antwoordt de voorzitter dat het betreffende wetsvoorstel de Tweede Kamer is gepasseerd zodat de Eerste Kamer dit nog moet behandelen. Als de betreffende wet is vastgesteld zal op deze aangelegenheid worden teruggekomen Op de vraag van het raadslid Looijen of de huurders van gemeentewoningen in de toekomst ook inspraak krijgen in het beheer van de woningen antwoordt de voorzitter dat de betreffende Algemene Maatregel van Bestuur pas is binnengekomen zodat het college nog een standpunt moet bepalen. Op de vraag van het raadslid Mevrouw Emke hoe het zit met de pomp voor de bosvijver antwoordt de voorzitter dat deze besteld is. Hij zegt toe bij de leverancier te laten informeren wanneer de pomp geleverd kan worden. Op de vraag van Mevrouw Emke of het mogelijk is dat de raadsleden weer eens in de gelegenheid worden gesteld om een vergadering van het college bij te wonen antwoordt de voorzitter dat dit inderdaad mogelijk is. Hij zegt toe t.z.t. de raadsleden hierover afzonderlijk te benaderen. Op de vraag van het raadslid de Light of het gemeentebestuur bekend is met het feit dat er ruiten worden kapotgegooid bij de sportvelden antwoordt de voorzitter dat hij een onderzoek zal laten instellen door de politie. Hierna verklaart het raadslid de Bruijn; Met Uw toestemming zou ik graag in willen gaan op de brief van de heer Looijen gericht aan de Minister, waarvan U en ik een afschrift hebben gekregen Als ik goed ben ingelicht heeft de rest van de Raad hiervan geen afschrift gekregen. Ik wel in ieder geval. Be brief van de heer Looijen heeft enkele dagen in de belangstelling gestaan en ik ben van mening dat dit ook de kern van de zaak is. Hoe dan ook in de pers zien te komen. Als je langs de normale weg, via de raad en de commissies je zin niet krijgt, dan maar "over de mijn lijk-methode"De inhoud van de brief vind ik niet zo belangrijk. Een flink stuk kretelogie, maar dat hoort nu eenmaal tot het credo van deze tijd. Hij, de heer Looijen is nu geen indociele ja-knikker. De dikke van Dalen geeft hiervoor twee betekenissen: 1). leerzaam, al luisterend leren, maar tot heden heb ik hiervan niets kunnen merken bij de heer Looijen; 2). de gedweeheid, dat past dan meer in zijn tekst met betrekking tot zijn collega's Als de Heer Looijen van mening is dat hij hiervoor het alleenrecht heeft, dan zou ik hem willen adviseren eens in de notulen te duiken over de jaren 1970-1974. Maar om op de zaak zelf terug te komen, als de heer Looijen zich eenvoudig aan de afspraak had gehouden, die gemaakt is na de raadsvergadering van 24 februari, dan had deze brief nooit geschreven hoeven te worden. Deze afspraak is nog eens bevestigd door de brief van het college van 1 maart gericht aan al de leden van de Raad. Wij hebben met zijn alle als raad paraat te staan om te waken dat het ambtenarenkorps niet in de politiek wordt betrokken. Wij hebben de nare ervaring, dat de heer Looijen, het hoofd van Financiën voor leugenaar heeft weggezet en daarna de heer van Kaam kwalijk heeft genomen, dat hij lid is van een andere partij dan de zijne. Ook heeft hij getwijfeld aan de bekwaamheid van de heer van Poppelen en gesteld dat de adviezen van de heer van Poppelen niet altijd juist objectief zijn. Allemaal op een plaats tijdens een openbare raadsvergadering, waar de beschuldigden zich niet kunnen verweren. Voorzitter, ik kan me voorstellen, dat men zich dan uiterst formeel gaat opstellen en men je verwijst naar het college. Je kunt jezelf wel op willen stellen als dissident Maar zei Uilespiegel al niet Ze haten me, maar ik heb het er wel naar gemaakt. Geen enkel ander raadslid heeft zich ooit beklaagd over het te kort aan informatie. De heer Looijen heeft bovendien tot tweemaal toe een uitnodiging tot een gesprek geweigerd, met het goedkope smoesje: "Daar word je onder tafel gepraat" Deze manier van handelen is natuurlijk grote kolder, het via de pers te doen.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1977 | | pagina 34