De voorzitter voegt hieraan toe dat het ontwerp ter-inzage heeft gelegen en dat geen bezwaren zijn ingediend en dat de financiële opzet zeker van groot belang is geweest bij de positie-inneming van Gedeputeerde Staten. Het raadslid Looijen merkt op dat hij geen plannen heeft om een horecabedrijf te vestigen en dat hij ook geen plannen heeft om de grond te kopen. Uit de hierna op verzoek van het raadslid Looijen gehouden mondelinge stemming blijkt dat alle aanwezige leden, met uitzondering van het raadslid Looijen, voor het voorstel van burgemeester en wethouders zijn, zodat dien overeenkomstig is besloten. 5. Voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling van het bestemmingsplan "Centrum Zuid-Oost"; De voorzitter geeft aan de hand van het voorstel een korte toelichting waarbij hij stelt dat dit gebied tussen de Antwerpsestraat - Breestraat - Tulpstraat - Grensstraat in 19^5 in het plan "Kom Putte" was opgenomen doch dat de Kroon hieraan de goedkeuring heeft onthouden. Bij de opstelling van het plan is een belangrijke overweging geweest, dat dit gebied een zeer sterk eigen karakter heeft dat in deze tijd zeer gewaardeerd dient te worden, zodat handhaving gewenst is. Daarom is het plan zodanig opgesteld dat met behoud van dit karakter toch een winkelconcentratie buiten de Antwerpsestraat tot stand kan worden gebracht Daarnaast is in het plan een gebied in de omgeving van de Anjerstraat opgenomen waarvoor destijds een bouwvergunningenartikel 19 was afgegeven. Het raadslid Looijen verklaart dat hij zijn eerder ingenomen standpunt heeft herzien. Hij is van oordeel dat het eigene aan deze omgeving zondermeer gehandhaafd moet worden en dat de doorbraak tussen Albert Heijn en de Dahliastraat er zeker niet moet komen. Hij vraagt daarnaast een onderzoek te laten instellen naar eventuele verkeersoplossingen hetgeen door de voorzitter wordt toegezegd. Los van dit punt vraagt het raadslid Looijen of er bij het gemeenschapshuis een ingang naar de Molenstraat kan worden gecreëerd. De voorzitter antwoordt hierop dat momenteel voor dit gebied een bestemmingsplan wordt ontworpen, waarbij dit punt zeker aan de orde komt. Op de vraag van het raadslid de Bruiin om in de Breestraat een parkeerverbod in te voeren antwoordt de voorzitter dat deze zaak in onderzoek is en dat het college in de eerstvolgende raadsvergadering met voorstellen zal komen. Op de vraag van het raadslid Simons wat de bedoeling is met het monument Jordaens antwoordt de voorzitter dat dit een beschermd monument is dat ter plaatse gehandhaafd moet blijven. Zonder dat iemand het woord verlangt of stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 6. Voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling van de definitieve afrekening van het bedrag per leerling ex art.101 der Lager-Onderwijswet over het jaar 1979: Zonder dat iemand het woord verlangt of stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 7. Voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling van de definitieve afrekening ex art.101 bis der Lager-Onderwijswet voor vakleerkracht nuttige handwerken over 1975 s Zonder dat iemand het woord verlangt of stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 8. Voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling van de 47e begrotingswijziging 1973 slotwijziging gewone dienst): De voorzitter geeft aan de hand van het voorstel een korte toelichting. De dienst 1975 sluit met een batig saldo van 265.000,waarin 120.000, begrepen is als extra uitkering ter stimulering van de werkgelegenheid, welk bedrag moet worden gereserveeerd. Rekening houdend met enige verrekeningen zal de dienst sluiten met een batig saldo van 125.000, In deze begroting is tevens een bedrag opgenomen van ruim 7000,zijnde

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1976 | | pagina 47