deze aantekeningen laten lezen. Staande deze vergadering leest de voorzitter de betreffende aan tekeningen voor. Het gesprek heeft plaats gevonden op 26 april 1979 met de Heer Gels van de P.P.D.. Het plan van de Heer van Rooijen en andere soortgelijke plannen zijn 14 dagen geleden in de commissie besproken, het betreft hier de commissie voor de gemeentelijke plannen. Deze plannen komen als paddestoelen uit de grond. Rekening houdend met de geweldige concurrentie en de daaruit voortvloeiende problemen, zal de richtlijn van de commissie zeer waarschijnlijk worden: sporthallen en tennisbanen behoren bij de hoofdkern te liggen. De hoofdkern moet meer dan een lokale functie hebben, dan is de bouw wel toegestaan. Aangezien Putte geen kern is met een meer dan lokale functie, kunnen we erop rekenen dat voor de bouw van een tennishal in Putte, zeker in het buitengebied, geen vergunning zal worden verleend even min in Huijbergen en Ossendrecht. Daartegenover mogelijk wel in de gemeente Woensdrecht. Dit is toen in de commissievergadering besproken. Het raadslid Looijen vindt dit een vreemde situatie. Dat zijn offi ciële commissies, maar notulen of verslagen van vergaderingen be staan plotseling niet. De voorzitter antwoordt hierop dat hij steeds gemerkt heeft, dat was ook bij het vorige plan, dat het steeds de burgemeester is die dwars ligt. Het verlenen van bouwvergunningen is een beleid van burgemeester en wethouders In de vorige aanvraag heeft men duidelijk kunnen zien wat het stand punt van het college was. Men heeft tevens kennis kunnen nemen van de brief, welke Gedeputeerde Staten daarop gezonden hebben en waarin vermeld stond hoe dit college dacht over de ingediende plannen. Op 28 oktober 1978 heeft de voorzitter bij gedeputeerde Siepman geïnformeerd naar de plannen voor de bouw van een sporthal in Putte. De Heer Siepman reageerde hierop als volgt: 0, U bedoelt dat pretpark in Putte In verband hiermede kreeg de voorzitter de indruk dat dit niet door zou gaan in Putte. Op de vraag of een kleiner plan wel mogelijk zou zijn heeft hij geantwoord: dien dat plan maar in, dat zullen we dan

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1979 | | pagina 50