w - 3 - Zonder dat iemand het woord verlangt of stemming wordt overeenkom stig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 8. Voorstel tot het aankopen van een graflift. Het raadslid Mevrouw Emke gaat akkoord met het voorstel. Zij vraagt of er iets gedaan kan worden aan de oude grafzerken op de oude begraafplaats. Deze zijn heel erg verwaarloosd. Zij vindt het erg vervelend voor de nabestaanden van de mensen die daar nu nog begraven worden. De voorzitter zegt dat op dit moment niet aan de particuliere graven gekomen kan worden. Hij zegt toe te zullen bestuderen wat hieraan gedaan kan worden. Aangezien niemand meer het woord verlangt of stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 9* Voorstel tot vaststelling van een "Verordening tot 1e wijziging van de verordening op de heffing van onroerend goedbelastingen? Het raadslid Looijen zegt, dat het geen opzet was dat hij tegen het voorstel was in de vorige vergadering, waarin het verkeerde besluit, volgens een ambtenaar van de provinciale griffie, gevallen is. Hij zegt dat het hem ook totaal ontgaan is. Hij vindt het pienter, dat een provinciaal ambtenaar het heeft opgemerkt. Hij zegt, dat het de eerste keer is dat hij het met een voorstel betreffende de onroerend goedbelasting eens is. Hij vindt het voor hem een historisch moment, omdat eindelijk de partijen, waarschijnlijk o.a. met het oog op 19-3-1986, de onroe rend goedbelasting in die richting hebben gestuurd, waarvoor hij altijd gepleit heeft. De voorzitter zegt dit als een dankwoord aan het college en de voorbereiding ervan te beschouwen. Aangezien niemand meer het woord verlangt of stemming wordt over eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 10. Rondvraag. Het raadslid looijen vraagt wat de kosten zijn geweest van de veeg- machine die zaterdag 12 oktober 1985 in de Nieuwstraat, Tulpstraat en Hogebergdreef bijna de gehele dag bezig is geweest. Wethouder Schouteten zegt dat de veegwagen heel de dag gewerkt heeft op kosten van de aannemer. Het heeft de gemeente niets gekost. Het raadslid Looijen stelt dat uit het boekje "gemeente en ontwik kelingssamenwerking" duidelijk blijkt, dat gemeenten wel iets op het gebied van ontwikkelingssamenwerking kunnen doen. Er moet echter wel een bepaald programma zijn. Ook vanuit de gemeenschap moet hierop

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1985 | | pagina 119