Als er punten aan de orde kwamen die niet in de convenant warm opgenomen probeerde hij altijd de belangen van de gemeente zo goed als mogelijk was, te dienen. Hij probeerde altijd de belangen van de gemeente zo goed mogelijk te verdedigen,waardoor hij probeerde te vermijden dat de indruk ontstond dat er conflicten waren. Volgens zijn bescheiden mening is het stemgedrag van enkele leden uit de coalitie, die vrij waren te oordelen over onderwerpen die niet in de convenant waren opgenomen, de oorzaak van de conflicten. Hij ziet niet in op welke manier hij tot het ontstaan van de conflicten zou hebben bijgedragen. M.b.t. punt 3 zegt hij te menen dat het niet de taak is van het college om de redactie van de raadsvoorstellen te verzorgen. Hij neemt aan dat bij punt 3 "de redacties van verschillende raadsvoorstellen" wordt bedoeld. T.a.v. de inhoud, zegt hij, dat daarover natuurlijk van tevoren een standpunt is bepaald. Hij vindt het een democratisch verschijnsel dat daarover door raadsleden een afwijkend standpunt wordt ingenomen. Hij ziet niet in wat er dan fout aan die raadsvoorstellen zou zijn. Over het raadsvoorstel m.b.t. de containers zegt hij dat het raadsbesluit nu in elk geval is goedgekeurd door Gedeputeerde Staten. Punt 4 slaat in feite ook terug op het onderwerp "containers". Maar met de goedkeuring van dit besluit door Gedeputeerde Staten is deze kwestie opgelost. Hij vindt het, op zijn zachtst gezegd, een beetje verdacht om hiervan één wethouder de schuld te geven. Het was natuurlijk ook niet zo dat maar één wethouder binnen het college de dienst uitmaakte. Punt 5 kan eigenlijk niet gesteld worden. Over punt 5 is namelijk een raadsbesluit gevallen. Hij vindt dat het niet klopt om deze zaak weer opnieuw aan de orde te stellen bij het indienen van een motie van wantrouwen naar een wethouder. Iemand kan toch immers niet 2 keer voor hetzelfde veroordeeld worden. Punt 6 lijkt hem, om dezelfde reden een achterhaalde zaak. T.a.v. punt 7 zegt hij het vreemd te vinden dat de nieuw gevormdè coalitie opeens met krante-berichten aan komt dragen. In de vergadering van 27-2-1987 heeft de heer Adams nl. gezegd: "het moet toch duidelijk zijn dat wij wilden praten naar aanleiding van krante-berichten en niet over de inhoud daarvan". Wethouder Looijen zegt dat een journalist nu eenmaal bepaalde woorden of zinnen anders kan interpreteren dan dat ze bedoeld zijn, ook al om het verhaal zo smeuig moge lijk te maken. Hij stelt dat er niet met krante-berichten bestuurd kan worden. Hij vindt ook niet dat een motivering op grond van krante-artikelenmogelijk is. Er moet bestuurd worden aan de hand van hetgeen in de raadszaal wordt gezegd. Het raadslid Schoonen had graag een antwoord op de vraag van de heer Looijen gehoord van de heer Quireyns. Het raadslid Quireyns vindt dat hetgeen in het voorstel staat is toegelicht. Hij stelt dat een aantal zaken zuiver een conclusie zijn van feiten die er geweest zijn. Hij wil er verder niets aan toevoegen. Het raadslid Schoonen verzoekt stemming. De voorzitter constateert dat dit verzoek wordt ondersteund. Uit een hierna gehouden mondelinge stemming blijkt dat de leden Adams, van Wees, Seen, Meijer Drees, Quireyns en Buijs voor en de leden Schoonen, Pasteuning, Schoutéten en Gelten tegen het voorstel hebben gestemd, zodat overeenkomstig het voorstel wordt besloten. De voorzitter richt voorts een dankwoord aan de heer Looijen. Hij spreekt de volgende woor den uit: Heer Looijen, wat te verwachten viel, is gebeurd. Wij hebben daar in het recente verleden met zijn tweëen over gepraat, ieder met zijn eigen gedachten en achtergrond. Het doorsnijden van banden in een dagelijksbestuur-verband is altijd een pijnlijke aan gelegenheid. Bij het ontslag-nemen ligt het gevoelsmatig anders. Dat is duidelijk. Ontslag-geven is uiteraard een veel gevoeliger, emotioneler aangelegenheid. Die 101 maand dat U wethouder was is in bestuurlijk opzicht geen verloren tijd geweest. In de beginfase was het een kwestie van vallen en opstaan, elkaar leren kennen en leren waarderen. Toch zijn uit deze periode vele besluiten wel overwogen naar voren getreden. U hebt veel tijd in Uw werk geinvesteerd

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1987 | | pagina 47