Notulen openbare raadsvergadering van 8 maart 1985. Aanwezig: W.B.H. Bos, voorzitter J. Adams, A. van Beeck, J. Looyen, L. de Ru, F. Afwezig wegens ziekte: het lid L. Notulist: A. van Kaam n de leden Mevrouw J. Emke-Langeveld, A. Buys, A. Gelten, P. Ketelaars, Schouteten en G. Vergeer. Buys 1Opening. De voorzitter opent de vergadering met het gebruikelijk gehed en heet alle aanwezigen hartelijk welkom. 2Vaststelling notulen openbare raadsvergadering van 1 februari 1983- Op verzoek van het raadslid Vergeer zullen de notulen worden aangevuld met: De Heer Vergeer vraagt wat het college thans doet aan de sluiting van de bordelen. Hij ziet nog steeds rode lampen branden ondanks hét feit dat er enige tijd geleden in de kranten gestaan heeft dat ex bordelen gesloten zijn. De Heer de Ru sluit zxch hierbij aan. Hij vindt het verschrikkelijk dat er zoveel advertenties geplaatst worden in Belgische kranten over Putse sexhuizen. De voorzitter zegt dat er hard aan wordt gewerkt. De Heer van Beeck geeft het college in overweging voor de woning van Dokter Dingenouts en voor het monument van Jordaens een trottoir aan te leggen waardoor de veiligheid van de voetgangers verbeterd wordt. De voorzitter antwoordt hierop dat dit een onderdeel vormt van de totale reconstructie van de Antwerpsestraat. Deze kosten moeten door de gemeente worden gedragen terwijl daarnaast de goedkeuring van de Provinciale Waterstaat vereist is. Voor het overige worden de notulen, onder dankzegging aan de samen steller, ongewijzigd vastgesteld. 3Ingekomen stukken. Ten aanzien van de onder nummer 7 opgenomen begroting van het Woonwagenschap Westelijk Noord-Brabant vraagt Mevrouw Emke wat er gedaan kan worden aan de steeds hoger wordende kosten van de woonwagencentra. In de begroting is een bijdrage geraamd van 4«714»-» deze is thans reeds 7-200,— terwijl verwacht wordt dat elke gemeente nog eens 2,60 per inwoner zal moeten bijdragen ter dekking van het tekort. Niemand is naar haar mening in staat om te overzien waar deze stijgingen zullen eindigen. Het raadslid Looyen antwoordt hierop dat uit de beleidsnota 1982-1986 van het schap duidelijk naar voren komt dat de regering de Zwarte Piet van het financieel probleem terugschuift naar de woonwagenschappen, die hierdoor met de rug tegen de muur komen te staan. Het bedrag van ƒ2,60 dat de gemeenten per inwoner moeten bijbetalen betreft een tekort op de rekeningen van het schap van 1976 t/m 1981. Al met al gaat het om een bedrag van 500.000,- en het is genoegzaam bekend dat dit bedrag niet te verhalen is op de woonwagenbewoners Dat geeft een probleem voor de uitvoering van juist datgene wat in de gezamenlijke overeenkomst tussen die verschillende samenwerkende gemeenten tot stand is gebracht. Het zijn problemen die kortom op dit moment als een enorm vraagteken in de lucht staan. Iedereen die hiexmiee zich bezighoudt weet het niet, het mag wel eens gezegd worden dat ook de besturen het op een gegeven moment niet meer weten.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1983 | | pagina 33