Tegen de uitbreiding van het gemeenschapshuis verklaart het raadslid
de Ru geen bezwaar te hebben. Hij verzoekt echter eerst een schets
ontwerp te laten maken door openbare werken alvorens een architect
opdracht te verstrekken voor het maken van een definitief plan.
De voorzitter antwoordt hierop dat de diverse verenigingen zeker
zullen worden benaderd.
Het raadslid Schouteten stelt voor om openbare werken te laten tekenen,
daarna kunnen alle betrokken verenigingen worden gehoord. Op een
later tijdstip kan de architect opdracht krijgen.
Hij vindt het echter niet nodig om nu reeds kredieten voor dit doel
beschikbaar te stellen.
Wethouder Buijs stelt hierna voor om een krediet beschikbaar te stellen
voor het maken van de nodige plannen waarin tevens begrepen zijn de
eerste schetsontwerpen.
Eventueel extra werk in verband met aanpassing aan de wensen van de
verenigingen moeten in het totaalbedrag begrepen zijn.
Het raadslid van Wees sluit zich aan bij hetgeen het raadslid de Ru
verklaard heeft over de riolering in de Grensstraat.
Het gemeentebestuur moet naar zijn mening de nodige voorzichtigheid
betrachten bij de reconstructie van de riolering in de Grensstraat.
Het raadslid Looijen vindt dat men toch wel rekening moet houden met
de factoren hoe lang ligt er deze riolering en hoe lang zal het duren
voor de riolering weer dicht geslibt is.
Daarnaast moet rekening worden gehouden met het feit dat de geplande
uitbreiding in Belgisch Putte wordt aangesloten op de riolering in
-de Albert Louisastraatzodat deze leiding in de toekomst volledig
bezet zal zijn.
Hij waarschuwt daarom het gemeentebestuur voor een eventuele denkfout
dat door het schoonmaken van de riolering en de geplande verbinding
de moeilijkheden in de Grensstraat zullen zijn opgelost.
Wethouder Buijs antwoordt hierop dat in 1978 voor de eerste keer de
riolering is schoongemaakt. Hat college heeft de gemeente in vier
stukken gedeeld met de bedoeling om elk jaar een gedeelte te doen.
Hierdoor wordt bereikt dat elke riolering om de 4 jaar een beurt krijgt.
Ten aanzien van de aanleg van een landweg merkt het raadslid Looijen
op dat naar zijn mening een meerderheid in de raad kan worden gevonden
om een bouwgrondbelasting in te voëren zodat de eigenaren van de
benodigde grond in de gelegenheid kunnen worden gesteld om te bouwen
terwijl de gemeente hierdoor niet benadeeld wordt.
De voorzitter antwoordt hierop dat het gemeentebestuur momenteel niets
kan ondernemen. Zodra het bestemmingsplan Buitengebied is goedgekeurd
heeft het gemeentebestuur een titel voor onteigening of bouwgrond
belasting.
Wanneer deze maatregelen kunnen worden getroffen kan niet worden gezegd.
Ten aanzien van de verbouwing van het gemeenschapshuis vraagt het
raadslid Looijen zich af of het plan dat namens de sportverenigingen
is opgesteld kan worden aangewend om b.v. met een variant daarop hu
reeds te kunnen zeggen dat er al een plan is.
De voorzitter antwoordt hierop dat hij de verdere ontwikkeling der plannen
graag overlaat aan de betrokken verenigingen.
Het raadslid Looijen hoopt dat het gemeenschapshuis zich in de toekomst
zal ontwikkelen tot een waar huis van de gemeenschap, dus eveneens voor
het culturele leven.
Het raadslid Schouteten vraagt waarom de afschrijvingskosten van de recon
structie in de Grensstraat op 20 jaar zijn gesteld.
De voorzitter antwoordt hierop dat dat op ervaringscijfers bèrust en
mede afhankelijk is van de toestand van het wegdek.