verordening meegenomen. Dit laatste had voorkomen kunnen worden. Het is een kwestie van te snel werken aan de hand van het model. Dat moet natuurlijk ook niet. Met betrekking tot de brief die gericht was aan de raad zegt hij, dat dat een omissie is die men natuurlijk direct had kunnen zien. Met betrekking tot het opstalrecht zegt hij, dat het bij de gemeenten wel meer voorkomt, dat de provincie er anders over denkt. De gemeente heeft voorts niet elke keer een kwestie van opstalrecht-verlening. Als je daar regelmatig mee te maken hebt, loopt het natuurlijk beter. Aangezien niemand meer het woord verlangt of stemming wordt over eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 5. Voorstel met betrekking tot een gemeenschappelijke regeling. Het raadslid Vergeer zegt dat men in de regeling voor de R.W.W. vergeten is om artikel 2 te vermelden. De voorzitter zegt dat dit rechtgetrokken zal worden. Het raadslid Vergeer zegt, met de gemeentelijke herindeling in het achterhoofd, er altijd een voorstander van geweest te zijn om zoveel mogelijk in regionaal verband te doen. In het voorliggende voorstel'zit wat bezuiniging omdat het niet zo is, dat alle gemeenten een vakbondsafgevaardigde naar de ver gadering sturen. Hij zegt het als nadeel te zien, dat de plaatselijke situatie wat meer wegvalt. Hij zegt tenslotte met de regeling in te kunnen stemmen. Het raadslid Looi jen zegt begrepen te hebben dat het een advies- commissie is. Dat houdt in dat het college weieens de adviezen naast zich neerlegt. Hij heeft daarover enkele vragen c.q. opmerkingen. Hij stelt dat de gemeenteraadsleden de adviescommissie heel uit de verte kennen. Men kent de samenstelling van de commissie niet, namen worden er nooit genoemd, men kent de opvattingen van deze mensen niet. Hij neemt aan dat het toch zo is, dat deze commissie in het leven is geroepen om iets anders in te brengen als datgene wat in de betreffende wetgevingen staat. De raadsleden mogen nu wel, om het te vergelijken met een interieur van een keuken, het interieur goed keuren, maar ze mogen niet in'de keuken kijken hoe het interieur er werkelijk uitziet. Hij vraagt hoe vaak het college het afgelopen jaar is afgeweken van het advies van deze commissie. Met betrekking tot de objectiviteitdie deze commissie in acht zou nemen,zegt hij vraagtekens te stellen, omdat hij de personen niet kent. Hij vindt de vakbond zo weinig zeggen. Hierin zitten zoveel vogels van verschillende pluimage. Hij weet ook totaal niet wat voor mens de consulent van het ministerie is. Hij vindt dit allemaal spijtige dingen. Hij stelt vervolgens, dat de raad eigenlijk niet anders kan doen dan in stemmen met het voorstel tot het aangaan van een gemeenschappelijke regeling. Straks zullen de gemeenten toch samengevoegd zijn. Dit zal de minister ook gedacht hebben. De minister zegt dat alleen niet hardop. Het is verstandig om alvast met kleine onderdelen te beginnen. De voorzitter zegt, dat 1 of 2 keer van het advies van de commissie is afgeweken. Hij voegt hieraan toe, dat meerdere bezwaar- en beroepszaken naar voren zijn gekomen. Vanuit de commissie zelf is wel gevraagd om de consulent erbij te hebben om de objectiviteit meer te waarborgen. De zittende commissieleden zijn ook meerdere keren gehoord over deze gemeenschappelijke regeling en deze kunnen zich met de gang van zaken verenigen. Hij zegt dat er nog een huishoudelijk reglement bijkomt. Eerst moet het raamwerk klaar zijn en dan kan het huishoudelijk

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1985 | | pagina 126