- 26 -
De Heer Looi/jen vraagt wat het standpunt van het college is ten aanzien van
het punt vrede en veiligheid.
Hij reageert hierna op de opmerking van wethouder Buijs dat ook de P.v.d.A.
nooit initiatiefvoorstellen heeft ingediend. Aangezien initiatiefvoorstellen
moeten worden ondersteund door meer leden. Dit betekent voor een eenmansfractie
altijd een probleem.
De aangelegenheid van vrede en veiligheid merkt de voorzitter op, dat is reeds
in 1984 aan de orde geweest. De andere fracties zijn daar niet verder op inge
gaan.
Het college heeft gemeend daaromtrent geen initiatieven te moeten nemen.
De Heer de Ru suggereert hierna maandelijks een lijst in de raadskelder te leggen
van werken die zijn voltooid. De voorzitter zegt toe dit serieus te zullen be
kijken in de vorm van openbare besluitenlijsten van burgemeester en wethouders.
De Heer de Ru heeft geconstateerd dat er 400.000,is opgenomen op de meerjaren
begroting voor de uitbreiding van het gemeentehuis in 1986.
Hij vraagt of dit bedrag serieus moet worden beschouwd.
De voorzitter beaamt dit. Als de gemeenteraad met dit bedrag akkoord gaat kan begon
nen worden met het opstellen van plannen.
Op de vraag van de Heer de Ru of het college al contact heeft gehad met de regionale
brandweer over de aankoop van een voertuig voor de brandweer antwoordt de voorzitter
dat de inspectie voor het brandweerwezen heeft bepaald dat Putte over voldoende
middelen moet beschikken om de eerste hulp adequaat te kunnen verlenen.
Dit betekent dat er een tweede voertuig bij moet komen. Er is inderdaad overleg.
Op de vraag van de Heer de Ru of het bedrag ad 5.000,op de begroting is opge
nomen voor specifieke verkeersmaatregelen of dat dit als een potje moet worden be
schouwd antwoordt wethouder Buijs dat het college de suggestie van het CDA heeft
overgenomen om dit bedrag geheel ten laste van 1985 te laten komen.
De Heer de Ru verklaart moeite te hebben met het bedrag ad 100.000,voor de
uitbreiding van de oude kleuterschool St. Anna. Hij vindt het beter deze uitbrei
ding te bezien in het totale kader van bouw sporthal, uitbreiding Berk en school
lokalen. De kans bestaat dat er een ruimte voor de peuters gecreëerd kan worden zo
dat dit gebouw in zijn geheel beschikbaar kan komen voor de bejaarden.
Ten aanzien van de investering ad 1.700.000,— voor de sporthal merkt de Heer de
Ru op erbij te blijven het jammer te vinden dat de suggestie van de VVD om het to
taalpakket te bekijken niet is overgenomen.
De Heer Gelten verklaart dat zijn fractie zich volkomen achter het schema kan scha
ren. Op zijn vraag of het gemeentebestuur bij de N.S.F. een verzoek om subsidie
kan indienen voor de sporthal antwoordt de voorzitter dat het beschikbare bedrag
ad 300.000,naar de gemeente Schijndel is gegaan.
De Heer Looijen mist in de meerjarenbegroting een bedrag voor riolering van het
buitengebied. De voorzitter antwoordt hierop dat de Minister de mogelijkheid heeft
open gehouden om vóór 1 juli 1985 rioleringswerken in het Buitengebied uit te voe
ren. Het college heeft deze zaak opnieuw in studie genomen. De Heer Looijen ver
klaart er voorstander van te zijn dat Sint Anna geheel aan de bejaarden komt.
Hij vindt het daarom jammer dat er geen ander voorstel naar voren komt om de peu
ters elders in de gemeente onder te brengen. Zonder dat iemand stemming verlangt
worden de begroting met bijbehorende bedrijfsbegrotingen voor 1985 overeenkomstig
het voorstel vastgesteld.
15. Voorstel tot beschikbaarstelling van een krediet ten behoeve van de algehele
hertaxatie panden ten behoeve van de onroerend qoedbelasting
De Heer Looijen verklaart tegen dit voorstel geen bezwaar te hebben. De Heer Ver
geer sluit zich hierbij aan. De Heer Gelten vraagt of alle leden een exemplaar van
de aangepaste verordening kunnen krijgen.
De voorzitter zegt toe dit te zullen bekijken.
Zonder dat hierna nog iemand het woord verlangt of stemming wordt overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
16. Voorstel tot vaststelling van de verordening tot le wijziging van de verorde
ning op de heffing van onroerend qoedbelasting
De Heer Looijen verklaart dat deze verordening op 6-12-1983 door de raad is vast
gesteld met zes stemmen voor en vier tegen. Op verzoek van Gedeputeerde Staten
wordt voorgesteld om deze verordening aan te passen.