dat door eenieder verkrijgbaar is. Hierin staat met name de vorm in vermeld die het contract moet hebben. De Voorzitter antwoordt dat wanneer de Raad daarmede accoord gaat het de bedoeling is de verordening die hierin genoemd wordt van Gelderland op te vragen en deze te bespreken in de commissie Algemene Zaken in de hoop dat er dan een advies zal uitkomen. Met dit voorstel kan iedereen zich verenigen. De Voorzitter informeert verder of er nog iemand het woord verlangt, i.v.m. de ingekomen stukken. Het raadslid Looijen stelt dat men ook problemen had met de circulaire van het Woonwagenschap inzake het treffen van tijdelijke voorzieningen aan woonwagencentra, gezien de situatie waarin de mensen in de afge lopen jaren verkeren en dit probleem op zich constant aanwezig is. Zoals men uit vele publicaties heeft kunnen constateren, staat de frac tie van de P.v.d.A. zeer zeker achter de voorgestelde voorzieningen in het betreffende rapport. De Voorzitter stelt dat er door geen enkele raad bezwaar is ingediend tegen de begrotingswijzigingen van het Woonwagencentra. Hij deelt verder nog mede, dat de declaraties welke Putte over 1976 en 1977 bij het Woonwagencentra heeft ingediend binnen 14 dagen zullen worden uitbetaald. Het raadslid Mw. Emke-Langeveld stelt hierna nog een vraag over het tussentijds verslag over het Streekplan-project West-Brabant. Zij heeft in de krant gelezen, dat in de Gewest-raad blijkbaar nogal raar wordt gedacht over Putte en Huijbergen over de indeling van de groeifase 2 omdat wij ons waarschijnlijk niet gerealiseerd zouden hebben dat wij helemaal niet meer konden bouwen. Zij stelt dat we weliswaar niet veel mogen, maar dat wij toch altijd de mogelijkheid en de ruimte nog hebben om voor onze eigen bevolking nog wat te doen. Daarom vindt zij dit een beetje vreemd artikelwant het komt gewoon over als dat Putte dit niet heeft gezien, en die be hoeven en willen gewoon niets meer. De Voorzitter antwoordt dat dit inderdaad vreemd is overgekomen. In onze brief aan Gedeputeerde Staten hebben wij ons accoord verklaard, mits dit impliceert dat wij kunnen blijven bouwen voor onze eigen bevolking. Het raadslid van Wees stelt dat Mw. Emke-Langeveld het kennelijk niet helemaal goed heeft gezien. Het is namelijk niet het Streekgewest wat daarover gesproken heeft, maar enige leefbaarheidsgroepen in Steen bergen en omgeving. De Voorzitter stelt nogmaals dat de betreffende toevoeging uitdrukkelijk in voormelde brief is gesteld. Het raadslid Mw. Emke-Langeveld repliceert dat er toch wordt gesproken over een commissie uit het Streekgewest. Wethouder Buijs onderstreept dit en zegt dat dit is geweest onder voor zitterschap van de Heer Everaertslid van het dagelijks bestuur. Hierna worden de ingekomen stukken voor kennisgeving aangenomen. 4. Reorganisatie binnenlands bestuur. De Voorzitter stelt dit agendapunt aan de orde en stelt dat hier heel wat literatuur over is. Als hij zich goed herinnert zijn we destijds begonnen met de plannen van de toenmalige Minister Beernink en staats secretaris van Veen, vervolgens de plannen van de heer de Gaai Fortman en nu van Minister Wiegel. Zoals uit de kranten blijkt is er overal nogal verzet tegen deze plannen om diverse redenen. Er is zo weinig duidelijkheid omtrent het afstoten van het rijk van diverse taken. Vandaar dat wij Uw raad voorstellen in te stemmen met

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1979 | | pagina 23