Aangezien gesteld is, dat het de voorkeur verdient dat de kandidaat ervaring heeft opgedaan in een gemeentelijke functie zoals h.v. burgemeester, wethouder, gemeente-secre taris of algemene dienst. Ten aanzien van de specifieke eigenschappen van Putte merkt de Commissaris op dat hij tijdens zijn bezoeken aan deze gemeente gemerkt heeft dat Putte inderdaad een bepaal de karakteristiek en eigen aard heeft, welke ten dele ligt in de dorpse kenmerken, die zoals in beide profielschetsen naar voren is gekomens "nog steeds gewild zijn, ja zelfs bijzonder gewaardeerd worden" Al met al vindt hij Putte een gemengde gemeente met een ge mengde bevolking, bestaande uit autochtonen en allochtonen met duidelijk Brabantse en zuidelijke kenmerken. De Commissaris zegt hierna toe bijzondere aandacht te beste den aan de opmerking over het begrip dat men moet hebben voor de zuiderburen en voor de bijzondere onderhandelstijl van onze Belgische vrienden. Of daarvoor mensen gevonden kunnen worden, weet hij thans niet maar dat er mensen zijn die daar begrip voor kunnen krijgen, lijkt hem niet uitge sloten. Hij vindt de beide schetsen zo degelijk dat hij nauwelijks kanttekeningen kan maken. Naar zijn mening zou hij tekort doen aan de inhoud van de stukken als hij hierop spontaan zou reageren en losse opmerkingen in de- marge zou maken. Hij wil zich daar zeer sterk in beperken. Als van de ene zijde ten aanzien van de politieke signatuur wordt gesteld dat men hem niet wil vastpinnen op een kandi daat met een politieke kleur, dan meent de Commissaris be grepen te hebben dat daarmee niet bedoeld wordt, dat het een kandidaat zou moeten -zijn zonder politieke kleur. Dit ligt ook niet voor de hand. Van de andere zijde is wel voor een bepaalde politieke kleur gekozen, waarbij met name ook geattendeerd is op de verhoudingen, zoals die in Noord- Brabant liggen. Van daaruit is waarschijnlijk de ambitie naar voren ge bracht om een burgemeester uit de V.V.D.-kringen benoemd te krijgen. Hierbij dient tevens te worden opgemerkt, dat er ook andere partijen zijn, die eveneens wijzen op die on evenwichtigheid en op hun beurt weer de hoop putten uit deze situatie om daar op enigerlei wijze iets aan te doen en dat in de politieke richting die zij aanhangen. Zoals bekend heeft de minister van binnenlandse zaken des tijds in een brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer reeds gewezen op de werkafspraken die met de Commissaris van de Koningin zijn gemaakt ten aanzien van de voorberei ding voor het maken van de aanbevelingen.- De uiteindelijke benoeming geschiedt echter steeds door de Kroon. De Commissaris verklaart 'iedere keer weer geraakt, getroffen en gevleid te zijn door het vertrouwen, dat in hem wordt gesteld als hij de profielschets bij de gemeenteraden gaat halen. In dit geval citeert hij nogmaals graag de minister om duidelijk te maken dat de Kroon benoemt en dat de Commis saris niets anders doet dan adviseren. De Kroon is vrij om een advies al dan niet te volgen.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1980 | | pagina 13