Daarnaast wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders
besloten aan het verlengde van de Hazelaarlaan eveneens de naam "Hazelaar-
laan" te geven.
7. Voorstel tot het geven van een naam aan het sportveldencomplex:
Na een korte discussie wordt beèloten aan het sportveldencomplex de naam
"de Buizerd" te geven.
8. Voorstel tot het verlenen van een garantie ten behoeve van een door
het bestuur van he.t gemeenschapshuis De Berk aan te gane rekening-courant-
overeenkomst ten bedrage van 12.500,
Zonder dat iemand het woord verlangt of stemming wordt overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
9. Voorstel tot wi.jziging van de Bouwverordening der gemeente Putte:
Nadat de voorzitter een korte toelichting heeft gegeven op het voorstel
vraagt het raadslid de Waal of de mogelijkheid bestaat in de verordening
één artikel op te nemen dat verwijst naar de voorschriften van de diverse
nutsbedrijven. Hierdoor behoeft de verordening niet steeds te worden
aangepast.
De voorzitter antwoordt hierop dat dit waarschijnlijk eenvoudiger zou zijn,
doch een commissie van deskundigen van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten
brengt regelmatig ter zake advies uit.
Teneinde de landelijke uniformiteit te handhaven stelden burgemeester en
wethouders derhalve voor de door de V.N.G. voorgestelde wijziging aan te
brengnn.
Zonder dat iemand het woord verlangt of stemming wordt overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
10. Voorstel tot het weigeren van medewerking aan het schoolbestuur voor de
aanschaffing van muziekinstrumenten:
De voorzitter verklaart dat dit agendapunt reeds aan de orde is geweest
tijdens de vergadering van 27 juni 1978. Naarmate de discussie over dit
onderwerp vorderde werd deze zaak steeds onduidelijker.
De raad heeft toen op voorstel van het raadslid Simons de beslissing aange
houden ten einde de divers raadsleden in de gelegenheid te stellen zich in
deze materie te verdiepen.
Het raadslid Simons antwoordt hierna dat uit informaties bij het hoofd der
school is gebleken dat het hier een uitbreiding van het instrumentarium
betreft
In 1968 mocht voor 350,aan instrumenten worden gekocht. Hij heeft de
instrumenten gezien en is van mening dat de kwaliteit navenant is
Het lijkt hem dan ook verantwoord deze uitbreiding na 10 jaar te laten
doorgaan.
De voorzitter wijst op het bepaalde in artikel 75» 2e lid, van de L.0.-Wet
1920 waarin staat dat medewerking dient te worden geweigerd o.a. wanneer
de aanschaffing van leer- en hulpmiddelen geschiedt ter vervanging van leer-
en hulpmiddelen die tengevolge van langdurig gebruik niet meer gebruikt
kunnen worden of tot aanvulling van de voorraad van schoolbehoeften.
Op grond daarvan kunnen burgemeester en wethouders geen ander voorstel doen,
dat zou in strijd met de wet zijn.
Als het schoolbestuur een andere mening is toegedaan, dan kan men binnen een
maand voorziening vragen aan Gedeputeerde Staten.
Het raadslid Ketelaars heeft geen bezwaar tegen het bedrag, maar aangezien
de aanvraag in strijd is met de wet, hetgeen duidelijk blijkt uit het advies
van de inspecteur, steunt hij het voorstel van burgemeester en wethouders.
Het raadslid de Light merkt op dat van het destijds beschikbaar gestelde
bedrag ad 850,slechts 350,besteed is voor muziekinstrumenten
zodat dit niet veel bijzonders kan zijn geweeste