En als men nu deze zaak uit de algemene middelen gaat subsidiëren moet men deze zaak maar doortrekken en ook van toepassing verklaren op de bedieners. De Voorzitter antwoordt hierop dat het rijk voor de pastor 400, per jaar betaalt. Wethouder Buijs stelt dat de heer Looijen steeds over onderscheid spreekt. Hij vraagt zich af waarom hij dit onderscheid maakt. Er bestaat maar één begrip vakonderwijs, hetgeen bestaat uit muziekonderwijs, handenarbeid en godsdienstonderwijs. Het raadslid Looijen antwoordt hierop dat godsdienstonderwijs geen vak onderwijs is. Wethouder Buijs vraagt de heer Looijen of hij het dan terecht zou vinden dat de ouders van de kinderen die onderwijs krijgen en handenarbeid ook 25io moeten zouden bijdragen? Het raadslid Looijen stelt dat de wethouder een algemeen begrip verwart met een persoonlijke opvatting over geloofszaken. U wilt mij proberen te vertellen dat ik het godsdienstonderwijs hetzelfde moet zien als het maken van carnavalsmaskers of zo. Wethouder Buijs stelt dat dit onderwijs landelijk wordt gezien als vakonderwijs Het raadslid Looijen ziet dit anders en hij antwoordt wethouder Buijs met de woorden:"Als U dit zo niet ziet dan hebt U een vreemde opvatting over dit soort zaken Be Voorzitter concludeert dat de meningen zijn verdeeld en vraagt hierna of iemand terzake nog het woord of stemming verlangt. Het raadslid Looijen wil de aantekening dat hij tegen het voorstel is. De Voorzitter vraagt de heer Looijen of hij tegen aanpassing van de verordening is of tegen vaststelling van de begrotingswijziging. Het raadslid Looijen antwoordt hierop dat hij tegen de begrotingswijziging van "W is. Be rest van de leden van de Raad gaan met beide voorstellen van B en W accoord. 10. Voorstel tot beschikbaarstelling van een krediet voor het oprichten van een opslagruimte voor openbare werken. Be Voorzitter stelt dit agendapunt aan de orde en geeft hierbij een nadere toelichting. Hij vraagt hierna of de raadsleden met dit plan kunnen instemmen. Het raadslid Looijen zegt geen enkel bezwaar te hebben. Hij vraagt hoe het precies zal gaan met de isolatie van die loods. Hij vraagt voor welk van de 2 aangeboden concepten uiteindelijk gekozen zal worden. Er is er n.l. een bij met kippengaas met glaswol er tegenaan gespannen en een andere met een andere conceptie, wat zal uiteindelijk de keuze zijn. Be Voorzitter zegt dat hij met deze technische zaken niet op de hoogte is en geeft het woord hierover aan wethouder Huijbrechts. Wethouder Huijbrechts zegt dat hierover nog niet is gesproken en er derhalve nog geen keuze is gemaakt. Het raadslid Looijen vraagt gezien de afmetingen van deze loods of deze ook zal kunnen worden gebruikt voor andere doeleinden b.v. Carnavalsbal of andere manifestaties. Wethouder Huijbrechts stelt dat deze loods geplaatst wordt omdat de andere te klein is en dan zullen de materialen derhalve buiten gezet moeten worden. Wethouder Buijs zegt nog niet gemerkt te hebben, dat er een gebrek is aan zaalaccomodatie met de Carnaval. Dus hij ziet dit helemaal niet zitten. Nadat niemand terzake nog het woord verlangt of stemming wordt dit punt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders aangenomen.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1979 | | pagina 33