meer in te geloven. Putte is gewoon te klein voor zoiets. Een schouwburg zou toch ook hier niet gaan? Waarom nou niet gewoon het plan van St. de Berk uitvoeren. Dan blijft het bij de maten van een dorp en het blijft betaalbaar, want ook de Berk wil het gemeentebestuur behouden. Die blijft ook financieel op de gemeente drukken. Misschien raakt de gemeente de opbrengsten van het gym- onderwijs ook nog kwijt. Ondanks het feit dat de raad zo kort voor de verkiezingen zoiets voorgeschoteld krijgt, wat er op papier zo mooi uitziet, blijft hij realist en zegt nee tegen dit principe besluit. Hij hoopt dat ook de anderen zoveel politiek en maatschappe lijk inzicht hebben dat ook zij het niet haalbare, op lange termijn, van dit plan zullen inzien. Tenslotte zegt hij nog het volgende: Op het moment is er een be langrijke commissie in Nederland, nl. de commissie Christiaansen. Deze commissie heeft de zittende regering geadviseerd om de on- roerend-goedbelasting in alle gemeentel met 100$ te verhogen. Dit is gedaan uit bezuinigingsoverwegingen van het Rijk voor zijn financiën. De gemeenten voelen er niets van, maar de burger dubbel zoveel in zijn portemonnee. Hij stelt dat het aantal bijstands mensen steeds groter wordt, ook in Putte, en dat 10$ van deze kosten jaarlijks door de gemeenten betaald moeten worden. Het wordt voor steeds meer gemeenten steeds moeilijker om dat uit de algemene middelen te realiseren. Dat overwegend, vraagt hij zich af of er wel goed over nagedacht is, of een sporthal in Putte wel gerealiseerd kan worden. Hij stelt nogmaals dat er bovendien geen vastomlijnde gegevens zijn, dat er een exploitatietekort zal zijn van een x-bedrag. Het kan 125.000,zijn, en het kan misschien ook 50.000,zijn. Nu weet de raad het niet, een onder zoek is er niet geweest. Het raadslid de Ru zegt dat het gemeentebestuur nu ongeveer 12 jaar bezig is om iets te doen voor de binnensporten in de gemeente. Ook vanavond wordt er, voor de zoveelste keer, een advies gevraagd aan de raad voor het bouwen van een sporthal. Hij zegt, dat het hem niet kwalijk moet worden ge nomen, maar hij vindt dat het beleid van het college op dit punt meer op een klucht lijkt dan op een goed beleid. Het feit dat het beleid niet altijd goed overkomt blijkt vandaag duidelijk in de krant door een uitspraak van de adviseur van de Raad van State. Als het college zo blijft werken, vraagt het college zelf om herindeling van de gemeente Putte. Begin 1985 start de sportcommissie enthousiast met haar opdracht. Dezelfde commissie adviseert het college een zaal van 16 x 28 m. Dit blijkt duidelijk uit de wensen van de sportverenigingen. Via een enquête zijn er namelijk gegevens verzameld. Hij geeft enkele cijfers: Er waren drie clubs uit Putte die een zaal wilden van 12 x 21 m. Twee clubs wilden een zaal van 16 x 28 m.en drie clubs een zaal van 22 x 28 m.waarvan een club zei dat dat alleen bij slecht weer gewenst was. Eén club wilde een zaal van 22 x 42 m. maar dan alleen in de winter. Nog een andere club in Putte wilde graag een zaal van 24 x 44 m. maar dan ook alleen in de winter. Nee, zegt het college, het moet een zaal worden van 24 x 28 m. Hierover is uitvoerig gesproken in de vergadering van de commissie financiën van 21-1-1986. Nu zijn er weer 5 weken voorbij, en nu komt het college met een sporthal van 24 x 42 m.ongeveer 50$ groter dan de commissie heeft aanbevolen. Voor hem is dit onbegrijpelijk. Hij vraagt wat het college denkt te doen als blijkt dat de sporthal financieel niet haalbaar is. Moet de raad dan weer bij elkaar komen om het besluit van 4-12-1984 weer opnieuw te nemen? Ook de V.V.D. is voor verbetering van de sportaccommodatie in de

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1986 | | pagina 26