-36- Het raadslid Gelten merkt op ten aanzien van artikel 6 waar het gaat over "muziek en ballet-opleidingen" dat de fractie van de partij de Putse Belangen de suggestie heeft gedaan om dit subsidiebedrag jaarlijks in de raad te laten vaststellen Wethouder Seen merkt op dat dit bedrag toch jaarlijks door de gemeenteraad wordt vastgesteld Het raadslid Gelten merkt op dat hier een specifiek bedrag vermeld staat, ter wijl zijn fractie had voorgesteld dit bedrag jaarlijks door de gemeenteraad te laten vaststellen. De voorzitter merkt op dat de verenigingen dan niet weten waar ze aan toe zijn. Hij vindt dat men dat dus niet kan doen. Het raadslid Adams zegt dat in alle andere punten ook een maximum is genoemd. Hij vindt dat dat dus hier ook moet gebeuren. Het raadslid Schoonen merkt op ten aanzien van artikel 7 wederom dezelfde op merking te hebben als bij het voorgaande artikel, namelijk de 10 leden vindt hij een te hoog aantal. Hij zegt daar tegen te zijn. De voorzitter vraagt of dat voor de anderen welke reeds eerder te kennen hadden gegeven hier ook tegen te zijn nu ook geldt. Dit wordt bevestigd, zodat het minimale ledenaantal van 10, als vermeld in artikel 7, blijken te zijn de heren Schoonen, Looijen, Schouteten, Pasteuning en Gelten. Het raadslid Looijen merkt op dat er op het laatste moment weer een bijlage bij het voorstel gevoegd is waarover niet eerder werd gesproken. Hij vraagt zich af hoe het komt dat deze bijlage er nu ineens bij moest en waarom dit zo laat pas gebeurt De voorzitter vraagt wat hij exact bedoelt. Het raadslid Looijen zegt te spreken over de bijlage waarin staat "artikel 1": betreffende de bepalingen van de subsidieverordening 1989 indien de subsidie lager uitkomt dan in 1988, etc.". Wethouder Buijs merkt op dat dit staat in de overgangsbepalingen. De voorzitter merkt op dat de subsdieverordening dan wordt vastgesteld met inachtneming van de gemaakte opmerkingen. Het raadslid Schoonen merkt op alvorens de voorzitter tot vaststelling overgaat eerst nog wat te willen zeggen omtrent deze subsidieverordening. Het gaat hier bij, over de vragen die de raadsleden gesteld hebben in het informele overleg. De voorzitter merkt op dat hij de raadsleden de kans heeft gegeven om opmerkingen te maken betreffende deze subsidieverordening tijdens de artikels- gewijze behandeling ervan. Hij heeft daarvoor de raadsleden de kans gegeven om in het algemeen opmerkingen te maken betreffende deze subsidieverordening. Hij wil er nu niet nog eens in het algemeen over gaan praten. Het raadslid Schoonen merkt op dat de voorzitter daar ook niet meer over hoeft te praten. De voorzitter zegt dat hij dan een eind aan deze discussie wil maken en naar agendpunt 20 over wil stappen. Het raadslid Looijen merkt op dat hem nog niet de gelegenheid is gegeven om ken baar te maken dat hij stemming wil over dit agendapunt. De voorzitter vraagt of het raadslid Looijen stemming wil over het geheel. Het raadslid Looijen bevestigt dit. Het raadslid Gelten zegt dat zijn fractie dit verzoek om stemming ondersteunt. Het raadslid Schoonen zegt dit verzoek om stemming ook te ondersteunen. Het raadslid Schoonen vraagt of hij nog een stemverklaring af mag leggen. De voorzitter zegt dat er nu over de subsidieverordening gestemd gaat worden en dat er geen opmerkingen meer over gemaakt kunnen worden. Uit een hierna gehouden mondelinge stemming blijkt dat 3 leden (te weten Gelten, Schoonen, Looijen, Pasteuning en Schouteten) tegen en 6 leden (te weten Adams, van Wees, Meijer DreesQuireyns, Buijs en Seen) voor het voorstel stemmen, zodat overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders is besloten.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1988 | | pagina 176