Be realisering van de 2e phase van het groenplan is reeds geheel voorbereid. U hebt zojuist het benodigde krediet beschikbaar gesteld. Na goedkeuring van Gedeputeerde Staten, zal met de uitvoering worden begonnen. Be betreffende bestekken en tekeningen zijn reeds uitgewerkt, zodat met de uitvoering zo spoedig mogelijk zal worden begonnen. Beschouwingen raadslid J. Looijen. 1. In de aanhef schetst de heer Looijen de financiële situatie der gemeente. Hij stelt dat de gemeente naast de saldi-reserve en het geraamde batig saldo der gemeente-begroting 1978 de gemeente nog beschikt over 2.382.258,65 wegens rekening-courant tegoed bij de N.V. Bank voor Nederlandse Gemeenten. Wellicht ten overvloede merken wij op dat dit een doublure is. In dit bedrag is tevens een bedrag van 1.013«378,-begrepen wegens ontvangen verkoop sommen van woningwetwoningen, welke nog met het rijk moeten worden verrekend. 2. Volgnr.282.00 in de gemeente-begroting is voorlopig pro memorie geraamd. Hieruit mag men niet concluderen dat er op deze post in de loop van het begrotingsjaar geen uitgaven zullen worden gedaan. Op deze post worden nl. de kapitaalslasten geraamd over investeringen op de kapitaalsdienst welke op 1 januari 1978 nog met een boekwaarde in de staat L II voorkomen. Wegens geldelijke steun verbetering woningen en woonbuurten komen per 1 januari 1978 geen kapitaalsinvesteringen op de staat L II voor, daar deze doorgaans worden gedekt door bijdragen van het rijk, zodat hiervoor op de gewone dienst geen kapitaalslasten zijn te ramen, Inzake het onderhoud aan woningwetwoningen delen wij, met verwijzing naar de rekening 1976 van het woningbedrijf mede, dat in 1976 voor een bedrag van 184.546,38 aan onderhoudswerken is besteed, waardoor het saldo van het onderhoudsfonds per 1 januari 1977 11.166,74 negatief op de betreffende rekening voorkomt. Voor renovatie van de woningen aan de Nieuwstraat heeft ons College contacten gelegd met de bewoners. Beze renovatie kan echter alleen geschieden met toestemming van het Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en is daarnaast een investering welke uit de risico-reserve van het woning bedrijf zal worden gefinancieerd en gedeeltelijk via een huurverhoging zal worden gedekt. Bit kan niet geschieden uit de algemene dienst. Wij verwijzen in dit verband naar de rekening- en boekhoudvoorschriften. 3. Voor het onderhoud van straten en wegen, waaronder ook het schoonhouden redorteert, is in de gemeente-begroting op volgnr. 316 naast de kapitaals lasten een bedrag geraamd van 164.429»80. Bit is naar onze mening een niet gering bedrag waaruit ook het schoonhouden der straten wordt betaald. 4. Wat betreft de kapitaalsinvesteringen voor het verbeteren van het woon wagenkamp delen wij mede, dat deze zaak ingevolge art. 19 der Wet Ruimtelijke Ordening momenteel in behandeling is bij het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant. Baar tegen de wijziging van het bestemmingsplan bezwaren zijn ingediend wordt de afdoening hiervan enigszins vertraagd. 5. Omtrent de kosten van de brandweer in verband met de brand op de Kalmt- houtse Heide in 1976 welke voor onze gemeente 45.680,23 bedroegen delen wij mede dat deze aangelegenheid via de regionale brandweer commandant bij de gemeente Kalmthout aanhangig is gemaakt. Ons college is echter wel van mening, dat deze vordering als dubieus moet worden gezien. Wat betreft het invoeren van een brandassurantie-belasting zoals door dhr. Looijen wordt voorgesteld, delen wij met verwijzing naar de Wet van 24 december 1970 tot wijziging van de bepalingen inzake gemeentelijke en provinciale belastingen mede, dat deze belasting niet meer kan worden geheven. Inzake de uitvoering van het stil-alarm delen wij mede, dat deze zaak eveneens via de regionale brandweercommandant wordt afgehandeld. Bij nadere informatie bij de regionale brandweer werd ons medegedeeld, dat het wachten is op nader bericht van de radio—controledienst te s—Gravenhage voor de aanwijzing van nieuw frequenties in verband met storingen vanuit het

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1977 | | pagina 111