Bui .is: Ik heb binnen het college een minderheidsstandpunt, dat baseer ik hierop dat de Heer Metz zelf heeft toegegeven dat Putte overbewinkeld is. Als hij alleen maar één andere winkel moet sluiten dan is dat in zijn financieel straatje aangezien hij voor het pand Antwerpsestraat 24 veel huur moet betalen. Dan vind ik dat er pas van sanering kan worden gesproken als er meer winkels gesloten worden. Daarnaast ben ik het niet met U eens als U zegt dat de loco-burgemeester op 20 december direct had moeten sluiten omdat burgemeester en wethouders in zo'n geval moeten ingrijpen en niet alleen de burgemeester. Voorzitter: Als het een geval van openbare orde is moet de burgemeester ingrij pen anders is het een zaak van het college. Bensbach: De opening is geweest op 20 december. Waarschijnlijk uit overwegingen om wethouder de Waal te sparen hebt U de beslissing uitgesteld, waarom hebt U getwijfeld? Buijs: Ik heb helemaal niet getwijfeld. Ik heb op 20 december toegezegd dat ik de politie opdracht zóu geven om proces-verbaal op te maken en dat is gebeurd. Het is echter pas op 17 januari gebeurd, hetgeen te verklaren is door de feestdagen. Bensbach: U had de bevoegdheid om de zaak op 20 december te sluiten. Buijsniet om een aanschrijving uit te laten gaan om te sluiten. Bensbach: Wat heeft U gedaan om te bemiddelen om tot een regeling te komen met de eigenaren van het pand Antwerpsestraat 24? Bui,js: Ik zou graag van vernemen hoe U dat weet. Bensbach: Ik vraag U heeft U dat gedaan of heeft U dat niet gedaan? Bui,jsHet is zo, als ik ertoe kan bijdragen om te komen tot sanering van het aantal sexwinkels dan vind ik dat ik verplicht ben om dat te doen en of dat nu bemiddelen is of het arrangeren van een gesprek tussen deze twee partijen is om het even. Bensbach: Maar heeft dat gedaan als wethouder of als meneer Buijs? BuijsDat staat duidelijk in mijn brief. Ik ben begonnen met uitdrukkelijk te stellen dat de bemiddeling van mij of het arrangeren van een gesprek tussen de eigenaar en de Heèr Metz zuiver privé is en dat het verder handelen van burgemeester en wethouders daar helemaal los van staat. Looijen: Dit is een droevige zaak. Ik begrijp niet dat de Heer Bensbach dit na 20 jaar lidmaatschap nog durft te stellen. Ik moet wethouder Buijs gelijk geven. Ingevolge artikel 209 van de gemeente wet behoort het uitvoeren van besluiten van de raad tot de taak van burgemees ter en wethouders. Ik dacht dat daarover niet verder gediscussieerd hoeft te worden en dat wethouder Buijs juist gehandeld aou hebben als hij wethouder de Waal een telegram gezonden zou hebben om zijn standpunt te vernemen. de Waal: Ik heb het wel gehoord en ik heb het mijne al gezegd. weet waar ik het niet mee eens ben. Ik vind dat ik zeer negatief in de pers ben over gekomen De Brui.jn: Wij hebben ons nog beraden over deze zaak, dus de gang van zaken vanaf 20 december. Het is in ieder geval zo dat wethouder Buijs naar aanleiding van een vraag van het lid Looijen opdracht heeft gegeven tot het opmaken van proces-verbaal. Dit is gebeurd op 17 januari, in deze heeft wethouder Buijs dus juist gehandeld. Tijdens het opmaken van het verbaal werd gesuggereerd dat wethouder de Waal partij zou zijn. Dan is het natuurlijk in het algemeen belang, gezien de financiële consequenties, dat men deze zaak aanhoudt en nader bekijkt, dat is ook een heel normale zaak. Op 15 februari heb ik naar aanleiding van de vraag van de Heer Looijen gevraagd hoe ver het vollege met deze zaak stond. De voorzitter verwees deze vraag naar wethouder de Waal en dan neem ik aan dat wethouder de Waal spreekt namens het college. De wethouder heeft mijn vraag echter gewoon genegeerd. Hij begon een beetje te stuntelen maar hij weigerde antwoord te geven op mijn vraag. Dat vind ik duidelijk de raad negeren. Als men dan zijn opstelling bemerkt tijdens dit debat, waarbij hij alles met een lach probeert af te doen dan is het voor ons zo ver dat wij hem niet langer meer kunnen vertrouwen.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1978 | | pagina 37