voorbaat te kraken wordt niets t.b.v. de gemeenschap - waar U zo midden in staat - gedaan. Met U hopen wij, dat het renoveren van een aantal woningen in de Nieuwstraat tot een goed einde wordt gebracht. U schrijft wel heel "vriendelijk"', dat het eenvoudiger is f. 600.000, uit te geven voor een kleedaccomodatie waar hooguit 22 mensen plus 1, gebruik van maken, dan het renoveren van woningen van 15 gezinnen. Wanneer er' dan enkele duizenden guldens bijgelegd moeten worden, dan lijkt zoiets al gauw een onverantwoorde uitgave. Heer Looijen, U weet wel beter. Bij de behandeling van de betreffende begrotingswijziging is medegedeeld dat de gemeentelijke bijdrage minimaal 600.000,zal bedragen. (15 x 1.600,gedurende 25 jaren). Woonruimtewet 1947. U zegt, heer Looijen: Wij vinden,dat de woningwet 1947 weer terug toege past moet worden. En kom nou niet aan met het verhaaltje van, wij zitten in een .geliberaliseerd gebied, want dat kunt U niet hard maken. En daar mee zouden wij U willen uitdagen om daar maar eens mee voor de dag te komen zwart op wit. Reeds meerdere malen is met U gesproken over de Woonruimtewet 1947. U was en bent nog steeds van mening, dat wij die wet moeten toepassen. Hebben U meerdere malen gezegd, dat dat helaas niet meer kan, omdat onze gemeente tot de zogenaamde geliberaliseerde gebieden behoort. Was U het steeds niet mee eens, en U zou via Uw politieke vrienden informaties inwinnen bij de staatssecretaris van Volkshuisvesting. Hebt U kennelijk nimmer gedaan, en nu vraagt U ons zwart op wit te bewijzen, dat dat inderdaad zo is. En het is inderdaad zo, heer Looijen. Wij mogen U verwijzen naar het Koninklijk Besluit van 20 juli 1972. Bij dat K.B. is bepaald, dat de Woonruimtewet 1947 met ingang van 1 september 1972 niet meer van kracht is in o.a. de Prov. Noord-Brabant. Het buiten werking stellen van de Woonruimtewet 1947 houdt in, dat voor het betrekken van woonruimte geen vergunning meer no dig is en dat de bevoegdheid van de gemeente tot het vorderen van woonruim te is vervallen. Wij vinden het dan ook een schande dat-Christenen, zoals wij duidelijk ui't de gebeden, die hier in deze raad door U uitgesproken worden- merken, dat U dat moet zijn, U geen enkele belemmering heeft opgeworpen, om een huis, wat groot genoeg was voor een gezin hier van 10 mensen, dat dit huis toe-

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1978 | | pagina 154