GEMEENTE
PUTTE (N.Br.)
Notulen openbare raadsvergadering van 29 mei 1979»
Aanwezig:J. J. van Erp, voorzitter en de leden Mevrouw J. Emke-
Langeveld, H. de Bruijn, L. Buijs, P. Huijbrechts, J. Looijen,
L. de Ru, F. Schouteten, H. van Wees, D. Wiemes.
Afwezig met kennisgeving:A. Buijs, en Ph. Ketelaars.
Notulist:A.C.J. van Kaam.
1Opening.
Be voorzitter opent de vergadering met het gebruikelijk gebed
en heet alle aanwezigen hartelijk welkom.
2. Vaststelling notulen openbare raadsvergadering van 1 mei 1979.
Zonder dat iemand het woord verlangt of stemming worden de
notulen onder dankzegging aan de samensteller vastgesteld.
3. Ingekomen stukken:
a. Besluit van Gedeputeerde Staten van 25 april 1979 tot verda
ging van de beslissing omtrent het bestemmingsplan Hazeduinen.
b. Besluit van burgemeester en wethouders van 15 mei 1979 tot
het plaatsen van kasgelden in deposito;
c. Circulaire van de Politieke Partij Radicalen inzake "Bouw
stenen voor een provinciaal energiebesparingsplan en voor de
inrichting van nutsvoorzieningen in Brabant";
d. Besluit van Gedeputeerde Staten inzake de goedkeuring van grond-
verkopen aan Putse Bouwwerken B.V. en A. Rabinovitz.
Naar aanleiding van het goedgekeurde raadsbesluit tot verkoop
van grond aan Putse Bouwwerken merkt het raadslid Looijen op
dat tijdens een van de laatste raadsvergaderingen door de
voorzitter gevraagd is of de gemeente Putse Bouwwerken het
mes op de keel moet zetten.
Hierop is door niemand gereageerd, ook niet door spreker zelf
wat ook moeilijk kan als je niet over voldoende gegevens beschikt.
Nu wil hij echter wel enige opmerkingen ter zake plaatsen.
Hij vindt alles enigszins vreemd overkomen, afgaande op het feit
dat in het verleden zo'n zelfde geval heeft voorgedaan waarbij
bij deze mensen wel het mes op de keel werd gezet, waarbij betrok
kene wel zijn geld en de mogelijkheid tot bouwen kwijt was,
waarmee hij de Heer Buijnstee bedoelt.
Hij heeft een verzoek om optie op 6 bouwpercelen gezien, gedateerd
van 5 december 1977 waarop 3 dagen later een antwoord kwam waarin
staat dat de optie gegeven kan worden tot uiterlijk 1 januari 1979-
Be tweede brief van het college was van 25 januari 1979 waarin
verwezen wordt naar een mondeling onderhoud van 23 januari 1979
In deze brief wordt de grond ter beschikking gesteld tot 1 januari
1980, daarvoor moet Putse Bouwwerken B.V. op dit moment een bedrag
betalen van 4878,72 zijnde 8$ van 121.968,zijnde de rente
over een half jaar.
Het komt hem bijzonder vreemd voor en hij vindt het duidelijk een
kwestie van meten met twee maten.
Hij ziet niet in waarom of zo'n groot perceel aan de Putse Bouw
werken in optie moet worden gegeven met als bijzondere voorwaarde
dan nog dat deze B.V. pas rente moet gaan betalen over de grond,
zodra de woning verkocht is. Zij hebben dus geen enkel financieël
risico, omdat hij dit#met goedkeuring van Gedeputeerde Staten,laat
afwimpelen op de toekomstige koper. Hij blijfthet, mede gezien
