebed en heet
alle aanwezigen van harte welkom.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot machtiging van wethouder
Drs. A. Seen, de heer A.C.J. van Kaam en de heer H.H.M. van den Broek,
om Uw raad te vertegewoordigen tijdens de openbare zitting ter beoor
deling van het verzoek van de heer J. van Rheenen en anderen aan de
voorzitter van de Afdeling Rechtspraak van de Raad van State om
schorsing van de vrijstellingsbeschikking genomen door Uw raad op
12 april 1988.
De voorzitter zegt dat de raadsleden door middel van de
toelichtingsbrief inmiddels vernomen hebben waarom deze vergadering
belegd is.l Hij heeft van de heer van Kaam begrepen dat de heer
Schoonen de vraag beantwoord wilde zien, waarom dit verzoek om
schorsing in behandeling moest worden genomen.
Vervolgens zegt hij, in de één na laatste raadsvergadering toegezegd te
hebben, dat er een bespreking zou plaatsvinden met een verkeersdeskun-
dige van de rijkspolitie over de verkeerssituatie in de Anjerstraat na
de bouw van de 13 woningen. Deze woningen krijgen hun uitgang op de
Anjerstraat. Volgens hem zou dit meegespeeld hebben bij de besluit
vorming van het raadslid Schoonen. Er heeft een gesprek plaatsgevonden
met de technische staf. De situatie is uitvoerig bekeken. Naar
aanleiding van dat gesprek werd er door het hoofd gemeentewerken een
tekening gemaakt, waarbij enkele wijzigingen in de situatie werden
aangebracht. Hierbij kregen twee woningen gezamenlijk 1 uitrit. De
uitritten kunnen dan breeder gemaakt worden.
De parkeerplaatsen zouden dan niet meer parallel aan de Anjerstraat
lopen, maar loodrecht op de Anjerstraat komen te liggen, en zodanig in
het groen verwerkt, dat de auto's nog een halve meter van de weg af
zouden staan.
De parkeerplaatsen zouden ook dusdanig gesitueerd worden dat zij niet
tegenover de op de Anjerstraat uitkomende wegen, zoals de Anemoonstraat
en de Narcisstraat zouden liggen. Deze situatie werd kort daarna door
het college van burgemeester en wethouders doorgesproken met de heer
van Rheenen, die zich ervoor zou beijveren de bezwaren ingetrokken te
krijgen. De heer van Rheenen zou trachten dit alles te bewerkstelligen
alvorens hij naar Duitsland vertrok, zodat hij eventueel van daaruit de
advocaat zou kunnen berichten dat de zaak niet door zou gaan. De
uitkomst van het contact dat de heer van Rheenen heeft gehad met de
andere bezwaarmakers was totaal anders dan door spreker verwacht.
De bezwaarmakers hebben hun bezwaren gehandhaafd. De bezwaren werden
zelfs nogmaals schriftelijk verduidelijkt.
