Niet alleen het college, maar ook de raad heeft in de loop van het begrotingsjaar
behoefte aan informatie. We zijn nu reeds ruim een kwartaal in het jaar 1987.
Ik wil weieens weten hoe het staat met,bij voorbeeld:
- de werkelijke uitgaven en inkomsten ten opzichte van de begroting over deze periode,
inclusief de bestellingen;
- de stand van de toegezegde geldleningen, of garantiestellingen;
- de stand van de invorderingen, welke bedragen staan nog open?
Is het mogelijk om dit periodiek, dus per kwartaal, de raad te doen toekomen?
Een volgende vraag. Blijkens mijn informatie is er in januari 1987 voor 500.000,
uit deposito genomen. Dit zou gebeurd zijn, omdat het ministerie geen geld meer
overmaakte voor o.a. uitbetaling van bijstand.
De reden van het ministerie zou zijn, dat er in Putte een grote administratieve
achterstand was. Toen wethouder Looijen hierover gevraagd werd, bleek, dat hij hiervan
niet op de hoogte was, terwijl hij toch wethouder financiën was.
Naar aanleiding van het voorgaande enkele vragen:
Uit welke deposito was dit bedrag afkomstig?
Zijn deze 500.000,reeds teruggestort?
Hoelang is dit geld uit deposito geweest?
Heeft het Ministerie nu de betalingen al gedaan?
Hoeveel heeft dit de gemeente Putte aan niet-opgebrachte renten c.q. boeterenten gekost?
Nog een volgende vraag. Naar aanleiding van het antwoord van het college betreffende
het bezoek van het Europese Parlement in Straatsburg, toch enkele opmerkingen. dh
U stelt dat de deelnamekosten te hoog zijn, en dat de financiële positie van de
gemeente Putte het niet toelaat.
Ik ben het met Uw argumentering beslist niet eens. U maakt U ervan af met een Jantje
van Leiden. Heeft Uw college zich weieens afgevraagd, waarom deze excursies zijn?
Heeft Uw college zich weieens afgevraagd, wat voor tijd een raadslid in deze excursie
moet steken? Heeft Uw college zich weieens afgevraagd, of het goed is dat raadsleden q
zich beter oriënteren? Waarom legt U zulke uitnodigingen in de raadskelder, als U
toch niet van plan bent er wat mee te doen? Ik vind het ronduit een zielige vertoning.
Ik wilde het voorgaande even kwijt, en zal er via de gemeente geen gebruik meer van
maken. Ik zal zorgen dat ik er op eigen gelegenheid kom.
Het raadslid Looijen zegt dat er sinds lange tijd 2 afgevaardigden van de gemeente Putte
in de gewestraad zitten. Een regulier lid, en een ander lid als reserve.
Tot op heden hebben deze leden ad hoe hun eigen mening uitgebracht tijdens de ver
gaderingen van dit college. Dat is volgens hem niet de bedoeling van de vertegenwoor
diging. Tot nu toe werd het standpunt van de raad niet behandeld in de raadsvergadering.
Ook werd de vertegenwoordigers daarna niet de kans gegeven om hun standpunt en de
discussie hierover toe te lichten, middels een agendapunt voor de raadsvergadering.
Hij vraagt het college of zij van nu af aan bereid is om zaken met betrekking tot
de gewestraad op de agenda van de raad te zetten, en niet te behandelen bij de
ingekomen stukken. Hij stelt dat de beslissingen die in de ^gewestraad genomen worden,
belangrijk genoeg zijn om ze ook in de raadsvergadering de nodige aandacht te geven.
Voorts stelt hij dat enige raadsvergaderingen geleden, het voorstel om een rekening-
courant te openen bij de Postbank, in verband met het grote aantal stortingen,
dat gebeurt op de Postbank, is teruggenomen.
Hij vraagt of het college bereid is om op deze zaak op korte termijn terug te komen.
De voorzitter zegt dat dit serieus in studie is.
Het raadslid Looijen zegt dat er in de kelder, in een verloren hoekje, een tekening
van Hendrik Tavenier uit 1789, staat. Deze tekeningis door de gemeente Putte in 1951
aangekocht voor 65, Hij vraagt of het mogelijk is dat deze tekening gerestaureerd
wordt, en een behoorlijke plaats in het gemeentehuis krijgt.
Daarnaast vraagt hij om met de leden van de Putse Kunstgroep eens een keer
rond temogen kijken, vooral in de raadszaal, om de raadszaal op een beetje artistieke
manier aan fee kleden. De aankleding zal dan in ieder geval iets anders worden
dan dat hij op dit moment is.
Het raadslid Schouteten vraagt waarom de W.S.W.-mensen de Antwerpsestraat niet meer
onderhouden. Hij stelt dat alleen het pleintje bij Albert Heijn nog wordt schoongemaakt.#
Ten tweede zou hij graag inzage krijgen in het verslag over de bespreking van het
college met de mensen van het jeugdhonk.
Hij vraagt dit verslag in de kelder ter inzage te leggen.