-10-
Het raadslid Looijen zegt in principe een voorstander te zijn van het
overdragen van het woningbestand zoals wij dat kennen sinds er enige
moeilijkheden zijn geweest rondom het bouwen van enkele woningen in de
Rozenstraat en de Anemoonstraat.
Al die jaren is duidelijk gebleken dat het woningbestand een stuk werk
verschafte voor mensen in dienst van de gemeente.
Financieel liep het allemaal goed. De huren werden geadministreerd, etc.
Echter, uit diverse stukken blijkt dat er nooit enige registratie is
geweest van het toegepaste onderhoud of van de manier waarop het
onderhoud moest worden gepleegd en wat de klachten van de bewoners zijn
of waren. Hij stelt zich derhalve de vraag of er wel echt per week
bekeken is hoeveel uren onderhoud er noodzakelijk verricht werden. Het
gaat hierbij niet om 1 man, want hij heeft persoonlijk gezien dat er
meerdere mensen tegelijkertijd bezig waren met het onderhoud van een
woning, of verschillende woningen van hetzelfde type. Dit geeft in
grote lijnen al aan hoe er over het woningbedrijf gedacht wordt en werd.
Het woningbedrijf leek een grote blok aan het been van de gemeente,
ontstaan uit de woningnood van voor 1969. Nu vraagt het college de raad
of zij akkoord gaat met een onderhandelingspositie waarbij gekeken
wordt naar de financiële belangen van de gemeente, de belangen van
de mensen welke in dienst zijn van de gemeente, zodat, zoals gesteld in
de rapporten, deze overdracht budgettair-neutraal kan verlopen voor de
gemeente. Dit is terecht.
Wanneer hij de reacties leest van de bestuurders van de Stichting
Regionaal Woningbezit te Steenbergen, waarbij hij soms de indruk krijgt
dat het college binnenskamers wel eens geschoffeerd is door hen, stelt
hij zich de vraag: "om welke reden zitten deze mensen nu zo te asen op
dit woningbedrijf?" Daar moeten verschillende redenen voor zijn. Aan de
ene kant verdedigden zij de belangen van de gemeente bij het algemeen
bestuur, en lieten het overkomen alsof Putte blij mocht zijn met de
voorwaarde zoals die gesteld werd. De gemeente kon aan de andère kant
schrijven en doen wat ze wilde, ze bleven toch reageren, ondanks het
feit dat zij vrij regelmatig stelden dat dit de laatste brief zou zijn.
Het moge duidelijk zijn dat 4.1 miljoen gulden een bedrag is waarmee
zeker een budgettair-neutrale overdracht bereikt moet kunnen worden.
Daarnaast verwacht hij dat er nog meer speelt dan deze 4.1 miljoen gulden.
Het vergroten van het woningbestand van de Stichting Regionaal
Woningbezit te Steenbergen met 183 woningen op een totaal van hooguit
enkele duizenden, is natuurlijk niet niks. Hij zegt nogmaals dat de
overdracht principieel juist is. Het rijk is er voor, al houden zij er
andere principes op na dan het gemeentebestuur en het bestuur van de
Stichting Regionaal Woningbezit te Steenbergen. De huidige regering wil
namelijk privatisering van het woningbestand terwijl de gemeente aan
een stichting over wil dragen. Nu zijn de onderhandelingen in een
situatie gekomen dat de knoop moet worden doorgehakt. Daar is geen
ontkomen aan.
Maar hij vindt wel dat de gemeente er geen grote financiële last van
moet gaan ondervinden. Hij vindt dat het gemeentebestuur zich best wat
harder op mag stellen tijdens de onderhandelingen omtrent de overdracht.
Hij zegt het voorstel van het raadslid Schoonen, betreffende het bij de
onderhandelingen betrekken van enkele raadsleden, te ondersteunen.
Er staat trouwens nergens geschreven, dat het gemeentebestuur zich niet
harder op zou mogen stellen in deze.