GEMEENTE PUTTE (N.Br.) Raadsvergadering d.d. 7 juli 1987 Vraag van het raadslid J. Looijen, gesteld in de openbare raadsvergadering van 2 juni 1987 Onderwerp: Permanente bewoning zomerhuisjes op Hazeduinen. Vraag: Wat is de reden, dat het college geen of nauwelijks vrijstelling ver leent van het verbod tot permanente bewoning van zomerhuisjes op Ha zeduinen? Antwoord van burgemeester en wethouders: INLEIDING De gemeenteraad heeft in 1972 de Verordening op de seizoenwoonverblijven vast gesteld. Deze verordening moet vooral worden gezien als een aanvulling op de Bouwver ordening met name ten aanzien van seizoenwoonverblijven. Daarnaast zijn enke le artikelen opgenomen met bepalingen omtrent het gebruik van seizoenwoon verblijven. In zijn vergadering van 7 november 1978 heeft de raad het bestemmingsplan "Recreatie Centrum Hazeduinen" vastgesteld. Dit bestemmingsplan is goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op 30 mei 1979. De Verordening op de seizoenwoonverblijven is vastgesteld voor het gehele grondgebied van de gemeente Putte. In feite is de werking echter beperkt tot het recreatiecentrum Hazeduinen. Het bestemmingsplan Recreatie Centrum Haze duinen geldt voor ditzelfde gebied. VERHOUDING BESTEMMINGSPLAN - VERORDENING OP DE SEIZOENWOONVERBLIJVEN Zoals reeds hierboven vermeld, bevat de Verordening op de seizoenwoonverblijven enkele bepalingen omtrent het gebruik van seizoenwoonverblijven. Een van deze gebruiksbepalingen, artikel 151, bevat het verbod, seizoenwoon verblijven te gebruiken of te doen gebruiken buiten het zomerseizoen. Op grond van het 5e lid van dit artikel, kan van dit verbod vrijstelling wor den verleend, mits het zomerhuis of de zomerwoning is voorzien van een doel treffende verwarmingsgelegenheid.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1987 | | pagina 142