Want als de administrateur een model-verordeningopvraagt bij de V.N.G., en hij gaat
er 2 dagen voor zitten, dan kan hij hem alle drie de collegester goedkeuring, of tenminste
ter advisering, voorleggen. Rinnen een maand moet die gemeenschappelijke regeling
de gemeenteraden voor te leggen zijn ter goedkeuring.
De voorzitter zegt dat dan natuurlijk ook een nieuwe begroting gemaakt moet worden.
En dat vergt iets meer tijd.
Het raadslid Buijs zegt dat dan het college in gebreke is gebleven. Op 3 juni 1986
heeft de C.D.A.-fractie gezegd: dring er bij de HOP-commissie opaan, om nog voordat
de begroting 1987 opgesteld wordt, die nieuwe gemeenschappelijke regeling erdoor te
drukken.
Wethouder Schouteten zegt dat dit inderdaad gebeurd is. Hij is van mening dat de leden
van het college hierop genoeg hebben aangedrongen bij de HOP.Het college heeft ook
zijn zin gekregen. Er komt een wijziging. Dat is beloofd. Hij is het met de heer
Looijen eens dat dit zo snel mogelijk gerealiseerd moet worden.
Hij zegt dat voor wat hem betreft die brief deze week nog de deur uit kan.
Het raadslid Seen zegt niet te begrijpen waarom de raad niet voor het amendement zou
zijn. De raad heeft niets te verliezen, alleen maar te winnen.
Het raadslid Buijs zegt dat het alleen maar bedoeld is om druk te zetten achter die
wijziging. Hij stelt dat het toch te gek is dat wethouder Schouteten zegt niets te
kunnen bereiken binnen die HOP-commissie. Daarvoor is nou juist de wijziging van de
gemeenschappelijke regeling, getoetst aan de nieuwe wet, nodig. Dan heeft de
gemeenteraad inspraak in het opstellen van de begroting. Die inspraak heeft de raad nu
niet. 8-ij de cijfers die de HOP-commissie heeft overgelegd waren ook
rekeningcijfers. Daaruit blijkt
duidelijk dat wethouder Schouteten al jaren met een kluitje in het riet is gestuurd
ten aanzien van de vraag: kan de HOP in Putte iedere week alle afval meenemen.
Telkenmale is wethouder Schouteten het bos in gejaagd met de opmerking: Dat kan niet,
we hebben geen tijd, dan komen ze niet rond.
Echter, wat blijkt uit de cijfers van 1985? Maar liefst 1.100 onrendabele manuren
hebben ze gewerkt voor de gemeente Ossendrecht. Waarom kan dat niet voor de gemeente
Putte?
De voorzitter constateert dat er dus ruimte is.
Wethouder Looijen zegt dat de nieuwe wet gemeenschappelijke regelingen inderdaad op
1-1-1985 is ingegaan. Eigenlijk wringt het al heel lang. Hij vindt dat de heer Buijs
in die periode dezelfde felheid aan de dag had kunnen leggen.Hij zegt nog maar zo kort
in het college te zitten, en het college heeft al een bespreking gehad met het bestuur.
Hij neemt aan dat de heer Buijs in die periode ook zeker een bespreking heeft kunnen
hebben. Dan had hij de zaak met dezelfde felheid als die hij nu aan de daglegt aan de
orde kunnen stellen. Dat is niet gebeurd.
Met betrekking tot "die verstrooide uren" zegt hij, dat dit goed is doorgesproken.
Hij heeft hierover persoonlijk vragen gesteld. Men heeft geantwoord, dat die uren
zodanig versnipperd lagen over de totale periode, dat ze die uren niet aaneengesloten
konden besteden aan b.v. het extra ophalen van vuil bij andere gemeenten zoals Putte.
Dit antwoord moet dan voor waarheid aangenomen worden. Je moet de mensen op hun woord
kunnen vertrouwen.
Het raadslid Gelten verzoekt hierna schorsing van de vergadering.Dit verzoek wordt onder
steund.
De voorzitter schorst de vergadering.
Na heropening van de vergadering door de voorzitter dient het raadlid Quireyns het
volgende amendement op het voorstel in: dat het college inhoudelijk bezwaar aantekent
tegen de begroting van de H.O.P. bij gedeputeerde staten. Daarnaast, zo snel mogelijk
een brief laten uitgaan naar het bestuur van de H.O.P.vergezeld van een copie van
het verslag van de vergadering van 16-9 met de aandrang om een nieuwe overeenkomst, aan
gepast aan de nieuwe wet op de gemeenschappelijke regelingen, te maken en deze te
laten ingaan op 1-1-1987. Het bestuur dient ervoor te zorgen dat deze gemeenschappelijke
regeling op tijd aan de gemeentebesturen voorgelegd wordt ter goedkeuring.
Daarom adviseert hij het voorliggende voorstel terug te nemen.
Het raadslid Buijs zegt dat ze het dan toch eens zijn.
De voorzitter beaamt dit. Het is verder helemaal geen probleem.
