Desondanks zegt hij erg blij te zijn met de woorden van de voorzitter en dankbaar van het aanbod gebruik te zullen maken. Aangezien niemand meer het woord verlangt of stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 12. Voorstel tot beschikbaarstelling van een krediet voor het speelklaar maken van een tijdelijk honkbalveld aan de Bosweg. Het raadslid Gelten zegt dat dit zo snel mogelijk gerealiseerd dient te worden. Hij denkt dat de raad het op dit punt wel eens is. Uit een hierna gehouden mondelinge stemming blijkt dat de raad unaniem voor het voorstel van burgemeester en wethouders is en dat alle leden ermee akkoord gaan dat vooruitlopend op de goedkeuring van gedeputeerde staten begonnen wordt met de werkzaamheden. 13. Voorstel tot wijziging van de begroting 1988 (toerekening rente in verband met aankoop gronden). Het raadslid Schoonen zegt dat dit voorstel niet compleet is. Hier wordt maar een gedeelte van de redenen weergegeven waarom Gedeputeerde Staten niet akkoord gingen met de aankoop van de gronden in het bestemmingsplan "Hoge Berg II", te weten sectie B, 2021,2519 en 1218. Gedeputeerde Staten hadden meerdere bezwaren met betrekking tot onthouding van goedkeuring. Spreker citeert hieromtrent: "Overigens komen de verwervingsprijzen ons, mede gelet op de overlegde taxatierap porten daterende december 1986 en februari 1987, hoog voor. In verband met de hoogte van deze prijzen verzoeken wij U ons nog mede te delen of, en zo ja, tot welke omvang de thans in eigendom te verwerven per celen een precedent-werking hebben voor de nog te realiseren gron daankopen in Uw gemeente". Uit het voorgaande blijkt volgens hem dat Gedeputeerde Staten het met de door hem indertijd ingenomen stelling over het gesjoemel met taxatieprijzen en het overschrijden hiervan met 70% tot 100% eens zijn. Echter dit college gaat nog verder. Zij gaan reeds over tot het beantwoorden van deze brief en wel bij brief van 22 maart 1988. Uit deze brief citeert spreker het volgende: "Alle volgende aankopen zullen geschieden middels een onteigeningsprocedure. Omdat alle volgende grondaankopen voor dit bestemmingsplan middels een onteigeningsprocedure zullen gaan verlopen, achten wij precedent-werking uiterst gering". Gedeputeerde Staten spre ken volgens spreker over een precedent-werking voor de toekomstige grondaankopen in de hele gemeente. Het college heeft het over aan te kopen grond in dit bestemmingsplan. Verder antwoordt het college dat de precedent-werking uiterst gering zal zijn. Maar door de term uiterst gering geeft het college volgens hem zelf aan dat mogelijke predent- werking aanwezig is. Vervolgens schrijft het college aan Gedeputeerde Staten dat alle volgende grondaankopen in het bestemmingsplan "Hoge Berg II" zullen geschieden middels een onteigeningsprocedure. Hier stelt het college naar zijn mening duidelijk dat er geen gronden meer aangekocht zullen worden middels een minnelijke schikking. Hoe verhoudt zich deze stellingname met het agendapunt 7, waaruit hij citeert; "Overigens zullen wij blijven proberen deze percelen op min nelijke wijze te verwerven". Spreker vraagt zich af of dit college wel veet wat ze schrijft. Hij vraagt zich af of dit college wel een stellingname heeft. Hij stelt aan het college voor dit stuk terug te nemen en het in een volgende vergadering compleet terug aan de orde te stellen. Mocht dit niet gebeuren, dan wil spreker geacht worden tegen het voorstel te hebben gestemd. Dit, vanwege het feit dat dit voorstel niet compleet is. Verder zegt hij Gedeputeerde Staten uitvoerig in te zullen lichten, omtrent hoe het hier in Putte aan toe gaat.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1988 | | pagina 77