GEMEENTE PUTTE (N.Br.)
Notulen spoedeisende openbare raadsvergadering van 17 maart 1980»
Aanwezig:L.J. Buijs, voorzitter en de leden H. de Bruijn, A. Buijs,
F. Huijbrechts, Ph. Ketelaars, J. Looijen, F. Schouteten, L. de Ru,
H. van Wees en D. Wiemes.
Afwezig wegens ziekte: Mevr. J. Emke-Langeveld.
Secretaris-notulistA.C.J. van Kaam.
IOpening.
De voorzitter opent de vergadering met het gebruikelijk gebed en
heet alle aanwezigen hartelijk welkom.
2. Standpuntbepaling met-betrekking tot het besluit van Gedeputeerde
Staten tot goedkeuring van het bestemmingsplan "Buitengebied."
Nadat wethouder van Wees een korte toelichting heeft gegeven op
het voorstel van burgemeester en wethouders vraagt het raadslid
Looijen waarom deze spoedeisende raadsvergadering is belegd.
De voorzitter antwoordt hierop dat het bestemmingsplan vanaf
21 februari gedurende een maand ter inzage ligt»
Wegens de Wet op de Ruimtelijke Ordening moeten eventuele bezwaren
binnen deze termijn worden ingediend, ook die van de gemeenteraad.
Het raadslid Looi.ien verklaart akkoord te gaan met het standpunt
van het college met betrekking tot de wijzigingsbevoegdheid van
burgemeester en wethouders.
Hij is van mening dat de ruimte die in het plan is opgenomen voor
eventuele industrievestiging zondermeer gehandhaafd moet worden.
Ten aanzien van het Tuincentrum merkt het raadslid Looijen op dat
hij niet goed begrijpt waarom Gedeputeerde Staten aan dit onder
deel goedkeuring hebben onthouden. Er is in het verleden toestemming
gegeven voor deze bouw zodat nu moeilijk kan worden gesteld:
het gaat niet door, dus afbreken dat spel.
De voorzitter antwoordt hierop di de bouwvergunning is verleend
voordat de procedure tot vaststelling van het plan is aangevangen.
De bestaande bebouwing valt derhalve onder de overgangsbepalingen.
Het is misschien wel mogelijk dat in de eerstvolgende partiële
wijziging een aangepaste omschrijving dient gegeven te worden aan
dit object. Hij wil echter niet vooruitlopen op het Koninklijk
Besluit dat genomen moet worden.
Op de vraag van het raadslid de Ru of de gemeente aansprakelijk gesteld
kan worden voor eventuele financiële gevolgen als de Kroon dit onder
deel niet goedkeurt, antwoordt de voorzitter dat dit niet het