Sterker nog: er is door vertegenwoordigers van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, tijdens een gesprek met het gemeentebestuur gezegd, dat het gemeentebestuur, indien de overdracht niet budgettair-neutraal zou kunnen geschieden, altijd hulp in kon roepen van mensen van de provincie of van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Dit is volgens hem al een zeer duidelijke aanwijzing dat het gemeentebestuur zich niet moet laten overtroeven, en dat er nog meer sterkere eisen moeten worden gesteld. Het kan best zijn dat er, zoals door wethouder Seen gezegd, 60 uur werk per week aan de woningen nodig is waarmee 3 man bezig zijn. De administratie zegt echter dat dit niet klopt; dat er in 1985 maar 36 uur in de week zijn besteed aan de woningen, in 1986 maar 19 uur per week en in 1987 24 uur. Hij vraagt waarop dit nu geba seerd is: op de exacte cijfers, of op de cijfers welke nog aanwezig waren? Middels deze cijfers speelt men natuurlijk het gelijk van de Stichting Regionaal Woningbezit te Steenbergen in de kaart. Dit geldt ook voor het overzicht van de kosten. Daar wordt gezegd: in 1985 werden er 112.944,kosten gemaakt, waarvan 30.416,voor de administra tie, terwijl we in 1986 een stuk minder onkosten hebben gehad want toen kwamen we op ongeveer 90.000,waarvan 31.000, voor de administratie. Ook deze cijfers gaan natuurlijk helemaal in de richting van de Stichting Regionaal Woningbezit te Steenbergen, want zij zeggen uiteraard dat het gemeentebestuur op grond van deze cijfers 300.000, voor personeelskosten over drie jaar wil, terwijl men niet meer kan aantonen dan maximaal 150.000, Daartegenover moet er jaarlijks 70.000,ingecalculeerd worden aan huurachterstand, hetgeen niet niks is. Het landelijk gemiddelde in de huurachterstand is 0,5%. Putte steekt daar weer bovenuit met 1,2%. En misschien speelt hier de politiek wel mee. Het is natuurlijk uiter mate vervelend wanneer je als wethouder tegen iemand die misschien wel op jou gestemd heeft, moet zeggen dat zijn huur al drie maanden achterstaat, en dat hij uit zijn huis gezet zal moeten worden wanneer hij de volgende maand nog niet betaald heeft. De huurinning verloopt overigens al wat beter Dit kost uiteraard erg veel inspanning en moeite. Aangezien mensen tegenwoordig al niet meer op een briefje reageren, loopt de inning tegenwoordig al via de deurwaarder. Hij vindt dat het college pas de laatste maanden aan de overdracht werkt zoals het behoort te zijn. Hij is het met de andere heren eens dat aan het college wel de machtiging gegeven kan worden, zodat het college kan doorgaan met de onderhandelingen. Daarnaast wil hij zeker het voorstel van het raadslid Gelten ondersteunen, om een extra raadsvergadering te wijden aan de overdracht op het moment dat alle gegevens volledig bekend zijn en er een principe-overeenkomst ligt. Een overdracht van 4.1 miljoen en een huizenbestand van 183 op een totaal van ongeveer 1.300 woningen is belangrijk genoeg om eens een avond over te praten. Hij zegt de laatste woorden welke gesproken zijn in de laatste verga dering van het college en de Stichting Regionaal Woningbezit te Steenbergen te willen aanhalen. Dhr. Verleg als toegevoegd amtenaar van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer zei te hopen dat dit geheel een zonnige afloop zou hebben. Daarop werd door de voor zitter van de Stichting Regionaal Woningbezit te Steenbergen geant woord, dat voor de Stichting Regionaal Woningbezit te Steenbergen de zon in deze al sinds 1986 schijnt. Deze opmerking vindt hij heel belangrijk. Hij kan op zijn minst opmerkelijk genoemd worden. Het raadslid Quireyns zegt er ook mee akkoord te gaan dat het college de onderhandelingen voortzet, en dat zij daarna met het eindresultaat ter vaststelling naar de gemeenteraad komt.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1988 | | pagina 279