Bijlage 3 II. 2.1. [Artikel 2. Zomerhuisjes. A. Bebouwing. a. De tot "zomerhuisjes" bestemde grond mag uitsluitend worden bebouwd met vrijstaande zomerhuisjes, met daarbij behorende bouwwerken, geen gebou wen zijnde, met dien verstande dat: 1. het aantal kampeereenheden binnen deze bestemming niet meer dan 1Uo mag bedragen; 2. het bouwperceel van een zomerhuisje niet minder dan 300 m2. mag bedragen; 3. de afstand tussen twee zomerhuisjes niet minder dan 5 m. mag bedragen; 4. de goothoogte niet meer dan 3 m. mag bedragen; 5- de bebouwde oppervlakte niet meer dan 75 m2. per zomerhuisje mag bedragen 6. de inhoud van een zomerhuisje niet meer dan 250 m3. mag bedragen; 7. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 1 m. mag bedragen. b. Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaalde onder a voor de bouw van sta-caravans op de plaats van een zomerhuisje en voor een vrijstaand bijgebouw bij een zomerhuisje of sta-caravan mits de goothoogte niet meer dan 2,2 m. bedraagt en de oppervlakte niet meer dan 5 m2. Ander gebruik van de grond. Het is verboden de tot "zomerhuisjes" bestemde gronden te gebruiken: a. als staanplaats voor caravans, sta-caravans, tenten, kampeerauto's en/of andere, al dan niet aan hun bestemming onttrokken en voor kamperen be stemde voer— en vaartuigen, indien hierdoor het aantal kampeereenheden binnen deze bestemming meer dan 1^0 zou gaan bedragen, alsmede als staan plaats voor wagens, geschikt en bestemd voor de uitoefening van handel ter plaatse; b. voor het opslaan, storten of bergen van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke bestemming onttrokken voorwerpen, stoffen en materialen, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de be stemming gerichte gebruik van de gronden; c. voor het opslaan van hout en aannemersmaterialen, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond* d. voor het al dan niet ten verkoop opslaan en opstellen van ongebruikte en/of gebruikte, dan wel geheel of ten dele uit gebruikte onderdelen samengestelde -- motorvoertuigen of aanhangwagensdan wel onderdelen daarvan, welke bruik baar en niet aan het gebruik zijn onttrokken. e. voor het aanbrengen van antennes met een grotere hoogte dan 4 m. Gebruik van opstallen. Het is verboden op de tot "zomerhuisjes" bestemde grond opstallen te gebruiken: 1- voor enige tak van handel en/of bedrijf, met uitzondering van een kam- peerbedrijf 2. voor het kamperen vanaf 1 november tot 1 mei gedurende meer dan drie weken aaneengesloten; 3. voor bewoning, anders dan voor rekreatieve doeleinden; voor het aanbrengen van antennes tot een grotere hoogte dan k m. boven het maaiveld.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1987 | | pagina 147