Bui .isAls U stelt dat ik op 20 december had moeten ingrijpen eist IJ
iets wat niet kan aangezien het nog altijd een besluit van burgemeester
en wethouders moet zijn.
Yoorzitter: Uit informaties heb ik vernomen dat advocaten van de Hoge Raad
achter deze wijziging van de A.P.V. staan, maar gezien de voorgeschiedenis
heeft de Juridische afdeling van de V.N.G. geadviseerd aldus te handelen.
Be Brui.jn; Ik zou nog even willen teruggrijpen naar de vergadering van
15 februari en mede aan de hand van de notulen van deze vergadering. Ik zou
even willen wijzen op de persverklaring van wethouder de Waal.
In de eerste alinea zegt de wethouder, dat ik de vraag aan hem stelde, dat
is onjuist. De vraag werd tot het college gericht en de voorzitter gaf
toen het woord aan wethouder de Waal.
Ook is het onjuist dat wij in onze vraag de suggestie gelegd zouden hebben
als zouden wij menen dat de wethouder werkelijk bij de verkoop vstn het
pand Antwerpsestraat26 betrokken zou zijn geweest. Het is ook onjuist om
over een politieke stunt te praten, als de wethouder op deze vraag normaal
had geantwoord dan was alles in orde geweest. Maar nee, de wethouder weigert
te antwoorden en komt met een aantal feiten, die wel belangwekkend zijn
doch waar ik niet naar gevraagd heb.
De vraagsteller wilde niet weten of de naam van de wethouder in de notariële
akte is vastgelegd, ik hoef de wethouder ook niet te zeggen dat dit in
feite niets bewijst.
Ook over het afgeven van een vergunning door de wethouder heb ik in het
geheel niet gesproken.
De wethouder - hij moet de notulen maar eens goed nakijken - wil zijn eigen
woorden in de schoenen van de vraagsteller schuiven en dit is niet juist.
Concluderende heb ik toen de vraag gesteld aan U meneer de voorzitter,
U hebt die doorgeschoven naar Wethouder de Waal. Het was een heel normale
zaak dat de wethouder die vraag toen beantwoord had, zoals hij dat later
in de pers heeft gedaan.
Voorzitter: Tijdens de tweede B. en W.-vergadering na mijn ziekte heb ik
de zaak besproken en gezegd: de opper is bij mij geweest en dat is er
gebeurd en omdat wethouder de Waal in het geding was heb ik tegen hem gezegd
wethouder, het is een vervelende zaak,' wanneer daar in de raad vragen over
komen geef ik het woord aan U, bereid U voor.
De Waal: Meneer de Bruijn zegt dat ik geen rechtstreeks antwoord heb gegeven
Ik vond dat ik volgens het reglement van orde tijdens de volgende raads
vergadering kon antwoorden en ik vind dat ik dat nu al duidelijk heb gedaan.
Dat ik in de persverklaring heb gezegd van een politieke stunt van het
C.D.A., dat heb ik gezegd, was misschien het enige venijn wat er in stond.
Daar had ik ook mijn reden voor, want als ik dan van verschillende mensen
hoor, dat de Heer van Wees gezegd heeft dat als de voorzitter niet afgeklopt
had er een motie van wantrouwen tegen de Heer de Waal ingediend had geworden
dan pas ik er voor om een direct antwoord te geven.
de Bruijn: Wethouder, laten we eens goed bedenken, U zit in een politieke
club, wij hebben U mede gekozen, het zou het allerlaatste zijn om met een
motie van wantrouwen te komen om U weg te werken, toch zeker niet in dit
stadium. Als U op die toer gaat bent U glad verkeerd, dat getuigt van een
politieke onvolwassenheid.
BuijsIk wil van wethouder de Waal eisen dat hij de beschuldiging aan mijn
adres dat ik zijn opdracht zou hebben genegeerd, terug neemt.
De Waal: Ik neem dat niet terug* Maar ik eis van U dat U mij volledig
rehabiliteert.
Hierna vraagt wethouder Buijs schorsing van de vergadering, waarmee de raad
akkoord gaat.
Nadat alle leden weer hebben plaats genomen heropent de voorzitter de
vergadering.
SimonsWanneer een zaak, welke Metz in de Antwerpsestraat of de Grensstraat
heeft, overeenkomstig Uw voorstel gesloten wordt en deze zaak wordt door
iemand anders gehuurd kan deze de winkel direct weer openen dus wordt er in
feite niets bereikt.
Voorzitter: Hij is geen huurder, maar eigenaar en daarnaast moet dit alles
in een overeenkomst worden vastgelegd.