Mhvz wij kunnen liet anders als tevreden zijn over Uw antwoord en spreken
de hoop uit dat veel van de wensen in goede samenwerking met Uw col
lege en de andere raadsfracties verwezenlijkt zullen gaan worden.
De intentie van deze beschouwingen geven zeker veel hoop voor een
vruchtbare toekomst.
Ten aanzien van de opmerkingen van het raadslid de Bruijn over de
honkbalvereniging antwoordt de voorzitter dat inderdaad binnen af
zienbare tijd zal moeten worden uitgezien naar vervangende ruimte. Bij
het bestemmingsplan zal hiermee rekening worden gehouden.
De gemeente heeft elders nog grond liggen, zodat misschien op die
percelen iets mogelijk is.
Het college is het eens met het standpunt van de C.D.A.-fractie dat
de onroerend goedbelasting regelmatig zal worden bijgesteld.
Het raadslid Mevrouw Emke vraagt wat het raadslid de Bruijn be
doelt met een gebrek aan visie op de langere termijn bij de V.V.D..
Als men de algemene beschouwingen van de V.V.D. goed beluisterd
heeft en goed geluisterd heeft naar hetgeen de "V.V.D. gezegd heeft
bij de behandeling van de onroerend goedbelasting n.l. dat op dit
moment niet aantoonbaar is dat deze belasting zou moeten worden ver
hoogd, gezien het batig saldo en de saldi-reservedan heeft men kunnen
horen dat gezegd is dat, mocht in de toekomst voor investeringen ten
behoeve van de Putse gemeenschap de noodzaak voor verhoging aanwezig
zijn, dan zullen wij onze medewerking verlenen aan een redelijke
aanpassing.
Wij willen gerust in de toekomst meewerken, we hebben alleen gezegd:
niet dit jaar.
Het raadslid de Bruijn merkt op dat men dan te laat komt want als
alles gerealiseerd wordt wat voorgesteld wordt dan is het geld op.
Het raadslid Mevrouw Emke antwoordt hierop dat dan alles gerealiseerd
moet worden terwijl daarnaast nog steeds een saldi-reserve aanwezig is.
Van deze reserve mag gerust iets worden afgehaald en dan kan volgend
jaar alsnog een verhoging van de belastingen worden aangenomen.
Daarnaast begrijpt het raadslid Mevrouw Emke niet waar de heer de Bruijn
het vandaan haalt dat de V.V.D. ten aanzien van de Putse Sportraad de
hand in eigen boezem moet steken.
Het raadslid de Bruijn verklaart hierop dat de V.V.D. het steeds in
grote lijnen eens is met de Sportraad. Zijn fractie kreeg steeds het
gevoel dat veel wat door de Sportraad werd aangedragen uit de koker van
de V.V.D. kwam.
Het raadslid Mevrouw Emke spreekt dat tegen, want over het laatste
rapport van de Sportraad heeft haar fractie gezegd: wij dragen de
Sportraad een warm hart toe, maar kunnen bepaald niet achter het rapport
staan. Zij gelooft dat als de Sportraad geassocieerd was met de V.V.D.
haar fractie op de hoogte zou zijn geweest van de inhoud van het rap
port en dan ook wel verdedigd zou hebben in de raadsvergadering.
Het raadslid de Bruijn reageert hierop dat dit rapport ook te gortig
was
Het raadslid Mevrouw Emke verklaart van mening te zijn dat elke fractie
het recht heeft om te pleiten voor bepaalde instituten als blijkt dat
deze goed werk verrichten.
Op de vraag van het raadslid de Bruijn wat de V.V.D. exact bedoelt
met de verklaring dat zij in politieke zin achter de Sportraad staat,
antwoordt het raadslid Emke dat zij vindt dat dit heel goed kan
functioneren. Er zijn een aantal Sportraden in Nederland die goed
werk verzetten.
Het raadslid de Ru sluit zich hierbij aan. Hij is van mening dat men de
V.V.D. ten onrechte associeert met de Sportraad. Men is zo gauw de
neiging toegedaan bepaalde relaties te zien en deze te veroordelen.
De relatie Eanfare/C.D.A. is in het verleden steeds bestreden, zo
bestrijdt hij thans de relatie V.V.D./Sportraad.